Na de hele strijd, en Spica's arm zit in een mitella, en moet in bed blijven. Natuurlijk komen haar vrienden langs!

(Ik schrijf alles voortaan in de tegenwoordige tijd...)

Scherpoog zit naast me op mijn bed, en ze kletst maar en kletst maar.
Zo te zien vindt ze het super om hier te mogen helpen.
Ik luister even niet meer en kijk naar de deur. Meestal komt Saturno rond deze tijd even, om me bij te praten. Soms tilt hij me ook in een stoel voor het raam, aangezien ik hem als enige (naast Fierheid) die ik met mijn schouder vertrouw.
De deur gaat open, en gelukkig komt mijn vriend dan binnen.
Ik steek even mijn hand op en laat me dan in het kussen vallen.
Scherpoog loopt naar haar neef toe en zegt: 'Hey, neefje, ik heb je vriendinnetje al bijgepraat, maar ik denk niet dat ze luisterde.' Ze fluistert erachteraan: 'Komt zeker doordat jij haar hoofd zo op hol brengt.'
Hoe kan ze dat nou zeggen, ik heb haar nog zo gezegd dat geheim te houden.
Saturno glimlacht. 'Ik zal proberen normaal tegen haar te doen.'
Hij komt naast me zitten, terwijl Scherpoog giechelend wegloopt.
‘Zegt mijn nichtje de waarheid?’ vraagt hij.
Mijn wangen worden rood.
‘Eh, eigenlijk wel.’
Hij glimlacht en kijkt dromerig in mijn ogen. ‘Fijn.’ Hij drukt een zacht kusje op mijn wang, en loopt dan weg.
En nu zit ik hier te hyperventileren, door dat ene lieve gebaar. En ik begin te fantaseren over een toekomst met hem. Verkering, trouwen, een gezin…
Gebeurt vast nooit…

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen