‘Jullie zijn ook uitgenodigd voor een Capitoolfeest vanavond,’ deelt ze mee. Jade en ik kijken elkaar verrast aan. Voordat we kunnen reageren, doet Valoria dat echter al. Ze klapt enthousiast in haar handen en slaakt een gilletje.
'Wat leuk! Een feest! De feesten van het Capitool zijn echt ge-wel-dig!’ lacht ze met een overdreven nadruk op iedere lettergreep van het woord geweldig. 'Jullie vinden het vast fantastisch! Allemaal mensen - wie weet zelfs mogelijke sponsors! - en het eten en-’
'Ik wil niet dat jullie gaan,’ onderbreekt Mary haar. ‘Als er iets mis gaat veroorzaakt dat alleen maar problemen. Ik regel de sponsors wel.’
We kijken haar stuk voor stuk verbaasd aan.
'Maar… dit is een goede kans op sponsors én een leuke ervaring!’ protesteert Valoria.
'Ze gaan niet.’ Mary staat op en kijkt ons kil aan. Een Capitoolfeest, hè… Mary lijkt te zien wat ik denk, want ze geeft me een harde blik. 'Niet,’ herhaalt ze nadrukkelijk. Ze loopt weg.
Valoria tuit teleurgesteld haar zeeappelgroen gestifte lippen. 'Wat jammer, zeg… Mary ziet niet in dat dit feestje een geweldige kans is! De stijve hark…’ dan lijkt ze zich te beseffen wat ze gezegd heeft en kijkt ze verschrikt op. 'Niet aan haar vertellen, hoor!’ fluistert ze samenzweerderig.
Jade lacht zacht. 'Geen zorgen,’ zegt ze. Ik zeg niets. In mijn hoofd ontstaat al een idee… ik kan niet wachten tot dat feest begint.
'Waar was je ineens aan het einde van de training?’ vraagt Jade opeens. 'Ik zocht je, maar je was weg.’ Nu Mary weg is, vraagt ze eindelijk datgene wat aan haar gezicht te zien al een hele tijd op haar lippen brandt.
'Ik was op verdieping elf,’ verklaar ik met een glimlach. 'Er was een… probleem, dus ik heb even geholpen.’
'Oh ja,’ vraagt Valoria nieuwsgierig. 'Wat was er dan?’
'Ach, niets…’ zeg ik afwerend. 'De mentor van 11, dat meisje dat vorig jaar gewonnen heeft, had een… inzinking. Ik heb haar broer geholpen en haar naar haar verdieping gebracht.’ Ik haal mijn schouders op. 'Niks bijzonders.’
Valoria wiebelt met haar wenkbrauwen en giechelt vreemd.
We eten verder, totdat Mary weer terug komt. Ze gaat tegenover ons zitten en speelt met haar mes. 'Al mogelijke bondgenoten gespot?’ vraagt ze verveeld. Jade draait wat met haar hoofd, waaruit het niet echt duidelijk wordt of ze nou ja of nee bedoelt. Mary richt haar blik op mij. In haar ogen zie ik een sprankje van nieuwsgierigheid en amusement.
'Christian misschien,’ antwoord ik afgeleid.
Valoria kijkt op. 'De broer van de winnares?’ vraagt ze betekenisvol.
Ik negeer haar en neem nog een hap van een broodje. 'Of Dahlia, uit District 12.’ Dit zijn gewoon de mensen met wie ik gepraat heb, maar dat hoeft Mary niet te weten.
Ze fronst kort. 'Zoek bondgenoten waar je iets aan hebt,’ adviseert ze kortaf. 'En nu terug naar de trainingszaal. Ik verwacht jullie over een paar uur pas terug.’
Ik kijk naar Jade, die schouderophalend opstaat en richting de lift loopt. Ik gris nog een broodje van tafel en loop achter haar aan.
Er blijken nog meer tributen aan het trainen te zijn. Vrijwillig, of gedwongen door hun mentor, wat niet onwaarschijnlijk is.
Ik besluit naar het onderdeel messenwerpen te gaan. Deels omdat ik nieuwsgierig ben naar wat Luna zo van streek heeft gemaakt, en deels omdat ik Mary met haar mond vol tanden wil laten staan als ik ineens kan meswerpen. Het is misschien een kinderachtige reden, maar het werkt goed. De rest van de middag concentreer ik me op het meswerpen. Na een langdradige uitleg en heel, heel wat mislukte pogingen, begin ik ook eindelijk vorderingen te merken. Het is misschien een klein begin, maar het is genoeg om me weer meer hoop te geven. Zolang ik nog niet dood ben, heb ik altijd nog een kans!
Zelfs al is die kans miniem, ik zal mijn best doen om weer terug te komen.

Samen met Jade sta ik in de lift, we schieten omhoog. Jade leunt vermoeid tegen de wand. 'Dat trainen is best vermoeiend,’ glimlacht ze.
Ik knik instemmend.
Jade denkt even na en kijkt me dan vragend aan. ‘Wil je Christian en dat meisje uit 12 serieus als bondgenoten?’ vraagt ze nieuwsgierig.
Ik haal mijn schouders op en lach toegefelijk. ‘Misschien zei ik het voornamelijk om Mary dwars te zitten,’ geef ik toe.
Jade lacht zacht. ‘Dat is je in ieder geval wel gelukt.’ Weer blijft ze even stil, terwijl ze duidelijk ergens aandenkt. Haar ogen beginnen te glimmen, als ze weer met een lach naar me kijkt. ‘En jij en die Luna? Jammer dat je geen bondgenootschap met haar kan oprichten, nietwaar?’
‘Wat? Luna? Er is niets tussen Luna en mij!’ zeg ik afwerend bij het zijn van haar betekenisvolle blik. ‘Ik heb haar gewoon geholpen, zoals ik iedereen geholpen zou hebben.’
Jade steekt haar hand naar voren en steekt één vinger op. ‘Ontkenning is de eerste fase.’
Ik kijk haar verbaasd aan. Waar heeft ze het allemaal over? Heeft Valoria haar beïnvloed, of iets dergelijks?
De grijns op Jade’s gezicht wordt nog iets breder en ze steekt een tweede vinger op. ‘Zwijgen is toestemmen,’ zegt ze vastbesloten. Dan gaan de liftdeuren open en voordat ik weer kan antwoorden loopt Jade de lift uit. Ik schud lachend mijn hoofd en loop achter haar aan.
Mary hangt op de bank en gooit verveeld messen in de muur. Iedere keer als een mes met een doffe bons in de muur belandt, kijkt Valoria verstoord op van haar tijdschrift. Zodra ze ons ziet springt ze opgelucht overeind - wat een hele kunst is, met die stelten van hakken - en loopt ze naar ons toe. Het tijdschrift gooit ze achter zich op de tafel. Een mes afkomstig van Mary pint het tijdschrift aan de tafel vast. Dwars door het zeeappelgroene hoofd van het model op de voorkant.
‘En hoe was jullie eerste trainingsdag?’ kirt Valoria opgewekt. Niet dat het nou zoveel veranderd is sinds de lunch… Ik laat Jade achter met Valoria - haar smekende blik houdt me niet tegen - en loop naar mijn kamer. Ik doe de deur dicht en leun tegen de muur. Direct verandert de kleur van de lampen in zeeappelgroen, waardoor mijn hele kamer een blauwgroene tint krijgt. Verbaasd sta ik weer recht en kijk ik naar de muur. Blijkbaar zit er dus een bedieningspaneel achter deze muur. Althans, dat hoop ik, want ik wil niet de rest van de tijd een zeeappelgroen gekleurde kamer hebben. Ik geef een klap op de muur, en de lampen veranderen naar knalrood. Ik blijf er net zolang tegenaan slaan, tot het weer normaal is. Violet, mintgroen, flamingo-roze, indigo en heel wat kleuren later is mijn kamer weer normaal. Een grijns speelt om mijn lippen. Alle knoppen van het Capitool zijn in ieder geval vermakelijk. Ik ga op mijn bed zitten en amuseer me een tijdje door dingen tegen de muur aan te gooien en te kijken welke kleur de lampen worden.
Dan klinkt er ineens een hele berg geschreeuw van Mary. ‘Ongelofelijk! Wat doe jij hier! Jij mag hier helemaal niet zijn! Ga onmiddellijk weg!’ brult ze furieus. Ik versta haar woord voor woord, door de gesloten deuren heen.. Als het geschreeuw niet ophoudt sta ik op en loop ik richting de woonkamer. Voordat ik mijn kamer verlaat sla ik nog een paar keer tegen de muur, zodat de lampen weer normaal worden.
‘Wat is hier aan de ha- Chris?’ vraag ik verbaasd als ik aan kom lopen. Hier, op de zevende verdieping, staat Christian.

Reageer (2)

  • Samanthablaze

    'Zoek bondgenoten waar je iets aan hebt,’

    Pardon, Mary?! Aan Christian heb je heel veel!!!

    ‘Wat? Luna? Er is niets tussen Luna en mij!’

    Tuuuuuuurlijk niet, Danny

    7 jaar geleden
  • MrsNeymessi

    Chris :o

    stiekem hoop ik dat er wat is met Luna because Lunay xd

    7 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen