Toen ze weer naar het Bovenwater gingen, was Kato ook bij het meer gearriveerd. Nu hij een mensengedaante had, besloot ze hem te vragen naar zijn leven: wat was een halfwolf? Hoe leefde hij, waar kwam hij vandaan? Hoe had hij Cordelia ontmoet?
Hij bleek op het eiland Montserrat te leven, samen met zijn familie en zijn stam. Halfwolven werden zo genoemd omdat ze half mens, half wolf waren: bij heftige emoties veranderden ze in een wolf. Hij had Cordelia ontmoet omdat hij als één van de weinige halfwolven van zijn stam naar het instituut was gestuurd om zijn gedaanteverwisselingen onder controle te krijgen.
Daarna vroeg Emily aan hen wat ieder wezen dat naderde, langsliep of verderop stond, was. Ze onthield de helft niet, maar vond het wel ontzettend interessant en het liefst maakte ze met ieder van hen een praatje. Hun hoofden leken er echter niet naar te staan en daarom bleef ze bij Kato en Cordelia zitten.
Toen Emily vroeg hoe ze Haliae kwijt waren geraakt, sloeg Cordelia haar ogen neer. Ze vertelde dat ze een vissersboot moesten passeren en dat Haliae als afleidingsmanoeuvre had gespeeld, maar ze had alweer terug moeten zijn. Emily kon zien dat Cordelia zich zorgen maakte en besloot haar mond er maar over te houden. Haar moeder had ook altijd zo gekeken als Emily haar dingen vroeg die gevoelig waren; meestal hadden haar vragen iets te maken met het ei. Emily herinnerde zich slechts vaag wat er gebeurd was, maar herinnerde zich wel het verdriet van haar ouders. Kelly had het er wel vaak stiekem met Sofia over gehad; wat er precies gebeurd was, wist Emily niet, maar uiteindelijk was het haar duidelijk geworden dat ze eigenlijk nog een broertje of zusje had moeten hebben.
’s Avonds kroop ze opnieuw op haar toegewezen bed. Ze was minder moe, maar sliep wel beter. Het lag al een stuk lekkerder dan de nacht ervoor en ze was de volgende ochtend ook een stuk uitgeruster.
Onderweg naar de eetzaal kwam ze dit keer Cordelia tegen, die er een stuk minder uitgerust uitzag. Emily beet op haar lip om niet te vragen waarom ze zo slecht geslapen had en vertelde daarom dat ze nooit eerder op een bed had geslapen.
In de eetzaal kwam de bosduivel Rodey naar hen toe gelopen, met een bord vol eten in zijn handen. Hij vertelde waar Kato was en dat was voor Cordelia het teken om te vertrekken. Daardoor bleef Emily alleen over met Rodey, die ze nog steeds verwonderd aanstaarde. Ze verbaasde zich opnieuw over zijn groenige huid; de kleur van bepaalde wieren.
‘Hoe gaat het?’ vroeg hij, terwijl ze zich neervleiden bij één van de tafels.
‘Goed.’ Emily keek om zich heen, naar de andere tafeltjes, waar allerlei andere wezens zaten te eten of te praten. ‘Rodey, hoe lang bestaat deze school al?’
‘Negentig jaar.’
‘Wow.’ Emily knipperde verbaasd met haar ogen. ‘Dat is lang. Gaan er ook wel vaker zeemeermensen heen?’
‘Er zijn wel eerder zeemeerminnen geweest,’ antwoordde Rodey, ‘maar op dit moment zijn jij en Cordelia de enigen, volgens mij.’
Het verbaasde Emily enorm. Ze was dus niet de enige meermens die graag meer wilde zien van de wereld. ‘Weet je ook of die zeemeerminnen ook ontsnapte gevangenen waren?’ Ze leunde nieuwsgierig naar voren. ‘Of kwamen ze echt uit de zee?’
Rodey haalde zijn schouders op. ‘Sorry, dat weet ik niet…’
‘Oh.’ Ze zakte teleurgesteld weer terug op haar stoel. ‘Jammer.’ Ze wilde het weten. Ze wilde weten of er werkelijk zeemeermensen waren die vrijwillig uit de oceaan weg waren gegaan om meer te ontdekken. Om dingen te leren.

Reageer (5)

  • Trager

    <3 <3 <3

    9 jaar geleden
  • Kattris

    Ik zou echt terug de zee in springen en zo, ik zoou menselijk zijn zo opgeven voor een staart. Woeh.

    9 jaar geleden
  • xxJennyxx

    Mooi stukje

    9 jaar geleden
  • inktzwart

    Denk ik ook, je bent nooit ergens de enige van xD

    9 jaar geleden
  • TheMockingjay

    Vast wel, denk ik... xD

    9 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen