Foto bij 36. Just like then


Het duurde een beetje lang, maar hier is ie dan! Mijn computer was kapot.

Mijn wekker piepte onherroepelijk. Zonder erover na te denken, reikte mijn hand ernaar verkocht het ding een mep. Het stopte met piepen, maar veroorzaakte een verontrustend gekraak. Ik schoot overeind en keek ernaar. Mijn ogen werden groot en ik keek vol verbazing naar mijn rechterhand, die zojuist mijn wekker een onaangename dood had bezorgd. Ik kon er niets aan doen dat ik begon te grinniken, hoewel ik net wakker was en ernstig voor mijn wekker. Ik trok het ding uit het stopcontact en kieperde het meteen in de vuilnisbak. Op de weg terug naar mijn bed, die ik eigenlijk weer wilde nemen, kwam ik oog in oog te staan met mijn spiegelbeeld en bovenal afschuwelijke kapsel. Ik trok mijn bovenlip op en pakte een van de pluizige strengen vast. Onhandelbaar. Toen realiseerde ik me plotseling weer dat ik vandaag de wekker met een reden had gezet. Ik had les. Drie keer per week waren er geen trainingen maar lessen. Die behoorde ieder roedellid onder de rang Alpha te volgen, en ze waren in Villa Wolfe zelf. Ik slaakte een zucht. Het liefst wilde ik weer in slaap vallen, maar dat zat er voor vandaag niet in. Ik moest een poging wagen mijn haar in het gareel te krijgen. Ik zuchtte nog eens en liep toen de badkamer in.
Na een tijdje begon ik behoorlijk agressief te worden, wat niet echt een goed resultaat bereikte voor mijn haar. Ik besloot dat ik onder de douche zou stappen en het gewoon zou laten opdrogen, zo zou het de beste kans maken. Ik had echt de beste kamer in het hele huis, mijn douche was heerlijk warm en het water vol. Ik slaakte een diepe zucht en ontspande al mijn spieren. De badkamer stond vol stoom toen ik klaar was. Ik droogde me af en trok iets gemakkelijks aan, wat dus niet viel onder een joggingsbroek, maar onder een skinny jeans en een blouseje, met daaronder laarzen die me net een cowgirl deden voelen. Toen mijn haar niet meer druipend nat was, bond ik het in een vlecht, maakte mijn bed op, propte mijn boeken mijn oude schooltas -ik liet mezelf maar twintig seconden stilstaan om er naar te kijken en herinneringen over ophalen- en mijn mobieltje. Toen ik het vastpakte, raakte mijn wijsvinger het knopje dat er voor zorgde dat het ontgrendelde en de tijd groot in beeld kwam te staan. Drie voor half negen. Shit! Ik rende zo snel mogelijk naar de deur en gooide die achter me dicht, zonder de moeite te doen die hermetisch af te sluiten. Daarna rende ik de gang door. Gelukkig was de vloer bedekt met een rood tapijt, zodat mijn hakken niet door de hele gang galmde en iedereen die niet naar de lessen hoefde wakker maakte. De trap werkte, zoals altijd, weer eens niet in mijn voordeel en voor elke van de honderden treden kwam er wel een scheldwoord bij me op. Hijgend bereikte ik eindelijk de gang waar ik me meende te herinneren dat ik de klaslokalen had gezien en ik kwam slippend tot stilstand. Ik probeerde opgelucht adem te halen toen een groep leerlingen voor de deur stond te wachten, maar ik was zo buiten adem dat ik eindigde in een soort hik. Misschien zou ik toch in overweging moeten nemen te gaan sporten, ook al haatte ik het meer dan wat dan ook ter wereld. Ik glimlachte toen ik Tyler en Jenna zag staan en liep zo normaal mogelijk op ze af. "Kath! Jezus, wat ben je laat!" Zoals niet erg verassen was, vloog Jenna op me af en bestookte me met haar gekwebbel. Eigenlijk luisterde ik maar twee zinnen en richtte mijn blik toen op Tyler. Mijn aandacht voor Jenna's woorden vervloog meteen toen ik hem zag. Nou eigenlijk vervloog mijn aandacht voor alles meteen, behalve voor hem. Hij liep op de nonchalante manier naar me toe zoals hij dat altijd deed en ik wilde hem buitengewoon graag kussen. Net daarvoor bedacht ik me dat dat niet al te best zou verlopen met Maddy's scherpe neus voor roddels in onze ruggen, en ik omhelsde hem stevig. Toen ik hem losliet, kwam ik met een klap weer terecht in de realiteit. "Vind je ook niet?" Besloot Jenna haar verhaal. Verward keek ik naar haar op. Ik had geen idee waar ze over aan het praten was geweest, maar mijn redding was nabij, toen een kleine, statige vrouw met lang, zwart haar de gang in kwam gelopen en zich door de menigte wrong om vervolgens de deur van het klaslokaal te openen. Ze maande iedereen tot stilte en liep tussen de tafels door totdat iedereen zat. Ze stopte bij mijn tafel, waar ik erg zenuwachtig van werd. "Wat is je naam?" Haar stem klonk tot mijn verbazing vriendelijk en hoog en ik voelde me er gerust over te antwoorden met; "Kathie, mevrouw..." Ik zweeg toen ik bedacht dat ik niet wist hoe ze heette.
Ze glimlachte naar me. "Noem me maar Calantha, naar mijn voornaam. Ik ben dol op nieuwe leerlingen." Ze liep door en ik glimlachte ook. Ik had er geen idee van dat docenten zo aardig konden zijn. "Goed." Zei ze, om iedereens aandacht te trekken, wat direct lukte. "Pak jullie boeken, pagina 87." Ze keek me aan toen ik hulpeloos probeerde de juiste boeken uit mijn tas te halen. "Sociologie, Kathie." Ik glimlachte dankbaar en legde de boeken op tafel die ik had gekregen nadat ik weer volledig gewend was aan het ritme na mijn proefperiode. Dit was de eerste les die ik had, maar ik bedacht me hoe gaaf het was dat ik dit ooit nog in mijn leven mocht meemaken; maatschappijleer voor weerwolven. "Vandaag gaan we het hebben over de vijf bekendste roedels in Amerika." Zei Calantha. Ik hield mijn hoofd schuin en luisterde geïnteresseerd naar haar verhaal, over hoe er vroeger nooit meerdere roedels waren geweest en ze zich altijd samen inzetten voor geheimhouding van hun soort. Over hoe dat veranderde toen een roedel in het bijzonder zich afzonderde en informatie verborg, ervandoor wilde gaan met de macht. Er zijn meer dan dertig roedels alleen al in Amerika, maar er zouden er vijf zijn die iets speciaals zouden vertegenwoordigen. "Op pagina 87, staan de logo's en de eigenschappen over elke roedel. Plaats vijf, waar dus wat minder weerwolven zich hebben aangesloten als bijvoorbeeld plaats een, staat voor oprecht en openheid." Ik bekeek De Vijfde Roedel, het had tegen de veertig leden en een prachtig wapen van een ouderwetse en elegante weegschaal met twee spierwitte vogels erdoorheen. Ik stak mijn hand op. "Ja, Kathie?"
Eigenlijk voelde ik me stom het te vragen, maar het zou nog stommer zijn het nu niet te doen. "Is deze roedel neutraal?" Calantha keek verrast op.
"Je hebt aanleg voor dit vak Kathie, hoe weet je dat zo?" Ik kon er niets aan doen dat ik een beetje rood werd. Ik haalde mijn schouders op alsof dat het zou kunnen verbergen. "De duiven." Zei ik zo nonchalant mogelijk.
"Uitstekend, Kathie. De Vijfde Roedel is neutraal en heeft nog nooit strijd gevoerd met een andere roedel." Om mij heen vielen monden open. Ik wist niet doordat dat kwam door mijn opmerking of die van Calantha, maar het leek mij niet zo heel moeilijk niet in oorlog te raken met een andere roedel. Misschien was het dat wel. Ik haalde inwendig mijn schouders op en bekeek het volgende symbool, zoals Calantha had gevraagd. "De Vierde Roedel vertegenwoordigd..." Hoe graag ik ook naar haar had willen luisteren, ik kreeg het niet voor elkaar, nadat ik het symbool van De Eerste Roedel had gezien. Het symbool... De omschrijving. Ik hapte naar lucht. De Eerste Roedel, vertegenwoordigde kwaad, of zoals ze het zelf liever zouden willen noemen, waren ruimdenkend en revolutionair. Maar het symbool... Plotseling werd ik zo duizelig dat ik mijn tafelrand moest vastgrijpen. De rode achtergrond, de zwarte knopen... Ze kwamen me maar al te bekend voor... "Kathie? Gaat het?" Calantha stond naast mijn tafel. Ik wist langzaam te knikken. "Volgens mij is het het beste als we je even naar de ziekenzaal brengen, je..." Ik onderbrak haar, mijn stem zo zacht dat alleen zij me kon horen, mijn vinger op het symbool.
"Ik ken dit symbool..."

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen