Ik bel Reda's secretaresse op en vertel haar dat ze aan hem moet doorgeven dat ik er vandoor ga. 'Maar mevrouw hij zou wel willen weten waar je naartoe gaat en of je terug komt.' zegt ze aarzelend. 'Vertel hem dan maar dat bij Zakaria ben en zeker terug kom.' zeg ik snel en hang onmiddellijk op. Ik heb geen zin in haar gezeur en in die van Reda. Snel pak ik mijn tas en verlaat zo het gebouw. Bij The Slimani's aangekomen loop ik de receptioniste voorbij en negeer de vrouw erachter volkomen. Ik moet nu meteen weten wat er aan de hand is. Ik weet niet waar ik moet zoeken. 

Er is niemand die ik zou kunnen vragen om hulp. 'Blijf verdomme gewoon buiten staan!!' hoor ik iemand verderop schreeuwen. Ik herken zijn stem meteen en loop op het geluid af. Als ik voor zijn kantoor kom te staan zie ik dat er een lange en brede bewaker voor staat. 'U kunt niet naar binnen mevrouw. Zakaria is nu niet te spreken en heeft me gevraagd niemand binnen te laten.' 'Wat is dit nou voor onzin? Zakaria heeft mij gevraagd hier naartoe te komen omdat hij me dringend nodig heeft. En dan wil jij mij komen zeggen dat ik nu niet binnen word gelaten?!' zeg ik bot maar vooral geïrriteerd. Hij kijkt me verward aan en tovert daarna een lichte glimlach op zijn gelaat. 'Het spijt me. U moet vast mevrouw rania zijn?' vraagt hij me ter bevestiging. 'Ja dat ben ik. Mag ik naar binnen?' Hij kijkt me vol medelijden aan. 'Wat is hier aan de hand?' vraag ik hem rustig. Ik weet dat er iets ernstig aan de hand is. De manier waarop hij naar me kijkt zegt al genoeg. 

Er is iets dat ik moet weten en ik geloof dat het me ook kapot zal maken. 'Gaat u maar naar binnen.' zegt hij en negeert mijn vraag. Nieuwsgierig maar vooral bang stap ik zijn kantoor binnen en tref een gespannen Zakaria aan. Hij kijkt op als hij mij ziet en staat vervolgens op. 'Rania' fluistert hij hees. 'Wat is er? Wat is hier aan de hand? Waarom doet jou bewaker zo raar?' vuur ik de vragen op hem af. 'ga maar eerst even zitten.' zegt hij en wijst naar de stoel in de hoek van zijn kantoor. 'Nee ik wil verdomme niet zitten! Vertel me nu wat hier aan de hand is!!' Ik kon het echt niet laten. Hij doet zo merkwaardig en dat maakt me bang. Waarom verteld hij gewoon niet snel wat er aan de hand is zodat ik weer terug kan naar mijn werk? Ik word hier helemaal gek van. 

'Dan blijf je staan' zegt hij droog en gaat vervolgens zelf zitten. 'Ik wacht' breng ik er bot uit. 'Ik weet echt niet hoe ik je dit moet vertellen Rania maar er is iets vreselijks gebeurd.' begint hij al vol medelijden. 'Wat is er gebeurd?' piep ik bang, bang voor het geen dat me te wachten staat. Bang voor het vreselijke nieuws dat ik nu te horen krijg. Ik wil niet dat er nog meer gaten in mijn hart gaan ontstaan. Ik wil geen pijn meer voelen, nooit meer. 

Als ik merk dat hij niks meer zegt stamp ik als een klein kind met mijn voeten op de grond. 'Vertel me wat er is!! Waarom hou je me zolang in spanning, vertel me wat je me vertellen moet Zakaria. Ze maken me kapot, hoor je me? Ze maken me kapot. Ik weet het al, ik weet het al!!' snik ik hevig. Ik wist het al op het moment dat ik werd gevraagd te komen. Maar ik wou en wil het niet geloven. Het mag niet zo zijn. Hij mag me niet ontnomen zijn. Mijn familie word razend. 'Het spijt me Rania maar ze hebben je neefje dood aangetroffen in één van de lege lokale.' 'Neeee. Dat kan niet waar zijn. Dat mag niet zo zijn!!' huil ik en laat mezelf op de grond vallen. Waarom doen ze me dit aan, waarom? Hoeveel pijn kan een mens nog verdragen? Het word me teveel. Alles en iedereen word me ontnomen, ik mag geen normaal leven leiden. Waarom? Waarom moet perse mijn leven zo'n chaos zijn? Waarom willen ze perse mij kapot maken? Waarom? 

'Waarom, waarom doen ze me dit aan? Wat heb ik ze verdomme aangedaan?' vraag ik hem ineens zonder erbij stil te staan. Alsof hij mijn vragen kan beantwoorden. Hij weet niks van mijn ellendige leven. Hij weet niks van de pijn die ik elke dag moet voelen. De strijd tegen mijn tranen die ik maar niet lijk te kunnen winnen. Hij weet niks van dat gevoel die ik al een jaar lang voel. Hij weet niet dat ik snak naar liefde, liefde die men hoort te krijgen van zijn ouders, zijn familie. Het doet pijn om te weten dat je er alleen voor staat. Dat er geen mirakel zal ontstaan. Dat mijn leven voor altijd een raadsel zal blijven. Nooit zou ik een normaal leven kunnen leiden. Mijn hoofd die barst van alle vragen die zich opstapelen. Vragen waar ik maar geen antwoord op kan krijgen. Nooit zal ik die krijgen, nooit!!


Zakaria:

Het doet me pijn om haar zo gebroken te zien. Om te zien hoe al die tranen naar beneden stromen. Ze zal sterk moeten zijn. Er staat haar nog veel te wachten. Veel meer..

Reageer (1)

  • Girlicious

    'Ze zal sterk moeten zijn. Er staat haar nog veel te wachten. Veel meer..'

    Say what?! Wat hou jij nog meer voor haar achter? Tis wel.goed dat ze dit weet maar shit...
    Echt zo bizar dit! Echt heftig en zielig
    Arme Rania... waarom deden ze dat nou? Arm neefje! Die groep moet worden aangepakt en uit worden geschakeld...
    Echt zielig.. Rania beland straks nog in een hele depressie door al die shit die ze meemaakt... aaawhhhhh
    Echt zielig dit...!!

    Kudo!

    8 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen