Foto bij Chanter, ma rêve!

Dit verhaal was oorspronkelijk voor een schrijfwedstrijd. (:
Het verhaal moest gaan over iemand met een uitzonderlijk talent.

Ik slik nog een laatste keer, voor ik de deur opendoe.
Met grote ogen stap ik de zaal binnen, nieuwsgierig kijk ik rond. De vloer is bedekt met een duur parket, links van me staan witte leren zetels en rechts is een balie, met een vriendelijk uitziende mevrouw.
“Hallo, kan ik u helpen?” Vraagt de vrouw achter de balie. Ik zet onzeker een stap naar haar toe.
”Euhm, ja. Hallo, ik ben Aïsha en ik ben op zoek naar,” ik werp een blik op de brief dat ik in mijn handen heb, “Josh Steenhove.”
”Deze gang door, de tweede deur links. Zijn naam staat op de deur, u kunt niet missen.”
Ik mompel snel bedankt, voor ik de aangewezen gang inwandel.
Voor de witte deur, met zoals gezegd de naam Josh Steenhove erop, trek ik mijn jas goed. Ik woel nog eens vlug door mijn haar en daarna klop ik zenuwachtig op de deur.
“Binnen.” Een zware, maar toch vriendelijke mannenstem.

Ook dit keer kijk ik nieuwsgierig rond als ik de kamer binnenwandel. De vloer is nog steeds dat dure parket, de muren hebben hetzelfde wit-grijze behang als in de inkom. Toch is dit bureau helemaal verschillend dan de inkom.
Tegenover mij is er een groot raam en aan de muur links van mij hangt een abstract schilderij. De rechtermuur is versierd met foto’s van bands en met gouden platen.
De man aan het bureau staat recht en steekt zijn hand uit. Ik neem het vast en schud hem vriendelijk goededag.
”Hallo Aïsha, gaat u maar zitten.”
“Goedemiddag meneer.” Ik neem plaats op de rode stoel, tegenover zijn bureau.
”Zeg maar Josh. Ik neem aan dat je weet waarom je hier bent?”
”Ja mene-, Josh bedoel ik.” Hij kijkt me lachend aan.
“Ik heb jouw cd’tje gehoord en ik moet toegeven: je hebt een zangtalent!” Ik bloos een beetje door het compliment.
“Bedankt!”
”Ik heb mijn collega’s er ook eens naar laten luisteren en ook zij waren onder de indruk. Ik heb het met hen overlegd en we hebben allemaal hetzelfde idee: jij verdient een platencontract!” Ik voel dat mijn hoofd de kleur van een tomaat krijgt.
“Bedankt,” mompel ik nog een keer.
“Daarom heb ik je ook die brief gestuurd, waarin stond dat we graag met jou de studio in zouden gaan. Vandaag wou ik graag even kennismaken. Als het voor jou zou passen, zou ik voorstellen om volgende week nog eens af te spreken, samen met jouw ouders, zodat jullie het contract kunnen tekenen –als je dat wilt natuurlijk!. Dan zouden we verder kunnen afspreken wanneer we de studio intrekken, wanneer we promotie kunnen voeren enzovoort. Als dat goed is voor jou, natuurlijk!”
“Het is mijn grootste droom, Josh. Natuurlijk kom ik volgende week!” Zeg ik na zijn hele uitleg. Mijn grote glimlach die ik niet van mijn gezicht kan halen blijft hangen.
”Oké. Is volgende week, zaterdag, om twee uur goed voor jou?”
”Perfect!” Nog steeds probeer ik mijn glimlach onder bedwang te houden.
“Oké, Aïsha, tot dan.” Ik maak aanstalten om recht te staan, maar dan begint Josh terug te praten.
“Aïsha, voor je weggaat, zou je alsjeblief eens je nummer ‘In love’ willen zingen?”
”Tuurlijk!” Ik kuch even, waarna ik mijn zelfgeschreven liedje begin te zingen.

Wanneer het afgelopen is, kijk ik Josh onzeker aan.
“Prachtig, prachtig! Echt waar, Aïsha, jij hebt talent! En ik ga je helpen om beroemd te worden, dat zweer ik je!” Opgewonden vertelt hij wat hij allemaal van plan is. Wanneer hij uitverteld is, schudt hij mijn hand en leidt hij me naar de deur.
“Tot volgende week, Aïsha?”
“Tot volgende week!”
Ik draai me om en verlaat zijn kantoor. Ik slenter terug naar de inkom, zwaai even naar de vrouw achter de balie en loop dan naar buiten.
Wanneer ik buiten ben, draai ik me om en kijk met een gelukzalige glimlach naar het reusachtige, glazen gebouw achter me. Grote witte letters staan op het dak.
Universal, lees ik. Universal, ik herhaal het woord in mijn hoofd en draai me dan om, om naar huis te wandelen.
Universal, het woord dat voor mijn toekomst zal zorgen. Ik draai me nog een laatste keer om, glimlach als ik het gebouw zie en loop dan met een gigantische glimlach op mijn gezicht weg.
Tot volgende week, denk ik, wanneer ik zo ver gewandeld heb dat het gebouw achter me niet meer te zien is.

Reageer (1)

  • Oosterloo

    Mooi geschreven:D

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen