Foto bij Now I'm Sick Of It!

Nikita Pov:

Ik bijt op mijn lip om niet in de lach te schieten. De andere jongen is al in de lach geschoten. Naminé heeft rode wangetjes. Dat staat er eigenlijk nogal schattig! Tom draait zich met een chagrijnig gezicht naar ons om.
‘Ben ik soms een schietschijf?’ gromt hij. Dit was zo ontzettend niet grappig.
‘Wacht even!’ roept Naminé opeens en sprint de ruimte uit. Verbaasd kijken we haar na.
‘Wat gaat zij nou doen?’ vraagt Tom verbaasd, de telefoon al weer helemaal vergeten. Ik haal mijn schouders op. Als ze nou eenmaal een rare bui heeft, begrijpt niemand haar. Even later komt ze weer terug de ruimte in gerent, met een dienblad en een haarband. Ze loopt op Tom af en bindt het dienblad met de haarband aan zijn hoofd.
‘Zo, nu ben je een schietschijf,’ zegt ze met een tevreden grijns. Ik schiet keihard in de lach, net als de jongen. En zelfs Tom kan het niet laten om te grinniken. De telefoon, die nog steeds aan Toms voeten ligt, begint Naminés vrolijke ringtone af te spelen. Ze wordt gebeld. Naminé en ik stoppen meteen met lachen. Ik raap de telefoon op en druk op het groene telefoontje.
‘Oké klootzak, laat ons meteen met rust of ik stuur mensen op je af die niet veel van je heel laten!’ roep ik kwaad in de telefoon. Tom en de jongen kijken me met een opgetrokken wenkbrauw aan.
‘Ook hallo Nikita. Mag ik mijn dochter even spreken?’ Ik voel het bloed naar mijn wangen stijgen.
‘Natuurlijk, mevrouw Sleister.’ Ik draai me met uitgestreken gezicht om naar Naminé. ‘Het is je moeder.’ Ze kijkt me even aan, knippert met haar ogen en schiet dan in de lach. Ze neemt de telefoon aan.
‘Dag mam!’ zegt ze vrolijk. Ik verberg mijn gezicht in mijn handen. Haar moeder mag me al niet, en nu heeft ze dus al helemaal een hekel aan me. Dat heb ik weer.
‘Wie dacht je dat het was?’ Tom staat echt veels te dichtbij me. Zijn schietschijf heeft hij er al afgehaald. Ik ga dreigend voor hem staan en plant mijn vinger tegen zijn borstbeen.
‘Oké meneertje, laat me eens duidelijk zijn: laat ons gewoon met rust en bemoei je niet met onze zaken. Wij moeten jou niet en dat zal niet veranderen!’ sis ik naar hem. Hij kijkt met grote ogen terug. Mijn telefoon gaat. Zonder oogcontact te verliezen, neem ik op. ‘Hallo, met Nikita,’ zeg ik bot. Ik ben nu echt in een pesthumeur.
‘Hé! Met Simon, van de crossbaan.’ Meteen slaat mijn humeur om.
‘O, hé Simon! Hoe gaat het?’ Ik werp Tom nog even een waarschuwende blik en keer hem dan mijn rug toe. Met mijn hand glijd ik door mijn haar.
‘Super hè! Met jou?’
‘Ach, ik heb wel eens betere dagen gehad,’ zucht ik.
‘Oh, maar waarvoor ik belde: Heb je zin om een keertje af te spreken?’ Mijn hart maakt een sprongetje.
‘Ja, tof!’
‘Eh, kun je overmorgen?’
‘Moet lukken, waar spreken we af?’
‘Ken je die grote muziekzaak in het centrum?’
‘Ja, natuurlijk. Wie niet?’ Hij lacht.
‘Om half 2 daar?’
‘Is goed! Ik zie je dan.’
‘Doei.’ Ik berg mijn telefoon op en maak dan een vrolijk sprongetje. De jongens kijken me raar aan. Ik steek mijn middelvinger naar ze op en huppel naar Naminé, die ook net klaar is met bellen.
‘Hé, wie belde je?’ vraagt ze meteen.
‘Simon, we hebben voor overmorgen afgesproken.’ Ze gilt.
‘Wat gaaf! Ik wist wel dat hij iets voor jou was!’ Ik glimlach.
‘Waarvoor belde je moeder eigenlijk?’ Ze zucht diep.

Reageer (2)

  • WildIsTheWind

    Heel snel verder!!

    1 decennium geleden
  • NNoise

    verder!<3
    I love it:9~

    xx.

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen