Foto bij Season 1 Chapter 5

Hier is hoofdstukje 5 alweer!
Hopelijk gaan jullie de story steeds leuker vinden nu we steeds verder in het verhaal komen!

‘Dus wat wordt eigenlijk het plan?’ vroeg ik.
‘Het zal niet lang meer duren voordat de jeweetwel flink actie gaan ondernemen nu ze weten dat de ster op de planeet is, dus zullen we meer bescherming nodig hebben. Daarom leek het ons een goed plan om naar de ijskoningin te gaan’ zei Vera.
‘En die is te vertrouwen?’ vroeg ik.
‘Ja zeker’ zei Liam. ‘Ze heeft niet voor niets het vuurvolk uitgeschakeld omdat zij te weinig deden aan de situatie. Wij tweeën kunnen jou niet genoeg beschermen en jij zelf bent vrees ik ook niet alleen opgewassen tegen de jeweetwel, dus veilig in het paleis van de ijskoningin zou fijn zijn. Vanuit daar kunnen we eventueel plannen maken om de jeweetwel te bestrijden, in ieder geval, als de ijskoningin het daarmee eens is. Maar na jouw komst hier op de planeet, heb ik daar wel vertrouwen in’.
‘Dus het wordt een reisje naar het ijsvolk?’ vroeg ik.
‘Ik ga alvast onze spullen inpakken’ zei Vera.
‘Ja doe dat maar snel’ zei ik lachend. ‘Want als jullie lang niet thuis zullen zijn, is de kans groot dat de bokkenrijders alles meejatten’.
Liam schoot overeind en Vera hield haar adem in. Toen pas realiseerde ik me wat ik fout had gedaan.
‘FABIAN!’ riep Vera.
‘Sorry! Ik moet er gewoon aan wennen dat ik iets niet mag uitspreken’ zei ik.
‘We moeten hier meteen weg!’ riep Liam die meteen naar boven holde. Vera schoot achter hem aan en ook ik veerde omhoog. Toen ik boven aankwam, kwam Vera aangerend met twee bogen en twee kokers vol met pijlen. Liam opende een kluis verborgen achter een schilderij en haalde er alle briefjes uit. Ik een oogopslag zag ik dat er voornamelijk 500 ijskronen tussen zaten, dus ze hadden gelijk, over geld hoeven we ons geen zorgen te maken. ‘
Vera pak de noodtassen!’ riep Liam over zijn schouder. Vera holde een verdieping hoger en kwam naar beneden gesprint met twee rugzakken.
‘Pak aan’ zei ze tegen mij en ze duwde de bogen en pijlen in mijn hand. Liam trok de deur open en ik holde samen met Vera naar buiten. Liam sloot de deur en kwam achter ons aangehold.

‘Komen ze naar de locatie toe of sporen ze de persoon op?’ vroeg ik hijgend terwijl door het dorp heen renden.
‘Ze weten je locatie, gelukkig niet de persoon’ riep Liam over zijn schouder. Ik kon Vera en Liam amper bijhouden, maar gelukkig kwam het einde van het dorp al snel in zicht. Toen we het dorp uit waren, renden we de berg op die naast het dorp lag. Eenmaal boven aan durfden we pas voor het eerst stil te staan.
‘Het spijt me zo verschrikkelijk’ zei ik.
‘Maak je niet druk’ zei Vera. ‘Ik snap dat je aan het idee moet wennen dat je iets niet mag uitspreken’. Toen ineens hoorden we de mensen in het dorp gillen en draaiden we ons om. Er kwamen 6 reusachtige bokken het dorp binnengestormd met daarop in grijs geklede mensen. En toen wist ik wat ik die nacht in het bos onder mijn boom had gezien. Het was een bok met een ruiter erop die van de krater af kwam. De bokkenrijders wisten allang dat ik op de planeet zou arriveren, dus zouden ze er alles aan doen om mijn hart in handen te krijgen. Mensen renden door het dorp en huizen werden in brand gestoken.
‘We moeten terug gaan!’ riep ik naar Vera en Liam. ‘Het is mijn schuld dat het dorp aangevallen wordt!’.
‘We kunnen niet terug gaan!’ riep Vera. ‘We moeten nu gaan voordat ze ons te grazen nemen’. We draaiden ons om maar het was al te laat. Voor ons stonden vier bokkenrijders met hun zwaarden en bijlen in de aanslag.
‘De ster’ siste er eentje. Ik realiseerde me ineens dat ik mijn camouflagecrème niet had bijgewerkt en dat ik vergeten was mijn lenzen terug in te doen.
‘Fabian, je tekens’ fluisterde Vera naar mij. Liam en Vera kwamen in beweging en spanden in een beweging een pijl op hun bogen. Maar voordat ze konden schieten, haalde ik mijn boemerang tevoorschijn en wierp hem op de bokkenrijders. In een zwaai sneed mijn boemerang alle kelen door van de bokkenrijders. Met open mond staarden Vera en Liam naar de doden lichamen die voor ons lagen.
‘We moeten nu gaan’ zei ik. ‘Eenmaal bij de ijskoningin zijn we veilig’. En toen besloten we om door te rennen, weg van het dorp dat door mijn schuld nu verwoest werd.

Reageer (1)

  • zoekwoord

    hoe kom je er op? Ik vind het echt origineel!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen