Foto bij imagination

Let me stay
Where the wind will whisper to me
Where the raindrops, as they’re falling, tell a story

Ik hou van treinreizen. Treinreizen doe ik dagelijks voor school en als ik niet naar school moet ben ik al weer op weg naar familie en vrienden. Treinreizen is iets gewoons, maar toch speciaals. En hoe langer, hoe beter. Ik vermaak me wel.

Het leukste aan het hele treinreizen vind ik de mensen. Iedereen is anders, maar een ding hebben we gemeen. We moeten ons allemaal verplaatsen van plaats A naar plaats B. Het liefst zo soepel mogelijk zonder te veel gedoe. Daar heb je bij de NS ook wat aan…
Maar ik probeer in de tijd dat ik reis zoveel mogelijk verhalen te verzinnen bij ieder persoon. En of het een goede eigenschap is of niet, niemand hoeft het toch te weten. Alles zit veilig in mijn gedachten.

Zo zat ik vandaag met een man voor me in de vierzit. Met bruin, half lang haar. Hij tuurde naar buiten terwijl hij op zijn nette broek een Macbook open geklapt had liggen. Af en toe wierp hij zijn blik naar zijn telefoon. Hij wachtte vast op een telefoontje van zijn baas. Misschien promotie? Of een belangrijke vergadering waarbij hij al te laat was. Het was tenslotte al half 10. Zijn gelakte schoenen tikte zenuwachtig tegen de vloer. Waarschijnlijk met de maat mee op zijn muziek. Hij zou een druk leven moet hebben, want om zijn ringvinger draagt hij ook al een trouwring. En wanneer hij geïrriteerd zijn homebutton voor de 3e keer in drukt zie ik een schattig klein meisje van een jaar of twee op zijn achtergrond staan. Ik stopte met hem te bekijken toen hij me betrapte met zijn felle blauwe ogen. Verlegen keek ik de andere kant op en pakte de krant naast me. Ik klapte hem open en probeerde te gaan lezen. Ik voelde me betrapt op het feit dat hij me doorhad dat ik hem bekeek. Voor mijn gevoel kon hij namelijk bijna mijn gedachten lezen, want hij stopte onmiddellijk met zenuwachtig doen. Van boven mijn krant kon ik hem zijn haar achter zijn oren zien doen en nogmaals zijn homebutton in drukken.

In de andere vierzit naast me zit een wat jonger meisje. Misschien net wat jonger dan ik. Zij blijkt wat minder zenuwachtig te zijn. In tegen deel: soms zit ze knikkebollend met haar hoofd naar beneden. Voor haar zal deze reis misschien wat minder moeizaam verlopen. Wat ik me overigens goed kan begrijpen in de hitte.
Ik ben daarom ook blij als we bij de volgende halte zijn en de deuren heel even open gaan. Een fris briesje komt me tegemoet en ik omarm het maar al te graag. Nét als het nieuwe slachtoffer wat binnen komt lopen. Een oudere dame met een prachtige bos bloemen. Ze gaat naast de zakelijke man zitten en lacht vriendelijk naar me. Ik lach terug en leg mijn krant weg.

Deze oude mevrouw is duidelijk niet op weg naar werk, maar heeft een veel leuker plan. Zij gaat haar kleinkinderen bezoeken of misschien een oude vriendin die lang, lang geleden een beste vriendin was. Ze woonde in het zelfde dorp, maar nadat ze met haar man besloten heeft verder weg te gaan wonen kon mevrouw haar beste vriendin niet meer zoveel op zoeken. En als ik haar zou vragen waarom ze niet eerder contact had gelegd had ik waarschijnlijk het antwoord gekregen dat ze nog niet begreep hoe een telefoon werkte en de postduif meerdere keren niet was aangekomen. Nu wilde ze het goed maken met een bosje bloemen.
Ik moet gniffelen van het idee. Nee, dat is wel héél lang geleden en niet eens meer realistisch. Pas nu de conducteur onze kaartjes controleert en de vrouw haar portemonnee open doet, valt het me op dat er twee pasfoto’s in zitten. Een jonge en een meisje niet ouder dan 10. Deze mevrouw zal dus wel op weg zijn naar haar kleinkinderen. Dochter en schoonzoon hadden namelijk meer kans op werk in het westen van het land en oma bleef achter. En na alle bezoekjes die haar dochter bracht met de familie vond oma het nu tijd om eens zelf die kant op te gaan en ze is te verassen met een mooie bos bloemen. Ze was benieuwd hoe de babykamer zou worden, want dochter was zwanger van de derde. Ik moest mezelf even wakker schudden, want ik besefte me dat er op mijn gezicht en verschrikkelijke, glimlach was gekomen. Ook de vrouw keek me nu vragend aan, maar niet wetend dat ik haar leven aan het invullen was. Dat ik een beeld probeerde te krijgen van iemand die ik niet kende en dat was mooi. Waarschijnlijke vulde ik het nog mooier in dan het zou zijn.

Want misschien was de zakelijke man wel op weg naar de advocaat, om zijn scheiding te regelen. Hij wilde absoluut niet dat zijn kleine meisje er dupe van zou worden ondanks dat ook hij het graag anders wilde hebben en met zijn vrouw een voor eeuwig en gelukkig leven kon leiden.
En misschien was de oude vrouw wel op pad naar de begraafplaats van haar man. Ze wilde hem even komen vergezellen en het graf opvrolijken met de prachtige bloemen waar haar man zo dol op was. Het is dan bijna absurd wat alleen de buitenkant laat zien, maar dat er in iemand misschien heel veel verdriet schuilt.
En misschien vind ik dat ook wel het mooiste, want ik weet dat ik niet de enige zal zijn die dit graag doet. Misschien ben ik in de ogen van iemand anders een goeie student die het helemaal gaat maken in haar examenjaar. Haar stageplek zal haar vaste baan worden en ze is goed bezig met voorbereidingen met haar verdere levensjaren. Een eerste huisje, een rijbewijs, studeren naast haar baan. Zij heeft het allemaal voor elkaar en mensen staan te springen om met haar zaken te mogen doen.
Helaas mag er niets van waar zijn, maar het gaat om het idee. Mensen krijgen een beeld als ze iemand voor het eerste zien. Het kan me daarom soms erg opluchten dat mijn soms iets sombere wereld in de ogen van een vreemde niet zal bestaan.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen