Foto bij 13.2: Klein hart, grote mond

"Je- je bent geweldig." Hijgend en licht bezweet door de intensiteit waarmee Harry teder en langzaam mijn ruggengraat kust probeer ik mezelf terug kalm te krijgen.
"Ben je al moe, Louis de Geweldigste?" Een lach ontsnapt uit mijn mond, typisch.
"Mh, ik denk dat ik bijna moe ben, Harry de aller-aller-geweldigste." Ook hij grinnikt en komt terug voor me zitten. Onmiddellijk kruip ik dicht tegen hem aan en duw ik hem achterover zonder het liefdevolle contact tussen onze lippen te verbreken. Voor de voorlopig laatste keer laat ik mijn handen over zijn strakke lijf glijden om hem dan liefdevol verschillende kusjes verspreid over zijn gezicht te geven. Harry vindt het allemaal goed, zolang zijn armen maar om me heen kunnen blijven. Vermoeid leg ik mijn hoofd tegen Harry's borstkas aan. Na een ettelijke seconde merk ik dat hij uiterst langzaam en voorzichtig een kus op mijn slaap geeft en even door mijn haar gaat. Mijn hart wil maar niet tot bedaren komen. Tien sensuele minuten met Harry en het is helemaal van streek. Nog tien minuten meer en je moet me redden; dat kan mijn zwakke hartje niet aan.
"Mag ik nu wel mee naar de markt?" Ik snuif komisch,
"Zit je daar nu nog altijd mee in je hoofd?" Lui rol ik van hem af en ga rechts van hem liggen, tegen hem aan in plaats van op hem.
"Ik vind het maar niks als ik je niet meer kan ruiken of beschermen. Wie weet gebeurt er wel iets en als Aurus of zo ook nog mee gaat dan kan ze je niet beschermen."
"Maar goed dat ik zo'n geweldig magische tovenaar ben dan." Even trilt Harry's borstkas, maar daarna is hij weer serieus. "Nee, alle gekheid op een stokje, ik zou het super leuk vinden om dat mee te maken. Je zult me maar even moeten missen. Zolang ken je me nu ook weer niet."
"Nee, maar zo graag heb ik nog nooit iemand bij me willen houden. Ik had een vreselijk slechte periode, stond op het puntje van de afgrond, jij hebt me vastgehouden en me een stap achteruit doen zetten. Ik ben nog niet weg van de afgrond, maar ik wil er ook niet meer van afspringen." Ik zucht, door de lange dag is de hoofdpijn zich langzaam aan het opstapelen in mijn hoofd en wordt denken moeilijk.
"Ik wist niet dat het zo slecht ging... Maar ik ben blij dat ik je heb kunnen helpen. Ik zie je graag Har." Mijn oogleden voelen verdacht zwaar aan en zonder dat ik het weet vallen ze toe.
"Ik heb je precies zwaar afgemat..." Harry's stem klinkt plagend maar ik kan niets meer doen dan hummen, overwelfd door de warmte van het deken die de slaap met zich meebrengt. Toch zindert het na dat hij de woorden niet terug zei.
"Slaap zacht Lou." Ik glimlach en buig iets dichter naar hem toe zodat ik hem een kus op zijn gladde wang kan geven.
"Slaap wel."
Slaperig rol ik me op mijn zij en strek ik mijn arm uit, zoekend naar de mooiste jongen die er is voor mij. Ik frons als ik hem echter niet vindt en tast het bed blindelings verder af. Hij is er echt niet. Teleurgesteld open ik mijn ogen. Het duurt even voordat ik eindelijk iets anders zie dan zwarte vlekken door het felle zonlicht, maar ik glimlach tevreden als ik hem deze keer wel vind. Harry zit gewoon aan zijn tafel, schrijvend aan een document voor zich.
"Goeie morgen...Je eten staat onder te wachten. Ik ruik het al meer als twee uur dus ik zou niet te lang wachten als ik jou was." Even gaat zijn blik twijfelachtig de kamer rond waarna hij terug met dat prachtige exemplaar ogen van hem naar een saai blad papier/perkament staart. Ik antwoord eerst echter niet en kom overeind, zonder vreselijk veel pijn en stijfheid dit keer.
"Jij bent ook weer de onpersoonlijkheid zelve." Mijn ogen blijven gefixeerd op hem, maar hij reageert niet. Komaan Har, je kan zo veel meer zijn dan gevoelloos en hard. Als hij terug opkijkt krijg ik de reactie die ik wou, hij is gekwetst. Ik wil hem niet kwetsen, natuurlijk niet, maar het zet hem wel aan het denken. Ik sta op en met dat ik slechts een dun lapje stof rond mijn geslachtsdeel draag en kruip beschaamd terug in bed, onder de lakens waar mijn lichaam beschermd is van alle pottenkijkers. Zo kan ik toch niet de kamer verlaten?
"Je mag een broek van mij lenen, als je wilt." Zijn stem is meteen een pak zachtaardiger en gevoeliger. Ik voel me nog steeds ongemakkelijk en bijt nerveus op mijn lip.
"Wat is zo belangrijk dat je nu volop aan het schrijven bent?" Even is het doodstil voordat hij terug opkijkt.
"Een lijst met mogelijke nieuwe politici." Ik frons, wat? "Mensen die in de raad komen."
"Ah." Ik knik even en doe dan maar terug mijn vuile kledij van gisteren aan die ergens op de grond ligt. "Doe dan maar verder." Dit heeft te belangrijke gevolgen. Inmiddels loop ik al richting de deur als Harry me doet stoppen.
"Louis?" Even houd ik mijn adem in, gaat hij dan toch zichzelf zijn? "Hoe is het met je rug?" Teleurgesteld en veel te snel zucht ik, ik had misschien eerst beter nagedacht over mijn reactie, maar als dat alles is wat hij me te zeggen heeft... lekker dan.
"Prima Harry, lichamelijk gaat het prima." Ik glimlach te vriendelijk naar hem om mijn standpunt duidelijk te maken en sluit de deur achter me.
"Louis?! Louis alsjeblieft!" Ik negeer het geroep en loop gewoon verder naar mijn kamer. Als ik belangrijk genoeg ben voor heel even dan komt hij me achterna, maar dat doet hij niet. Mijn hart voelt aan alsof het langzaam samengeknepen wordt door de hand van een gigantische reus. Ik voel het zeer zeker maar kan er niets aan doen. Teleurgesteld kleed ik me om en spoel ik mijn mond. Mijn haren kunnen er wel mee door en anders is er toch niemand specifiek die me wilt zien. Door mijn knorrende maag besef ik dat ik best eerst wat kan gaan eten, wat ik ook doe. Als ik de deur opendoe staat tot mijn grote verbazing de keizer hemzelf in de deurpost. Hij verspert me de weg met zijn brede lichaam en verbouwereerd doe ik een stap achteruit.
"Sorry, sorry dat ik zo onpersoonlijk was. Dit is ook allemaal nieuw voor mij, oké?" Hij wacht op een knikje van mij maar ik reageer echter niet, ook niet als hij zijn handen die toenadering zochten terug langs zijn lichaam laat vallen.
"Voor mij ook Har, ik zie dit gewoon niet zitten als jij het zo moeilijk vindt om jezelf te zijn met mij in je buurt." Ik probeer mijn stem niet te verheffen. Mijn moeder zei altijd dat als je dat doet, je het gesprek al verloren hebt. Het is regen die de bloemen doet groeien, niet onweer. Hij zegt echter niks, zijn onderlip trilt onopvallend terwijl hij niet eens de moeite doet om zichzelf te verdedigen. "Har... Ligt dit aan mij?" De krullenbol schudt meteen vluchtig zijn hoofd.
"Jij bent de enigste die er iets van durft te zeggen." Ik haal mijn schouders op. Onsterfelijke demonen durven het in tegenstelling tot een kwetsbaar wezen zoals mij, niet te zeggen? En ik als humaan met te veel gevoelens en te veel noten op mijn zang kan dat wel?
"Dat spijt me dan voor je. Ik probeer je alleen maar te helpen." Afwachtend twijfel ik of ik nu wel zelf dichterbij durf te komen zonder toe te geven aan zijn charmes. Hij blijft altijd zo verdomd mooi, zeker als hij zo gevoelig is.
"Dat apprecieer ik, Lou." Verdrietig en traag opent hij zijn armen. Laat het zijn, ik houd het niet meer. Meteen vlieg ik in de koude maar tedere omhelzing. God, waarom ben ik ook zo klein? Harry legt nadenkend zijn kin op de kruin van mijn hoofd, hij moet er zijn hoofd maar iets voor optillen. "Je kan best gaan, anders houd ik je bij me voor de hele dag. Je geur zit al terug fel in mijn neusgaten en ik zal je te veel missen." Hij slikt pijnlijk en ik glimlach licht, deze zinnen vind ik nu ontroerend en mooi. Ze zijn tenminste oprecht.
"Ik mis je sowieso." Ik glimlach uitdagend naar hem en loop dan voorbij zijn stevige gestalte. Tijdens deze actie botsen onze handen nog even onopmerkelijk tegen elkaar.
"Hier de schone slaper. Ik dacht dat je Doornroosje aan het spelen was. Of met Harry..." Ik grinnik naar Sedrik, altijd in de bui voor goedgeplaatste grappen. Lucius en Aurus kunnen er ook mee lachen.
"Harry is vermoeiend hoor."
"Zeker in bed." Het gelach weerklinkt door de keuken als ik pas besef dat het Aurus was die deze gewaagde opmerking maakte. Dat had ik niet verwacht van hem...
"Alles goed Aur?" De man knikt en grijnst.
"Ik zou bijna gezegd hebben dat ik je miste."
"Ik voelde me ook wel schuldig tegenover jou." Hij glimlacht tevreden en ik neem een snede grof roggebrood met wat boter.
"Is het goed geweest?" Ik glimlach naar Lucius en knik.
"Zwaar ook, maar ik zou het niet anders gedaan hebben mocht ik het opnieuw kunnen doen."
"Ga je straks mee lopen?" Ik knik al zonder dag ik het besef. Mijn lichaam is nog maar net bekomen van de vlieg partij en ik ga het al weer afmatten.
"Wel rustig aan dan, liefst. Mijn lichaam bevindt zich niet in de beste vorm."
"Hoor ze bezig. Oh ik moet wel 2 mijl lopen hoor." Ik rol mijn ogen schijnheilig naar Sedrik maar Lucius is verbaal eerder.
"Zegt meneer de vampier." Sedrik grinnikt en staat op.
"Ik vertrek al, het is al goed." Ik glimlach en eet de rest van mijn boterham op tot dat Aurus me aantikt bij mijn arm.
"Is alles goed, met het volk?" Ik knik en besluit eerst al het voedsel door te slikken voor mijn mond open te doen.
"Zoals anders, wel een erg goede oogst dit jaar. Gelukkig want vorig jaar was rampzalig." Aurus knikt, tevreden en staat dan ook op. "Ik ga naar boven, Sedrik wilt me leren schilderen als tijdverdrijf." Mijn duim gaat de lucht in als teken dat het goed is zodat ik en Lucius nog overblijven.
"Je bent niet in vorm?" Waarom heeft iedereen al zo veel vragen voor me zo vroeg op de dag? Ik ben maar een hele dag zonder de reis zelf weg geweest...
"Nee... Het- het liep een keer een beetje uit de hand met mijn magie en ik ben met grote snelheid richting de grond gestort. Harry ving me maar de klap bleef te groot voor mijn rug en schouders. Het is al veel beter, dus het zal wel gaan."
"Zullen we vertrekken dan?" Ik knik en drink nog snel mijn glas water uit om dan naar boven te gaan en comfortabelere kledij aan te trekken, anders gaat het helemaal niet lukken vrees ik.
Het idee van lopen blijft raar. Rijke mensen die er de tijd voor hebben doen het niet. Arme mensen zijn te kapot na een hele dag intensieve arbeid om dat nog te doen. Enkel ik en Lucius lijken tijd te hebben en de behoefte aan beweging. "Hoe zit het nu tussen jou en Harry?" Ik kijk op van de grond, dat weet ik zelf eigenlijk niet echt. Nu, officieel zijn weer nog niets, maar stiekem is dit wel veel meer dan een vriendschap.
"Tussenin. Niks officieels maar we hebben toch iets..." Lucius lijkt tevreden met het antwoord..
"Nu, ik ben hier nog niet erg lang natuurlijk, maar het schijnt dat Harry erg verandert is sinds jij hier bent. Hij was gebroken na de dood van zijn moeder, zo verdrietig en eenzaam. Hij moest alle taken in één klap overnemen en opgroeien... Sommigen zeggen dat hij voor meer dan honderdvijftig jaar niet meer geglimlacht had, geglimlacht hé, dat is het minste van het minste." Ik zwijg even, zowel door de fysieke arbeid die ik aan het leveren ben dan door de verbazing.
"Daar weet ik echt niks over. Zou ik het aan Harry zelf kunnen vragen?"
"Weet je..." Even hoor ik alleen onze denderende voetstappen door de loop beweging, "Harry zal dat nooit toegeven. Je moet streng voor hem zijn Louis, hij heeft dat nodig. Iedereen wil enkel de echte Harry zien, maar toch moet hij ook de donkere gevoelens nog overwinnen en moet je die ook accepteren en hem daar mee helpen." Ik knik, al licht hijgend maar bijt door.
"Ik weet nooit wat Harry denkt of wilt doen, laat staan wat ik ermee moet aanvangen. Meestal lopen banale discussies uit tot belachelijke ruzies..." Even is het stil maar Lucius lijkt erg zelfverzekerd. "Vanmorgen was hij erg afstandelijk en dat heeft hij geweten ook."
"Ik bewonder je Louis... Niemand mocht en durfde hem vroeger tegen te spreken. Die werden gestraft of gedood, echt waar. Harry beseft soms zelf niet dat het niet goed gaat. Hij houdt zich te lang sterk, maar dat is juist gevaarlijk voor het moment dat alles ontploft, ineens." Ik knik en hap naar adem, waarom is dit ook zo verdomd vermoeiend? Even is het stil, we denken beide na over wat er net gezegd is. Wat juist zo fijn is aan Lucius is dat hij dezelfde visie en standpunt heeft als mij, meestal dan toch.
"Hoe gaat het met de trouw?" Meteen verschijnt er een brede glimlach op zijn gezicht.
"Het is druk, ik ben bang, maar perfect. Ik heb nooit niks liever willen doen dan met haar te trouwen."

Sassy Louis...

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen