Foto bij I 4.1 oGaiu

Bewijs

indeling van hoofdstukken komt later in het verhaal aan bod, ik ben er zelf ook nog niet helemaal zeker van..

Fall liet zich door de menigte meeslepen van het ene lokaal naar het andere, totdat ze uiteindelijk in het tekenlokaal zat. Blijkbaar had ze haar tekening op haar kamer laten liggen want hij zat niet in haar tas, ze zou weer overnieuw moeten beginnen. Nadat iedereen was gaan zitten begon de docent al snel de les.
'Goedemiddag allemaal, we gaan vandaag verder met de opdracht waar jullie vorige les aan begonnen zijn. Voordat we hiermee aan de slag gaan heb ik nog een mededeling en ik zal nog even de absentielijst invullen. Ten eerste vond ik dat de vorige les te rumoerig was, daar kwam bij dat er niet heel veel werd getekend, ik heb dus een nieuwe plattegrond gemaakt.' Ze had nu iedereens aandacht eindelijk te pakken. 'Dit houdt in dat alle jongens naast meisjes zitten en andersom. Ik neem nu nog even de absentielijst door en dan zet ik de plattegrond op het bord.' Fall wachtte tot iedereen was genoemd en keek net als de rest van de klas afwachtend naar het bord. Ze zocht haar naam; gelukkig, bij het raam, achterin de klas, naast... Naast Seth.
Ze liep naar haar plek toe en ging zo dicht mogelijk bij het raam zitten terwijl ze haar tas opnieuw uitpakte. Naast zich hoorde ze de stoel schuiven maar ze keek niet op.
'Heb je misschien een extra potlood bij je, de mijne is geloof ik ergens op de grond gevallen.' Hij vroeg het op een ijzige manier, alsof hij woorden oplas en was vergeten ze een betekenis te geven. Fall pakte een potlood uit haar tas en legde hem zwijgend op zijn tafel. Vervolgens ging de lerares verder in haar verhaal en opgelucht voelde Fall dat Seth zijn aandacht daarop richtte. Zijzelf keek uit het raam, het was een mooie dag, maar net zo mooi als de meeste dagen op campus waren, net zo mooi als de tuinen: niets vergeleken met de prachtige wildernis achter het hek.
Er schitterde iets in een struik en Fall leunde iets naar voren om te kijken wat het was. Door de takken heen flitste een oranje voorwerp langs. Nee, geen voorwerp: een vogel, dé vogel. Vaag was ze zich er bewust van dat iedereen anders al aan het werk was, de vogel was rustig op een tak gaan zitten terwijl hij zijn omgeving bestudeerde. Fall pakte een fel oranje stuk krijt en begon aan het hoofd. Ze schoof haar stoel aan en keek even in Seths richting, hij had met lichte schetslijnen een boom getekend met daarachter een rivier. Verder leek hij niet echt iets te doen.
'Moet je niet iets gaan doen?' vroeg ze.
'Nee,' antwoordde hij simpel, 'was je vorige week niet met iets anders bezig?' Hij knikte naar haar tekening en Fall vernauwde haar ogen een fractie.
'Eh, ja... Ik heb die weggegooid.' Ze wist niet hoeveel Seth van haar vorige tekening had gezien, maar ze voelde zich niet erg prettig bij het idee dat hij wist dat ze die tekening op haar kamer had liggen. Iets zei haar dat dat niet in haar voordeel zou werken.
'Mmm...,' hij vroeg niet verder maar leunde achterover in zijn stoel. Toen Fall echter verder ging met tekenen wist ze dat hij naar haar keek, ze wist haar rooster niet uit haar hoofd maar hoopte dat ze de rest van de week geen tekenen meer had. Binnen ongeveer drie dagen was ze hier waarschijnlijk toch al weg. En hij waarschijnlijk ook, voegde ze met tegenzin aan die gedachte toe.
'Juffrouw Kalaan, had ik niet duidelijk gezegd dat u uw schets eerst aan mij moest laten zien voordat je materialen uit de kast pakt?' Fall vond het niet nodig haar te vertellen dat ze in feite helemaal geen schets had gehad.
'Oeps, mijn fout, ik zal het wel weer terugzetten.' Ze stond op en stopte de krijtjes terug in het doosje, de lerares liep door. Fall ging weer zitten en werkte door aan haar tekening, opnieuw voelde ze dat Seth haar aankeek.
'Je achternaam is Kalaan?' Fall vroeg zich dat zelf ook af, al hoefde hij dat natuurlijk niet te weten.
'Ja,' ze probeerde het op een manier te zeggen die hem zou laten stoppen haar te ondervragen.
Ondertussen was de vogel zelfal weggevlogen, Fall had gelukkig al genoeg getekend om het vanaf daar verder af te maken. Ze vond eigenlijk dat ze het dier een naam moest geven. Het zou iets moois maar toch vurig moeten zijn, misschien met een harde klank.
Fall herinnerde zich nog dat ze een keer water gingen halen en dat een grote witte vogel op de rand van de put was gaan zitten. Peter had Fall opgewonden aan haar mouw getrokken en wees naar de vogel "Feertjes, feertjes!" riep hij. Dat was die dag waarschijnlijk een woord wat hij net op school had geleerd 'Beer-Veer-Meer'. Fall vond het een fijn idee om haar broertjes woorden in acht te nemen, hoe onbenullig ze ook waren. Veertjes.. Feertjes... Feer, feer, feer... Fere, Feren... Ferel, Feder, Fedes, Feres, dat was het! Feres de vurige vogel. Fall glimlachte bij de gedachte.
'Je bent hier nieuw toch?' Seth sprak alsof hij nog twijfelde of Fall het gesprek wel waardig was, terwijl hij toch echt iedere keer een nieuwe vraag stelde. Fall antwoordde net zo kort als eerder.
'Ja.'
'Waar zit je in de pauze?' Wat was dat nou weer voor vraag? Hij had haar gisteren nog in die boom zien zitten, ze antwoordde met een licht geërgerde stem.
'Nergens.'
'Je mag bij ons komen zitten.' Het wantrouwen schoot in haar hoofd als een muur om alles anders heen, een barrière van fouten die ze eerder in haar leven gemaakt had. Ze stopte met tekenen terwijl ze haar hoofd iets naar achteren boog, haar mond vervormde zich tot de meest neutrale houding die ze op kon brengen en haar ogen vernauwden zich zo lichtjes dat waarschijnlijk niemand het op zou merken. Gelijk daarna krulde haar linkermondhoek een fractie omhoog en keek zijn kant op.
'Nee dankje,' zei ze enkel en wenste dat het uur voorbij zou zijn.
'Wat jij wilt.'
De rest van de les verliep in stilte en dit gaf Fall het idee dat ze zelf afgewezen was, niet dat ze ook maar enig gesprek wílde voeren met deze jongen. Aan het einde van het uur was Feres al wel bijna af en Fall schreef haar eigen naam en klas onderaan het plaatje en leverde hem in.

Twee schoenen lagen haastig uitgetrokken onderaan het hoge hek, verscholen onder de lange plukken gras. Een meisje sprong daar; tussen alle bomen, over alle bloemen en dwars door het wilde landschap. Een vuurrode vogel streek neer op haar schouder.
'Lang niet gezien, Feres, school is saai zonder jou hoor.' De vogel had zich na die ene keer buiten het tekenlokaal niet vaak meer laten zien. Fall begon hem te zien als een soort hondje dat haar trouw op de voet volgde. Wat er daarna gebeurde had ze dan ook nooit kunnen bedenken: in haar hoofd sprak ineens een melodieuze jonge stem, zoals de stem van een ontzettend jonge leraar Engels. Volg me, ik zal je wat laten zien Zo verbaasd was Fall niet eens; als rare visioendromen uitkomen en mensen op draken vliegen, waarom zouden dieren dan niet kunnen praten? Feres vloog van haar schouder af, verder de wildernis in. Fall liep hem achterna totdat ze bij een kleine open plek kwam waar een beekje langs stroomde. Zel begreep nog steeds niet hoe het schoolbestuur zo'n geweldige plek voor de kinderen wou verbergen.
Leg je hand op mijn hoofd, Fallaia, je zoektocht naar antwoorden nadert zijn einde. Fall vroeg zich af waar het dier de naam "Fallaia" vandaan had, voor zover zij wist was Fall de afkorting van Fallice. Die naam had ze jaren geleden veranderd in de verkorte versie. Fallaia had wel iets. En ach, wat had ze te verliezen? Ze strekte haar arm uit en legde voorzichtig twee vingertoppen op het kleine voorhoofdje van de vogel.

Reageer (1)

  • Smeerkaas

    ah wauw, lang geleden dat ik nog eens naar mijn privéberichten heb gekeken...blijkbaar was het nodig^^
    Ik moet zeggen dat je verhaal echt heel origineel is =)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen