Foto bij Foxes: Fragile

De volgende hoofdstukken worden minder zielig.

Ik snuffel nog eens, de tranen lopen op mijn wangen. Waarom Fragile? Ik zet mijn poot op Fragile's buik zo dat ik haar dicht bij me heb. Zelf weet ik dat het een lijk is en dat Fragile zelf er niet is, maar dat boeit me niet. Ik sluit mijn ogen en zie Fragile naar me lachen, Fragile toen ze jong was:speels en blij, hoe we met elkaar speelde, hoe we elkaar hielpen toen we gepest werden, hoe Fragile en ik probeerde om vlinders te vangen. Fragile...

Ik hoor voetstappen mijn ogen gaan open en zie een jager op me afkomen; snel schiet ik weg het bos in, straks eindig ik mischien net als Fragile. Ik ren door het bos over plassen en modderpoelen. Weg van Fragile, van mensen. Mensen wat hebben ze ons vossen aangedaan!? Ik voel mezelf boos worden, ik voel me machtig worden ik denk nergens anders dan wraak. Wraak wat ze met Fragile hebben aangedaan. Wraak met wat ze met mijn vader hebben aangedaan. Wraak wat ze voosen aan doen. Ik draai om en kijk naar de horizon, in de verte zie ik de boederij. Snel draai ik weer terug en ren ik verder opzoek naar een ander terretorium.

Na een tijd rennen ben ik bij een rustig plek aangekomen. Geen idee of hier mensen of vossen zijn. Ik baken mijn gebied af. Ik ga liggen en kijk naar de bomen. Ik denk aan Fragile, Swift, Bonnie, Quick en Might. Hoe het was toen we nog klein waren. Toen we nog een leven hadden zonder gevaar. ´Dit is mijn gebied!´ Hoor ik vos roepen snel kom ik overeind. ´Ga weg!´ Roept de vos, het is een oude en ervaren vos. Maar dit keer laat ik het niet over me heen komen. ´Bewijs dan!´ Roep ik kwaad en de vos lacht. ´Wil je vechten!?' Hij lacht me uit. 'Wil je vechten!? Durf je niet?' Ik wordt kwaad en spring op de vos. De vos springt ook en we staan op onze achterpoten met de voorpoten op elkaar geklemt. Ik hap naar hem toe, maar hij ontwijkt. Hij hapt terug en ik kan hem net ontwijken. Dan springt hij naar voren, ,maar ik houdt hem tegen en hap naar hem. Hij ontwijkt. Het gaat zo verder en de andere vos wordt steeds kwader en feller, terwijl ik banger wordt. 'Geef toe ik heb gewonnen! Je hebt het goed geprobeert, maar ik heb uiteindelijk gewonnen!' Zegt de vos boos. Maar ik ga door. 'Dit is nutteloos! Je kan, maar beter weg gaan!' Zegt de vos nog feller. Snel spring ik achteruit, ik ben vermoeid van het vechten. Snel vlucht ik weg; ik ben snel uitgeput. Ik hijg en val bijna flauw, maar ik ga verder. Tijdens het rennen zie ik een kever ik plet hem met mijn poot en eet hem snel op; ik was bijna gestruikelt, maar het is het waard. Ik voel kracht binnen stromen; ik ren harder en verder dan ik ooit gerend heb.


Reageer (1)

  • Lorem

    Dat is pas over je grenzen gaan.

    9 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen