Foto bij Fault 16.

4/5 augustus 2015 || Louis Tomlinson

Ik werd uit mijn droom gehaald door een vervelend gezoem dat afkomstig was van mijn gsm. Ik ging rechtop zitten en graaide het ding van de nachttafel. Door mijn vermoeide ogen duurde het even voor ik gewend was aan het felle licht. Ik kon de 3 letters op mijn scherm opmaken als Liv haar naam. Ik overwoog om het gesprek weg te drukken, maar mijn nieuwsgierigheid was weer veel te sterk. Ze belde me vast gewoon terug om aan te horen waarom ik haar had gebeld. Dus drukte ik deze keer op het groene telefoontje. "Hallo?" zei ik. Mijn stem klonk schor en je kon duidelijk merken dat ik uit een diepe slaap kwam. "Hey! Wacht, heb ik je wakker gemaakt?" Haar stem ging van enthousiast naar schuldbewust. "Ja, maar dat is niet erg hoor, wat is er?"
"Nou, ik kwam er net achter dat ik een gemiste oproep van je had, dus ik wilde weten waarom je me had gebeld." Opeens klonk ze heel onzeker. Iets wat ik niet gewoon was van haar. Normaal gezien was ze nooit bang voor iets. Was ze bang voor de verklaring waarom ik haar had gebeld?
"Ik wilde je gewoon vragen of we misschien iets konden gaan drinken om wat bij te praten." antwoorde ik uiteindelijk. "Oh, euh ja natuurlijk. Maar nu is het wel een beetje laat daarvoor."
"Zullen we morgen afspreken bij het restaurant?" vroeg ik. Ik wist dat ze onmiddellijk door zou hebben welk restaurant ik bedoelde. We hadden er zulke mooie herinneringen en het leek me de beste plaats om bij te praten. Haar gegiechel klonk door mijn gsm. "Wat is er?" vroeg ik omdat ik niet goed begreep waarom ze lachte. "Ik was er vandaag nog. Maar ik had geen idee dat je daar ooit nog zou willen komen." zei ze.
"Natuurlijk wel, zie ik je daar morgen om 1 uur in de middag?" vroeg ik dan maar. "Is goed, slaaplekker Lou-is" Ik moest grinniken omdat ze me bij mijn bijnaam wilde noemen maar zich op het laatste moment nog bedacht. "Slaaplekker Liv."
Het gesprek werd weggedrukt en ik gooide mijn mobiel naast me op het bed. Zenuwen voor morgen namen nu al mijn hele lichaam over. Ik zou om 17 uur bij het management moeten zijn. Ik had dus 4 uren de tijd om met Liv bij te praten. En ik wist dat dat genoeg was, maar toch wilde ik even dat ik geen verplichtingen had.
Ik keek op de wekkerradio die zich op het nachttafeltje bevond. Het was inmiddels iets na twaalven maar het telefoontje van Liv had me opnieuw klaarwakker gemaakt. Ik stond op en ging opzoek naar mijn zwarte jeans die ik ergens op de vloer had achtergelaten. Toen ik deze eenmaal gevonden had, haalde ik het pakje sigaretten uit een van de zakken en liep vervolgens naar het balkon van mijn slaapkamer. Ik ging zitten op een van de schommelstoelen en stak de sigaret op.
Ik nam een hijs waarna ik inhaleerde en de rook terug uitblies. Waarom rookte ik eigenlijk? Het was zo een tijdverspilling. Ik begreep op dit moment echt niet waarom ik er ooit mee was begonnen. Op dat moment leek het gewoon een goede manier om te rebelleren. Ik wist hoe hard Liv neerkeek op mensen die rookten. Ze vond het verschrikkelijk. En toen ik er mee was begonnen, hoopte ik dat ik er de aandacht van Liv op een of andere manier mee zou kunnen trekken. Ik had gehoopt dat ze ergens op het internet een foto van mij met een sigaret zou zien en boos zou worden. Ik had haar een reden willen geven om terug te komen, en het kon me niet schelen dat die reden was om tegen me te schreeuwen vanwege deze verschrikkelijke dingen. Maar toen ze voor mijn neus stond en ontdekte dat ik rookte, had ze niet tegen me geschreeuwd. Ze had me hooguit even een scheve blik gegeven.
Ik bekeek de sigaret die nog niet eens half op was. Zonder er nog verder over na te denken duwde ik hem uit en gooide ik hem samen met de rest van mijn sigaretten in de vuilnisbak. Ik zou de sigaretten voorgoed verbannen uit mijn leven. Voor Liv.

Reageer (2)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen