Nieuw lid

Ik zat bij de nieuwe Stormclankittens
Winterkit en Sneeuwkit.
Allebei sneeuwwit.
Ik keek naar ze en Winterkit glimlachte terug met stralende oogjes.
"Heb je nog zo'n spannend verhaal"? vroeg ze.
Ik knikte.
Ik vertelde over die ene keer dat Vuurster en grijsstreep zo in de problemen waren geraakt.
Toen waren ze nog leerling.
Deze kittens zouden ook snel leerling worden.
Nog een maan.
"Waar is onze moeder"? hoorde ik Sneeuwkit plotseling vragen.
Ik aarzelde.
Hoe ging ik dit aan ze vertellen?
"Jullie moeder.....".
Ik kreeg de kans niet om mijn zin af te maken.
Een heel lichtgrijze poes, nog lichter dan Wilgvacht, kwam op me af.
"Mijn jongen"! riep ze.
"Hier zijn ze dus".
Ik glimlachte terwijl de moederkat de kittens likte waardoor ze om tuimelden.
Ik zuchtte.
Zo'n lief nest kittens kon ik nooit meemaken.
Ik was medicijnkat en het was dus verboden voor mij om jongen te krijgen.
Maar ik was liever medicijnkat.
Ik wou een sterkere band met de Sterrenclan en die was mij geschonken.
"Mag ik iets vragen"? vroeg de moederkat.
"Tuurlijk", zei ik instemmend.
"Mag ik in deze clan blijven"?
Ik keek de moederkat verbaasd aan en wiebelde met mijn oren.
"Ik voel me niet meer veilig bij de Vuurclan", zei de moederkat.
"Ze zeiden dat alle zwakke en langzame katten uit de clan moesten gaan of ze werden gedood".
"Ik heb aangezien hoe een leerling van ons, Panterpoot, werd gedood door onze leider Roodster omdat hij withoest had".
"Ik heb een nieuw nest kittens in mijn buik hier en ik hoor dus ook bij de langzame en zwakke".
"Ik ben naar het dichtsbijzijnde kamp gegaan".
Ik liet een traantje gaan en knikte dat ze mocht blijven.
Vuurster kon onmogelijk zo'n kat wegsturen.
De lichte kat vertelde me haar naam en liep weg samen met Winterkit en Sneeuwkit.
Lichtvacht heette ze.
Ik verzonk in gedachten.
Hoe was het met Motvleugel.
Zij leefde in de wraakzuchtige Vuurclan.
Maar leefde ze daar wel goed?