Foto bij - 6 -

Nog een hoofdstuk, zodat ik wat druk op mezelf kan leggen om verder te schrijven. :'D

Oh, en hier wordt iemand genoemd die later ook nog in een paar hoofdstukken voor zal komen. Drie keer raden wie. (Ik zou het trouwens heel knap vinden als je echt drie keer moet raden, want Percy en Oliver zijn hier veel te druk bezig met hun onhandige versie van geflirt om veel aandacht aan anderen te schenken, dus zoveel opties zijn er niet.) (krul)

Het was nog steeds wennen voor Percy dat hij zijn jongste dochter nu regelmatig bij zijn ouders achter moest laten. Hoe slecht Audrey ook was geweest als moeder, in ieder geval had haar aanwezigheid betekend dat ze hun werkuren zo konden indelen dat er altijd wel iemand thuis was. Tegenwoordig ging dat niet meer, want hoe graag hij ook op ieder moment van de dag direct voor Lucy zou klaarstaan, soms ging zijn werk toch een keer voor.
      Dat zorgde ervoor dat hij zich dit keer extra schuldig voelde om Lucy alleen te laten, want het andere wat hij te doen had, had niet eens met werk te maken. Lucy stond al tevreden bij het aanrecht in de Burrow vormpjes in de koekjesdeeg te rammen en leek zich prima te vermaken, maar toch bleef Percy ook in de keuken rondhangen. Toen hij voor de derde keer vroeg of iedereen dit echt oké vond, zette zijn moeder haar handen op zijn schouders en duwde ze hem tot hij buiten de keuken stond. “Veel plezier op het feest, lieverd,” zei ze, vlak voordat ze de deur voor zijn neus dichtsloeg. Nu moest hij wel gaan.
      Toen hij bij Penny’s huis aankwam, was hij waarschijnlijk een van de laatste mensen die arriveerden. Haar hele woonkamer, keuken, studeerkamer en postzegelgrote tuin stonden al vol met gasten. Na twee rondjes door het huis gaf hij zijn pogingen haar te vinden op en stuurde in plaats daarvan op de tafel met drankjes af. Misschien zou hij meer geluk hebben als hij een beetje aangeschoten was en de stem in zijn hoofd die nog steeds over Lucy zeurde eindelijk zijn kop hield.
      Hij was net met een lepel in de punch aan het vissen om te zien wat voor rare vlokjes erin zwommen, toen hij opeens werd aangesproken. Hij schrok zo van de stem dat hij bijna de punchlepel in de kom liet verzuipen.
      “Percy! Wat doe jij hier?”
      Hij draaide zich naar de persoon die had gesproken en - Oliver. Oliver stond naast hem. Waarom stond Oliver naast hem?
      “Ik ben uitgenodigd,” antwoordde Percy, wat aan de trage kant. Misschien toch maar beter geen alcohol. “Ben jij hier op een andere manier verzeild geraakt?” Absoluut geen alcohol. Wat was dat nou voor vraag?
      Oliver moest er echter om lachen. “De verloofde van mijn beste vriend is het zusje van de jarige. Dus ja, ik ben een party crasher.”
      “Dat zou ik niet achter zo een respectabele basisschoolleraar hebben gezocht.”
      “Helpt het als ik zeg dat ik party crasher ben onder dwang? Wes en Helena hebben me tegen mijn zin mijn appartement uit gesleept. Ik was van plan de avond op de bank door te brengen met nakijkwerk en de rest pasta van gisteravond.” Oliver trok een gezicht. “Wacht, ik heb Wes beloofd dat tegen niemand te zeggen. Hij dacht dat ik een slechte indruk zou maken.”
      “Je geheim is veilig bij mij, geloof me. Als mijn moeder me niet net uit haar huis had gegooid, zou ik daar nog steeds rond de keukentafel hangen, op zoek naar een excuus om niet hier te hoeven komen.”
      “Geen feestbeest?”
      Percy schoot in de lach, net nu hij had besloten om de punch toch een kans te geven en een overvolle lepel in zijn hand had. Het lukte hem het meeste succesvol in het bekertje te gieten, maar een paar druppels vielen op de vloer. Hij pakte een servet en bukte zich, precies op het moment dat Oliver zei: “Hier, laat mij-” Het resultaat was dat hun hoofden tegen elkaar knalden op een niet zo prettige manier - al vroeg Percy zich af of er een manier was waarop dat kon gaan die wel prettig was.
      “Sorry,” zei hij onmiddellijk.
      Oliver wreef lachend over zijn voorhoofd. “Nee, het spijt me, mijn schuld.”
      “Gaat het?”
      “Prima. En hé, nu weet ik hoe het voelt om mijn hoofd tegen je te stoten. Weer iets om aan mijn lijstje toe te voegen.” Hij bevroor. “Eh. Misschien was die klap toch wat harder dan ik dacht.”
      De vloer was weer droog en de twee servetten lagen als propjes naast de kom met punch, dus Percy had al zijn aandacht weer vrij voor Oliver. “Lijstje? Wat voor lijstje?”
      “Dat was niet letterlijk bedoeld,” zei Oliver, al klonk hij zelf niet eens erg overtuigd. “Een figuurlijk lijstje. Van de dingen die Lucy me verteld heeft. Ik weet meer over je dan jijzelf, weet je nog?”
      “Ja, dat herinner ik me. Het lijkt me erg onwaarschijnlijk.” Het was niet Percy’s bedoeling een hint van een uitdaging in die woorden te leggen, want hij had niet eens het excuus dat hij had gedronken. Oliver pikte de uitdaging echter onmiddellijk - en een beetje opgelucht - op.
      “Je lievelingskleur is lichtblauw,” zei hij, waarbij hij de feiten die hij opsomde op zijn vingers begon af te tellen. “Je gaat iedere zondag samen met Lucy op bezoek bij je ouders. Jullie zijn nooit van plan daar te blijven eten, maar negen van de tien keer worden jullie toch overgehaald. Je houdt niet van de kleur oranje. Je werkt bij het Ministry, net als je vader. Je hebt een hele hoop broers en één zusje. Je bent fan van de Chudley Cannons omdat dat in je familie loopt - verkeerde keuze, trouwens, Puddlemere is beter - en je zegt dat je lievelingseten zelfgemaakte pizza is omdat Lucy daarvan houdt en je haar op die manier veel groente kunt laten eten, maar ze heeft wel door dat je zelf meer fan bent van spaghetti.” Oliver had inmiddels alle tien zijn vingers in de lucht, dus het leek Percy tijd hem te stoppen.
      “Oké!” riep hij. “Onwaarschijnlijk, maar waar, blijkbaar.”
      “Sorry,” zei Oliver, weer wat meer ingetogen. “Wes kan me waarschuwen me normaal te gedragen zoveel hij wil, maar het helpt duidelijk niet.”
      “Nee, dat… was indrukwekkend.”
      Oliver staarde hem ongelovig aan. “Weet je zeker dat je niet zelf je hoofd wat te hard hebt gestoten?”
      Percy wreef over zijn eigen voorhoofd. Hij kon de plek nog heel duidelijk voelen. “Dat is ook mogelijk,” gaf hij toe. Oliver schoot opnieuw in de lach.

Reageer (4)

  • Vasilisa

    [Insert Quidditch team] x)

    Ik ship die twee zo erg :')

    9 jaar geleden
  • Altaria

    Wes! Maar aangezien ik niet weet, tenzij als koppelaar maar Lucy beheert die positie al, ga ik voor Audrey...

    9 jaar geleden
  • Wiarda

    "Het resultaat was dat hun hoofden tegen elkaar knalden op een niet zo prettige manier - al vroeg Percy zich af of er een manier was waarop dat kon gaan die wel prettig was."
    Nou, tja, zachtjes, met meer mond en minder voorhoofd. :')

    En WESSSS. (Eerst schreef ik WEEEES, maar dat leek me een beetje te pijnlijk accuraat. :/) Hij is er niet eens zelf, maar het blijft toch leuk. :Y) Bovendien heeft hij ervoor gezorgd dat Oliver er tenminste was om onsubtiel aan Percy te laten weten dat hij veel meer over hem heeft onthouden dan noodzakelijk is of ook maar logisch lijkt als de docent van zijn dochter. Snoepjes. c:

    9 jaar geleden
  • Necessity

    “Gaat het?”
    “Prima. En hé, nu weet ik hoe het voelt om mijn hoofd tegen je te stoten. Weer iets om aan mijn lijstje toe te voegen.” Hij bevroor. “Eh. Misschien was die klap toch wat harder dan ik dacht.”

    Hahahahaha, ik moet me echt inhouden om niet hardop te lachen, wat heel raar zou zijn aangezien ik in de woonkamer zit en er reclame op televisie is

    9 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen