Sorry ik heb een inspiratie boost, dus vandaar zoveel hoofdstukken en ik doe mee aan Camp NaNoWriMo en ik moet aan het eind van de maand. 50.000 woorden hebben.

Alchom besloot om te ontbijten in het restaurantje waar hij die dag daarvoor aangekomen was. Hij liep door de straat en kwam uiteindelijk aan bij het kleine huisje en opende langzaam de deur.
Het was donker en zag een grote bloedvlek op de grond liggen. Het was al opgedroogd en hij zakte neer om beter te bekijken, als hij een aantal gaten erin zag zitten.
Alchom liep naar de bar toe en ging op een van de hoge krukken zitten, tot hij iemand hoorde snikken. Alchom boog zich over de bar heen en zag de barman in feutishouding op de grond zitten.
Zijn gezicht was lijkbleek en zijn emotie was een en al angst.
Met een schok liep Alchom naar de man en bukte bij hem. 'Wat is er gebeurd?' vroeg hij, maar de barman schudde al zijn hoofd.
'Als ik het vertel komen ze me halen,' sprak hij en toen keek hij naar het gezicht van Alchom. Hij herkende hem.
'Maak dat je wegkomt hier, door jou durf ik het huis niet meer uit, door jou was ik bijna mijn zoon verloren,' riep hij nu en kwam overeind en liet zicht dreigend naar de knielende man bewegen.
Alchom schoot achter de bar vandaan en stond in de ruimte.
'Ik heb niks verkeerts verteld, als u me nou uitlegd wat er gebeurd is, ' riep hij terug.
De barman ging op de kruk zitten, maar durfde nog steeds niets te zeggen. Uiteindelijk kwam Alchom naast me zitten. 'Het ging allemaal zo snel,' begon de barman te spreken.
'Hij zag er jong uit, hij had me beet voordat ik ook maar kon schreeuwen en hij dreigde me om mijn zoon aan hem te geven. Vervolgens greep hij me bij mijn keel. De persoon die achter de verdwijningen aan zit is een vampier. Ik voelde dat mijn bloed eruit werd gezogen, maar iets heeft hem tegen gehouden.'
Alchom luisterde voorzichtig en nam ieder woord in zich op.
Vampiers.
Hij had ooit van deze creatures gehoord, en hij wist dat ze niet bestonden. 'En heeft u kunnen zien hoe de vampier eruitzag?' vroeg Alchom verder. De barman schudde zijn hoofd.
'Ik mag niks meer vertellen, ik heb al genoeg vertelt, vlucht het dorp uit nu het nog kan,' smeekte de barman. Alchom kon niet weg, hij moest met een goed verhaal terug komen.
'Ik ga maar weer, ik zal uw verhaal niet meer vertellen.'

En zo vertrok Alchom, terug naar zijn slaapkamer om het laatste nieuws en het beetje bloed dat hij nog weg kon schrapen en ik een buisje had gedaan, om het te onderzoeken en het op te schrijven.
Hij liep de poort door en keek naar het verwilderde onkruid. Overal waren varens en andere soorten planten de baas over de kleinere bloemen en plantjes. Even bleef hij voor een reuzachtige boom staan en zakte neer naar een grote witte steen. De tekst wat onleesbaar en hij schraapte het zand weg en toen kwam er een zin te staan.
Moge hun in vrede leven. Menneer Adrian Nightlock, geboren... Gestorven 2010
En mevrouw Gabriella Nightlock, geboren ..... Gestorven 2010

De cijfers van het geboorte jaartal waren moeilijk te zien, maar ze waren waarschijnlijk vrij jong. En bovenal waren ze in hetzelfde jaar gestorven. Alchom had moeite om zijn tranen in bedwang te houden, maar hij voelde dat deze jongens minstens vijf jaar alleen waren. Allebei jongens van dertien die hun ouders verloren.
Alchom keek naar de boom, waarbij de bladeren lichtgroen van kleur was. 'God zegen je zoons, dat ze lang mogen leven,' bad hij en liep van de boom vandaan naat de deur.
Hij opende de deur en liep eramgs waar hij het vervolgens sloot en de trap naar zijn kamer. Onderweg liep hij langs de biebliotheek om informatie te zoeken over deze jongens.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen