Foto bij Season 1 Chapter 11

En hier is chapter 11. Hierna volgt nog één hoofdstuk van seizoen 1 en dan zit het eerste seizoen er alweer op.
Maar wees niet getreurd, het tweede seizoen zal daarna snel weer van start gaan :)

P.s. er zijn twee nieuwe characters toegevoegd aan het plaatje met hoofdpersonen :)

Het zwaard dat op me af kwam, maakte een kleine snee in mijn wang. Ik viel op de grond en draaide me om, zodat ik de tweede slag van het zwaard kon ontwijken. Ik stond op en bukte voor de derde slag. Ik pakte mijn boemerang en maakte een snee in het been van de bokkenrijder. De bokkenrijder zakte door zijn knie en ik maakte een diepe snee in zijn keel waardoor er een slagaderlijke bloeding ontstond. De tweede bokkenrijder kwam op mij af met een bijl en ik draaide soepel om hem heen. Met mijn elleboog raakte ik hem volop in zijn gezicht en ik hoorde zijn neus kraken. Hij schreeuwde het uit van de pijn en op dat zelfde moment vloog er een pijl zijn schedel door. Hij zakte op de grond en Vera kwam naar mij toegerend.
‘We moeten rennen, nu!’ riep ze. Geronimo en Liam waren al een stukje verderop en ik haalde samen met Vera hen in. Achter ons kwamen er steeds meer bokkenrijders op ons af.
‘We zijn bijna bij de hoofdstad’ zei Geronimo buiten adem. ‘Als we daar zijn krijgen we hopelijk hulp van het ijsvolk, maar dan moeten we wel eerst bij de hoofdstad zien te komen’. Af en toe draaide Geronimo zich om en vuurde in een beweging een ijsbal naar achteren af.
‘Er zitten ook gevorderde bokkenrijders bij’ zei Liam.
‘Ja dat had ik al in de gaten’ zei ik.
‘KIJK UIT!’ riep Vera. Ditmaal kwamen er verschillende bijlen op ons af. We doken op de grond om ze te ontwijken. We hadden geen tijd meer om op te staan, of we waren al omsingeld door de bokkenrijders.

Voorzichtig stonde we op en de bokkenrijders keken ons strak aan. Ineens ging de groep langzaam opzij zodat er een pad gevormd werd. Vanuit dat pad kwam een zwarte bok tevoorschijn met daarop een man met lang grijs haar. Hij had veel littekens in zijn gezicht en hij had een oud ingevallen gezicht. Hij stapte van zijn zwarte bok af en kwam naar ons toe.
‘Kijk is aan’ sprak zijn lage stem. ‘Zo te zien hebben we de volgende ster gevonden. Mag ik mezelf eerst even introduceren, voordat ik we je gevangen nemen?’ vroeg hij.
Ik zei niets en keek hem vol haat aan. ‘Goed dan, mijn naam is Hugo van den Loonsche-duinen, maar ik noem mezelf liever, de leider van de Bokkenrijders. Ik moet zeggen dat ik veel bewondering voor je heb, ster’ zei Hugo. ‘De meeste sterren die hier neer kwamen, en geloof me, ik heb er al veel meegemaakt, vertrouwde niemand en dachten het alleen te kunnen, maar jij vertrouwde deze tweeling en ijsjongen, jij laat tenminste vechtkracht zien. Ik kan niet wachten om jouw hart in handen te hebben, volgens mij heb jij een hart vol vechtkracht, niet waar?’ Ik zei niets en keek de andere aan die voorzichtig naar mij knikten, waardoor ik genoeg wist.
‘Ik zal je is laten zien hoeveel vechtkracht ik in me heb’ zei ik. Ik spreidde mijn armen en mijn hele lichaam lichtte op. De meeste bokkenrijders zakten door hun knieën, slechts enkele bleven staan en wendden hun blik af. Hugo sloot zijn ogen en zijn hand ging naar zijn zak.
‘Dat vind ik nou niet echt aardig van je, ster’ zei Hugo. ‘Maar om te laten zien dat jouw felle lichtje niet echt iets met me doet, heb ik het volgende’.
Hij haalde een rood zakje uit zijn broekzak en haalde wat er wat poeder uit. Mijn ogen werden groot en ik deed een stap naar achteren. Ik wist wat dit was, ik wist wat dit met me zou doen en hij wist het ook. Hij gooide het poeder naar me en ik gilde het uit. Ik zakte door mijn knieën en voel op de grond.
‘WAT WAS DAT!’ riep Vera in paniek.
‘Dat mijn lieve meisje’ zei Hugo. ‘Dat was sterrenstof, de as van het lichaam van de vorige ster die hier op de planeet was. Sterren zelf zijn er erg gevoelig voor, niet waar ster?’ Ik kon geen woord uit brengen en mijn lichaam begon te beven.
‘Neem ze gevangen, nu!’ hoorde ik Hugo zeggen. Met moeite deed ik mijn ogen open en ik probeerde me te verzetten. Twee bokkenrijders kwamen op mij af lopen en grepen mij ruw vast. Ik hoorde Vera schreeuwen en Liam en Geronimo probeerde nog in actie te komen, maar toen ineens hoorde we een hoog geluid, gevolgd door gefladder. Ik keek omhoog en zag een lichtblauwe uil die op ons af kwam. De uil streek neer tussen ons en Hugo in en langzaam veranderde het van vorm. Het nam de vorm aan van een lange slanke vrouw met ijs blauw haar. Op haar hoofd zat een tiara met blauwe diamanten erin en ze had een lichtblauwe fluwelen jurk aan. Achter ons kwamen verschillende mannen aangerend in lichtblauwe pakken en gingen beschermend om de vrouw heen staan.
‘Madelief’ zei Hugo vrolijk. ‘Wat leuk om jou weer is te zien’.
‘Verdwijn, Hugo van den Loonsche-duinen’ zei de ijskoningin. Hugo keek naar de ijsmannen en deed toen een stap naar achteren.
‘Zoals u wenst, mijn koningin. Het volgen van de ster heeft mij al genoeg bokkenrijdersbloed gekost. Maar denk maar niet dat de ster veilig bij je is. Ik kom terug’.
Hugo stapte op zijn bok en rende weg, gevolgd door de bokkenrijders. Mijn hoofd voelde ijskoud en vervolgens werd het zwart voor mijn ogen.
Het laatste wat ik voelde, was dat ik opgevangen werd door een aantal paar handen.

Reageer (1)

  • AriChibi

    Yay, nog een hoofdstuk!
    Ik gooi je story in m'n favorieten, my lord!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen