Foto bij 012. Brielle Hale

Brielle Hale
District 7

We all got bruises


“Dit lijkt me een prima plek om de nacht door te brengen.” zei Aaron. Hij gooide zijn rugzakken neer op de grond en streek met zijn vingers langs de betonnen muur. Ik liet mijn ogen door de ruimte glijden, een klimplant had zich een weg door het raam gebaand en bedekte het gehele plafond met zijn groene blaadjes. De muren waren kaal en bevatte hier en daar een scheur. Al met al leek het een prima schuilplaats.
“Ja, lijkt me prima.” glimlachte ik. Ik volgde zijn voorbeeld door ook mijn rugzak op de grond te zetten en keek wat ongemakkelijk rond. Buiten had de grauwe dag plaats gemaakt voor een heldere nacht met duizenden sterren en een volle maan, wiens schijnsel het verlaten stadje ophelderde.
Terwijl ik door het raam naar buiten staarde lichtte de hemel op en begon het volkslied van Panem te spelen. Achter me schoot Aaron van zijn plek om via het raam te kunnen zien welke tributen gevallen waren. Na het volkslied klonken twee kanonschoten en verschenen er twee foto's -twee meisjes- hoog in de lucht.
'Alivia Reed. District 9. Team 5.'
'Rylee Harris. District 6. Team 2.'
Een misselijk gevoel overspoelde me, de dood van tributen die ik totaal niet kende deed me meer dan ik dacht. Ze zouden het daglicht nooit meer zien. Hun familie en vrienden zouden ontroostbaar zijn, hun ouders zouden hun levenloze lichamen over enkele uren onder ogen moeten zien en zouden hier de rest van hun leven nachtmerries over houden.
Hoofdschuddend en diep in gedachten liep ik terug naar mijn rugzak en liet mezelf op de koude vloer zakken. We hadden nog niet gekeken wat er nou precies in zat, dus ik vond dat het tijd was om dat maar eens te doen.
“Wat ben je aan het doen?”
Ik draaide me om naar Aaron. Hij stond nog steeds bij het raam en keek me met opgetrokken wenkbrauwen aan. Hij drukte met een stalen gezicht zijn hand tegen de wond op zijn heup, waarbij zijn shirt onder het bloed kwam te zitten.
“Kijken wat er in mijn tas zit, volgens mij kan jij wel wat medicijnen gebruiken.” Was mijn simpele antwoord. “Kom zitten.”
“Er zitten medicijnen in mijn tas,” mompelde hij terwijl hij zich met een zuur gezicht tegen de muur liet zakken.
“Ook in de mijne.” Ik griste een potje zalf uit mijn tas en hield hem voor een seconden zwaaiend omhoog. Daarna knielde ik naast Aaron neer en draaide het potje open. De zalf had een groene kleur en stond zo verschrikkelijk dat ik mijn neus afkeurend optrok en mijn hoofd weg draaide.
“Geweldig,” kreunde Aaron geïrriteerd.
“Als het maar werkt,” grinnikte ik. “Trek je shirt uit.”
Aarons mondhoeken trokken als vanzelf omhoog en er kwam onmenselijk geluid uit zijn keel. “Had dan eerder gezegd dat je zo'n meisje was.”
Ik kneep mijn ogen samen tot kleine spleetjes en keek hem strak aan. “Gelukkig kan je er zelf nog om lachen.”
Aaron probeerde zijn mondhoeken wanhopig naar beneden te krijgen toen hij zijn jas uit deed en zijn shirt over zijn hoofd heen trok. Een mislukte poging, maar toch leuk dat hij het geprobeerd had.
“Ziet er niet al te best uit,” mompelde ik bij het aanzien van de wond boven zijn heup. Het had rafelige randen en zat onder het opgedroogde bloed.
Terwijl ik wat zalf uit het potje haalde en deze op en om de wond smeerde probeerde ik Aarons prikkende blik en zijn perfecte lichaam te negeren. Op de wond en wat schrammen en krassen na was zijn lichaam in perfecte conditie. Hij was gespierd en goed doorvoed, waarschijnlijk had hij nooit honger geleden. Hij wist waarschijnlijk niet eens hoe het was om echt honger te hebben, om elke dag hard te moeten werken om te kunnen overleven.
“Zo moet het goed zijn.” knikte ik, en draaide het potje met zalf weer dicht. “Morgen moet het zo goed als genezen zijn, dat heb ik vaker gezien.”
Toen ik op stond keek ik even naar hem, zijn bruine haren zaten warrig op zijn hoofd en zijn donkere ogen keken nieuwsgierig terug. Zijn blik leek wat zachter dan normaal, vriendelijker zelfs. Achter die enorme muur die hij steeds op hield leek Aaron me best een aardige jongen.
“Ga anders maar slapen,” verbrak Aaron de stilte. “Ik hou de wacht wel, halverwege de nacht wisselen we.”
Het bleef even stil voordat hij opnieuw iets zei. “Morgen ochtend gaan we zo snel mogelijk opzoek naar Jake en Annabella.”

Reageer (3)

  • Hanaemi

    Nieuw abo erbij! Erg goed geschreven, ook origineel ^^

    1 decennium geleden
  • Schack

    Gaaf ^^
    Abo +

    1 decennium geleden
  • Crimbie

    Zoeken jongens (; en Brielle jullie gaan nog een leuke tijd tegemoet :*

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen