Draco staarde een tijdje uit het raam. Ik wist even niet of ik wat moest zeggen, of niet.
'Ik heb een gevoel dat ik je ergens van ken.' Zei Draco en keek me even heel lang aan. Ik haalde mijn wenkbrauwen op en zei:
'Als ik jou ergens van kende, zou ik het wel hebben gezien, hoor.'
'Mmm-mh. Natuurlijk.' Zei hij op een kil toontje. Ik wist nog niet zeker of ik hem mocht.
'Op welke afdeling zaten je ouders?' Vroeg Draco.
'Eh, mijn ouders hebben geen tovertalent, ik ben de enige in de familie die op Zweinstein zit, of heeft gezeten.'
Draco keek alsof hij niet blij was om dat te horen.
'Mijn ouders zaten in Zwadderich, en ik kom daar ook.' Zei hij zelfverzekerd.
'Maar als je met mij omgaat, zal jij ook wel bij Zwadderich komen.'
'Eh, ja oke.' Zei ik. Ik had geen idee wat Zwadderich was, maar ik stemde gewoon in, omdat ik dacht dat hij dat wilde horen.
De coupédeur gleed open en er kwam een oude vrouw binnen.
'Willen jullie iets van mijn karretje?' Vroeg ze.
Draco stond op en kocht wat. Hij ging weer zitten en bood mij iets aan.
'Wil je ook wat?' Vroeg hij. Ik voelde aan dat hij het meende en dat kon je ook aan zijn ogen zien.
'Graag,' en ik pakte de chocokikker aan.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen