Foto bij Dorset

Dorset is een plaats in het zuid westen van Engeland aan zee en bestaat dus echt! Maar jullie moeten niet alles geloven over wat ik zeg over Dorset, sommige dingen zijn verzonnen!

Nog sorry dat ik zo laat heb geactiveerd maar ik was heel druk bezig met leren voor de PWweek.

Veel plezier met lezen!

Van heel de reis naar Engeland vond Roos de bootreis het ergste. Altijd als ze op een boot zit wordt ze super misselijk. Het is al heel wat dat ik niet heb overgegeven, denkt Roos.
Ze kijkt door het raam naar buiten.
"Is het nog ver?" vraagt ze.
"Nee," antwoord haar vader, "we zijn er bijna."
Roos zucht. Haar vader heeft tijdens de reis al een heleboel vertelt over Dorset, het plaatsje waar ze gaan wonen. Het ligt in het zuidwesten van Engeland, aan de zee. Het is een graaflandschap en, zoals ze al ziet, zijn er een heleboel grote, vlakke velden voor de akkerbouw. De zomers zijn heet, en in de winter is het niet kouder dan 7 á 8 graden. Ook is er, zoals haar vader al had gezegd, een groot natuurpark. In de ene helft is een vogelpark, en de andere helft mag je niet komen.
Dorset is ook populair voor toeristen. Ze is al drie verschillende vakantieparken tegengekomen. Misschien kun je daar een baantje krijgen, had Jeffrey gezegd. Roos had haar schouders opgehaald. Ze moest daar echt niet aan denken. Het liefst wilde ze zo weer omkeren en terug naar huis rijden. Maar dat kon nou helaas niet. Misschien was een baantje daarom juist wel goed. Een beetje afleiding.

Zo'n 20 minuten later parkeerde haar vader de auto voor een groot landhuis. Ze stapten uit. Roos mond viel open. Wat een joekel van een huis! Ze had altijd al geweten dat de overleden ouders van haar vader veel geld hadden, en dat allemaal, inclusief dit huis, hadden nagelaten aan Jeffrey.
Maar dat ze zó rijk waren... Dat had ze nóóit verwacht!!
"Niet slecht hè" zei haar vader, met zo'n brede glimlach op z'n gezicht, dat ze dacht dat de onderste helft van zijn gezicht eraf zou vallen.
"Ik vind ons oude huis leuker."
Haar vader zuchte en reageerde verder maar niet. "Ge-wel-dig"
Roos rolde met haar ogen. Geweldig, zegt ie dan.

Eigenlijk had haar vader wel gelijk. Het IS een geweldig huis! Al kijkt ze wel uit om dat tegen haar vader te zeggen.
Het is een groot houten huis met een veranda. Op de veranda staat een oude houten schommelstoel die nog van de moeder van haar vader is geweest. Op de beneden verdieping is een woonkamer, badkamer, aparte wc, de hal, keuken, bibliotheek en een eetkamer. Op de eerste verdieping zijn vier hele grote en mooie slaapkamers (twee daarvan hebben een balkon), een kleine maar gezellige en goed verlichte logeerkamer en twee badkamers. Het huis heeft verder nog een hele grote, oude zolder waar allemaal oude spullen staan en een heleboel stof ligt, een wijnkelder en nog een wat grotere kelder. Achter het huis is ook een veranda en een geweldige tuin met de mooiste kleuren bloemen, een overdekt (zodat je ook in de winter kunt zwemmen) en verwarmd zwembad en nog een heel groot grasveld met een oud gammel voetbal doeltje. Achterin de tuin staat een schuurtje, en tussen twee bomen hangt een witte hangmat.

Jeffrey vind het allemaal geweldig. Terwijl de verhuizers alle meubels naar binnen sjouwen en op hun plaats zetten, loopt Roos haar vader van de een naar de andere kamer. Hij kan het maar niet geloven dat hij hier zijn jeugd heeft doorgebracht en dat hij er nu weer gewoon in gaat wonen.
Op zolder vind hij een heleboel oude spullen waar hij vroeger zo vaak mee heeft gespeeld, in de schuur staat nog zijn eerste fiets, op zijn slaapkamer vind hij zijn oude teddybeer waarvan hij dacht dat hij die kwijt was en ga zo maar door. Roos kan het allemaal niet meer aanzien. Het lijkt wel alsof ze hier voor een gezellig familie uitje heen is, in plaats van dat ze hier gaan wonen omdat Ellie is overleden.
Roos trekt aan haar vaders mouw, "Ik ga even naar zee pap."
Haar vader knikt en drukt zijn oude teddybeer stevig tegen zich aan. Een verhuizer komt de slaapkamer binnen, "Waar moet deze bank staan meneer?"
Haar vader kijkt op. "O die moet uh..."
Roos vlucht vlug de trap af naar beneden. Over de veranda, nog een trapje af.
Naast het huis ligt een grijs grindpad. Ze weet nog dat haar vader in de auto tegen haar zei dat als ze dat pad neemt ze binnen vijf minuten lopen op het strand is.

En haar vader heeft gelijk. Vijf minuten later loopt ze met haar slippers in haar handen, met haar blote voeten over het door de zon verwarmde goudgele zand. Er is niemand anders op het strand. Haar vader vermoedde dat al. Hij had gezegd dat op dit deel van het strand bijna nooit mensen kwamen en dat dit deel van het strand vooral gebruikt werd om hier met je paard te kunnen rijden.
Roos kijkt in het rond. Ze ziet helemaal niemand. Ook geen mensen met paarden. Eigenlijk vind ze dat ook wel fijn. Het liefste wilde ze gewoon even alleen zijn.

Roos had haar broekspijpen opgerold en nu liep ze rustig langs de kustlijn. Zo nu en dan raakte de zee haar voeten even. De wind blies door haar krullen. Ze sloot haar ogen en genoot van de stilte. Van het geluid van de zee. Van hoefgetrappel en daarna een keiharde gil.....
Roos opende haar ogen. Een keiharde gil?!
Ze draaide zich met een ruk om. Een grote zwarte fries, met zadel en hoofdstel nog om, kwam met een noodvaart recht op haar afgestormd!

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen