Foto bij Het einde van de eed

heey hallo daar beste lezers
ik hoop dat jullie niet al te lang moesten wachten op een nieuw hoofdstuk,
nauw hier is ie dan, veel lees plezier,

22. Het einde van de eed


Het was al laat in de avond toen Gabriël terug keerde naar het huis van zijn oude vriend, Lucius Malfidus. De hele avond had hij het dorp afgezocht, opzoek naar een teken van zijn dochter. Maar elke keer stuitte hij op een doodspoor. Moedeloos begon hij aan zijn weg terug. Het was langzaam weer begonnen met sneeuwen, eerst leek het op te helderen maar dit keer vielen er grote vlokken naar beneden en het werd alleen maar slechter. Met natte ogen keek Gabriël naar weg voor hem, het zou een lange wandeling worden en hij kon zijn toverstok gebruiken om terug te komen. Maar dan nog, wat zou hij zijn vrouw vertellen als hij terug in de manor was of Emily, de gedachte alleen al deed de tranen al in zijn ogen prikken. Hij kon het beste blijven lopen en een goed verhaal bedenken voordat hij binnen stapte. Helaas was hij sneller bij de manor dan gehoopt, het grote gapende gat waar eerst het grote ijzeren had gezeten kwam langzaam dichter beider en hij kon de pauwen al horen roepen.
Hij wachtte even, maar liep toen door, het hoofdgebogen in verdriet. Binnen had iemand de pauwen horen roepen en was gaan kijken wie het kon zijn.
‘Gabriël!,’ het was Narcissa. Ze had haar vriend al snel herkend in het licht van de maan en rende nu snel op hem af, haar gewaad wapperde achter haar aan. Haar hakken echode over het stille terrein. ‘Heb je haar gevonden?, is ze veilig?, Waarom is ze niet bij je?’ Met uitpuilende ogen keek Narcissa Gabriël aan, maar deinsde snel terug toen ze zijn bloeddoorlopende ogen zag.
‘Ze komt niet terug. Ik heb gefaald.’ Was het enige dat hij over zijn lippen kon krijgen voordat zijn benen het begaven en er weer tranen over zijn wangen rolde.
‘Wat is er aan de hand?’
“Gabriël?’
Er waren meer dooddoeners naar buiten gekomen en als laatste Lucius met Vanessa in zijn kielzog, zodra ze Gabriël in de gaten kreeg, wurmde ze zich langs Lucius en rende op haar man af.
‘Waar is ze?’ Met uitpuilende ogen keek ze om zich heen in de hoop Samantha ergens te zien, maar toen ze haar niet zag begonnen haar knieën te knikken en zakte in elkaar toen ze bij haar man aankwam.
‘Waar is onze dochter, Gabriël?’ Nu liepen er tranen over haar gezicht, ‘Samantha,’ mompelde ze weer en greep nu naar het voorpand van haar man’s gewaad, Haar handen trilde terwijl haar ogen alleen maar roder werden. ‘Waar?’Leken haar ogen te vragen, ze voelde haar lang geleden gezworen eed al dichter beider komen. ‘Waar is ze?’
Maar weer gaf haar man geen antwoord en duurde even voordat hij sprak. ‘Weg,’
Het was een kort antwoord, maar in zijn ogen weerspiegelde het hele drama zich af en Vanessa wist gelijk wie hij bedoelde.
‘Saphira?,’ vroeg ze, de naam was hun natuurlijk bekend. Sneep had hen vroeger veel verteld over haar, alleen had ze de mogelijk niet gehad om haar te ontmoeten.
‘Ik denk het niet,’ antwoorden Gabriël onzeker, zijn gezicht was nat van de tranen en zijn kleren waren nat geworden van de sneeuw. Hij voelde hoe alles langzaam koud begon aan te voelen en wenste dat hij binnen bij een warme haard kon zitten.
Zo begripvol al ze was, hielp Vanessa haar man overeind en begeleiden hem naar binnen, zonder ook maar een oog van haar man af te wenden, haar ogen waren vol tranen en nog nooit had ze zo veel gehuild als nu. Het idee om Emily te vertellen dat haar zus niet terug zou komen, werd haar te veel.
‘Herinner je de woorden nog?’ klonk het opeens links van haar.
Even kon Vanessa het even niet thuis brengen wat haar man bedoelde.
‘Vanessa.’ Nu klonk Gabriëls stem wat harder, maar niet hard om de dooddoeners mee te laten luisteren, zijn ogen keken nu recht in die van zijn vrouw. ‘Ik vrees dat onze eed ten einde is, Nu we de meisjes niet hebben kunnen beschermen.’
In haar hart had ze het al geweten, op het moment dat Samantha weg was gerend had ze het geweten, een eed gezworen om te beschermen en op te voeden kwam nu tot hun einde, ze hadden gefaald.
‘Ik weet het,’ fluisterde ze, haar ogen neergeslagen naar de grond. ‘Ik heb het gevoeld. Maar we kunnen onze eed nog redden, Emily is veilig. En dat moeten we zo houden.’ Maar terwijl ze sprak weifelde haar hart. Natuurlijk konden ze niet onder hun eed uit. Het was een onbreekbare eed, als ze hem niet na kwamen dan zouden ze sterven. Langzaam liepen twee grote druppels tranen over haar wangen, ze wilde niet huilen maar aan de gedachten dat ze zouden sterven en Emily en Samantha alleen achter te laten zonder iets te vertellen, werd haar te veel.
‘Mochten we,’ probeerde ze door haar tranen heen te praten en keek haar man aan. Zijn gezicht was nat en in het schijnsel van een lamp zag ze hoe het vertrek van hun dochter ook hem had geraakt. ‘ Mochten we toch sterven door de eed, moeten we het Emily dan niet vertellen wat er aan de hand is?’
‘Maar wat moeten we haar vertellen?’ Gabriël keek zijn vrouw hopeloos aan. Zijn hele gezicht straalde pijn uit dat Vannesa snel weg keek. ‘Wat, Vanessa?, We kunnen Emily niet vertellen dat haar zus door een wild vreemde is mee genomen, we hebben gefaald!,’ dat laatste schreeuwde hij uit.
In de hal keken een paar dooddoeners verast op, onder de trap keek Emily omhoog naar haar ouders. ‘Vader? Moeder?, Wat is er? Wie heeft er gefaald?’ ze had hen niet door de gang horen binnen komen toen ze Duncan aan het afluisteren was, Snel rende ze met treden te gelijk de trap op en was toen in een paar tellen boven, met verbaasde ogen keek ze naar het gezicht van haar ouders, haar vader met rode ogen keek de grond gericht en haar moeder had haar naar zich toe gegrepen en streelde haar haren.
‘Het is niks, lieverd,’mompelde Vanessa zachtjes, niet wetend wat te moeten zeggen.
‘Waar is Sammy?, Heeft u haar gevonden vader?’
Die vraag trof beide in het hart, Gabriël slikte even voor dat hij antwoord gaf en nadat hij het had gezegd had hij spijt. ‘Nee, lieverd. Ik heb Samantha niet kunnen vinden. Maar ze komt terug, dat beloof ik je.’
‘Belofte maakt schuld, Gabriel.’ Sprak opeens een stem in zijn oor. ‘Dat weet je maar al te goed. Kom over vijf minuten met Vanessa naar de tuin. Ik wil jullie spreken.’
Geschrokken keek Gabriël om zich heen. Maar hij kon niet zien wie of wat het kon zijn, de gang was compleet uitgestorven, behalve hij en zijn vrouw en dochter, die in de arme van haar moeder stilletjes aan het huilen was, was er verder niemand.
Voor hem had Vanessa precies het zelfde gedaan, want ook zei had een stem gehoord maar zij wist wie de stem was.
‘Cassandra,’mompelde Vanessa geluidloos met haar mond. Haar handen aaide door de haren van haar dochter als ze haar gezicht naar haar mond brengt. ‘Emily, lieverd. Ik wil dat je naar je kamer gaat en daar blijft, je vader en ik moeten nog iets bespreken.’
‘Maar… Sam?’ Emily keek haar moeder aan. Stille tranen waren over haar wangen gerold. ‘Waarom?’ Een blauwe gloed werd nu zichtbaar in haar ogen. ‘Waarom?’ en in woede stampte ze op de grond, en terwijl ze dat deed vond buiten een kleine aardbeving plaats. Geschrokken keken de drie naar de deur.
‘Emily, lieverd,’ zei Vanessa weer terwijl ze opnieuw haar dochter doordringend aan keek. ‘Ga naar je kamer en blijf daar. Je vader en ik lossen dit op. Maar je moet niet wanhopen dat Samantha niet terug komt. Ze moet wenen aan het idee, niemand wil graag worden gedwongen, geef het tijd!.’
Toen stond ze op en begeleide haar man de trap weer af. Ze had hem liever op een bed neer gelegd, maar als Cassandra graag wilde praten dan moest het maar. Zij was de gene bij wie zij en haar man een eed hadden afgelegd en zij wist wanneer die eed was volbracht. Snel keek ze achter om en met een stille blik stuurde ze Emily naar haar kamer, Emily had gehoopt haar ouders achter na te lopen, maar merkte dat haar moeder haar door had.
‘Geen zorgen, Emily,’ sprak een stem in haar oor. ‘Binnenkort zal ik je alle antwoorden beantwoorden die maar wilt, geen zorgen.’
Geschrokken keek Emily om zich heen, maar zag niemand. Bleef nog even staan omzeker te weten of ze het wel goed had gehoord, maar toen een paar tellen niets gebeurde haalde ze haar schouders op en mompelde iets van te weinig slaap en verdween naar haar logeerkamer, die door Narcissa was klaar gemaakt.

Midden in het pad van de tuin lag een groot gapend gat dat zonder dat iemand had gezien wie het had veroorzaakt. Verbaast keken Vanessa en Gabriël naar het grote gapende gat. ‘Daar zal Lucius blij mee zijn.’ Mompelde Gabriël van uit zijn mondhoeken naar zijn vrouw voor dat hij haar weg trok en naar een donker hoekje van de tuin trok, ver weg van de hoofd ingang vandaan.
‘En nu wachtten we?’ Vroeg Vanessa, terwijl ze omzich heen keek.
‘Dat is niet nodig, mijn lieve Vanessa.’ Klonk het achter hen. Cassandra was gekomen. Helemaal in groen verscheen Cassandra, haar lange zwarte haren vielen langs haar gezicht. Een pluk zwierde voor haar zeegroene ogen en haar vleugels wapperde in de wind.
‘Cassandra.’ Mompelde Vanessa opgelucht. Eindelijk, ik vroeg me al af wanneer we je weer zouden zien. ‘Dat is lang geleden, Cassandra. De jaren hebben niet veel vat op je gehad zie ik.’
‘Nee inderdaad,’ een glimlach sierde haar mond toen Cassandra haar even aankeek. ‘Dat komt omdat ik me altijd vast heb gehouden aan het idee om mijn man weer te kunnen zien.’
Gabriël snoof luid zijn neus. ‘Nauw dan ben je te laat terug gekomen, iedereen denkt dat je dood bent, daar heeft je lieve echtgenoot doorgezocht.’ Hij zou er geen geheim van maken, hij wist precies waarom Cassandra terug was gekomen en hij was niet van plan omdat te laten gebeuren. Zijn spot was Cassandra echter niet ontgaan, ze richtte zich in volle lengte op en deed de man voor haar een paar passen naar achteren deinzen. ‘En jij vond het elke keer leuk om Severus er aan te herinneren dat wij niet meer bij elkaar konden zijn, dat we alles moesten opgeven wat we hadden en dat mijn dood in scene was gezet. Of niet?’
Nu Cassandra dat zo opnoemde voelde Gabriël zich wel een beetje slecht op zijn gemak. De afgelopen jaren was Sneep zijn beste vriend geweest maar sinds zijn dochters naar Zweinstein gingen had hij hem steeds bespot dat hij geen vrouw en kinderen had.
‘Het spijt me,’ mompelde hij naar de grond kijkend. ‘Ik weet niet wat me bezielde. Severus is…’
‘Je moet het niet tegen mij zeggen, Gabriël,’ antwoorden Cassandra terwijl ze op hem afliep, haar voetstappen waren nauwelijks te horen toen ze door het gras schreed. ‘Maar tegen Severus, je hebt hem slecht behandeld als vriend en hij verdiend dat niet. Dat weet je best. Maar nu wil ik graag jullie wat vertellen.’
Daar keken zowel Gabriël als Vanessa van op.
‘ja,’ zei Cassandra bij het zien van hun verbaasde gezichten. ‘De eed. Jullie hebben de meisjes goed beschermd, het weglopen van Samantha was niet jullie fout, maar een deel van die van mij en de bemoeienis van Voldemort ( Gabriël en Vanessa huiverde toen ze die naam hoorde, want zij noemde hem graag de heer van het duister) en Saphira, met haar heb ik nog een woordje te spreken, maar dat voor een andere keer.’ Zei ze er achteraan. ‘Ik verlos jullie van jullie eed tegen over mij en Severus; zo spreek ik, Cassandra van het huis van de vlinder en erfgenaam van de troon. Jullie taak is volbracht.’
Toen, voordat een van de twee Zwartsen ook maar met hun ogen konden knipperen was Cassandra verdwenen. Maar haar woorden nog niet.
‘Vertel Emily de waarheid, maar alleen wanneer ZIJ daar om vraagt.’
Heel even bleef het stil ,het enige geluid dat je hoorde was de wind die door de takken blies. Vanessa was de eerste die iets zei: ‘Laten we gaan, Gabriël, het is een lange dag geweest en Emily moet morgen gewoon weer naar school.’
Zonder na te denken knikte Gabriël met zijn hoofd. Hij hoorde nauwelijks wat zijn vrouw zei en liet zich mee slepen door haar zachte hand die ze teder vast hield. Cassandra’s woorden bleven in zijn hoofd na galmen.

persoonlijk vind ik sommige stukjes niet zo goed in dit hoofdstuk, laat me weten wat jullie er van vonden, tips en verbeterpunten hoor ik graag
ik weet dat dit plaatje al eerder is gebruikt, maar helaas kon geen betere vinden, sorry.

Reageer (3)

  • Histoire

    Ik vond het goed en vlot geschreven hoor. (:
    Het enige wat ik kan zeggen is dat je misschien nog wat meer de 'rode draad' van het verhaal in de afzonderlijke hoofdstukken zou kunnen benadrukken, zodat er een heel duidelijke lijn doorloopt. Snap je? Want nu is het soms een beetje onduidelijk van: waar gààt het verhaal nu eigenlijk echt over. En wie is nu exact wie?
    De lezer moet als je die vraag zou stellen jou een duidelijk antwoord kunnen geven van: dit is het verhaal. Of, dit is het thema, of dit is het conflict, dit zijn de personages: hun karakter is zo. En dit is het probleem van het verhaal of dit is wat is gebeurd en dat leidde tot dat. Er zit zeker een lijn in! Maar misschien moet je hem nog iets meer door de hoofdstukken door voor de lezers schetsen. Dat heeft alleen maar voordelen, daardoor is er meer samenhang en een keer je meer samenhang hebt kun je binnen die constructie héél veel doen met je verhaal: je hebt meer speling met de personages en gebeurtenissen, door samenhang zit de spanning automatisch beter, kun je dubbele bodems en van alles tussen de regels door stoppen, en dat is leuk. (:

    1 decennium geleden
  • xxJennyxx

    Snel verder

    1 decennium geleden
  • Frey_

    Wow! Gaaf, dit is wel echt een hoogtepunt van al je hoofdstukken! Ik ben echt zoooo benieuwt wat er gaat gebeuren:O

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen