Proloog
13 januari, 1911,
'Peter, wacht!'
Peter draaide zich om in de lucht. Hij had niet verwacht dat ze nog aandacht voor hem zou hebben. Wendy was weer thuis en ze leek zo gelukkig, misschien zelfs gelukkiger dan wanneer ze vloog. Toch stond ze nu in het raam en keek hem aan met een glimlach zo stralend dat hij het niet kon helpen om terug te lachen, ook al was het afscheid het zwaarste dat hij ooit had meegemaakt.
'Je zal me niet vergeten, toch?' Ze keek hem verwachtingsvol aan. Haar glimlach was verdwenen en hij bespeurde verdriet op haar gezicht. Haar ogen waren vochtig, maar glinsterden hoopvol. Peter lachte.
'Ik? Jou vergeten?' Hij sloeg bijdehand zijn armen voor zijn borst. 'Nooit.'
Ze snakte een keer opgelucht naar adem en daar was hij weer. Die glimlach die hij hoopte nooit te vergeten. Hoe lang hij haar ook zou moeten missen. Bij die gedachte kroop zijn eigen glimlach langzaam van zijn gezicht en staarde hij wezenloos vooruit. Wendy wilde volwassen worden. Hij zou haar niet meer zien. Volwassenen geloven niet in spookjes zoals hij. Zij zou hèm vergeten. Gerinkel bij zijn oor trok hem uit zijn gedachten. Hij keek om naar Tink en knikte. Peter hief ongemakkelijk zijn hand naar Wendy en keerde zich weer in de lucht, maar op het moment dat hij wilde wegvliegen, riep Wendy hem weer terug.
'Kom je nog terug?'
Hij keek weer om en lachte ondeugend. 'Om verhalen te horen. Over mij natuurlijk!'
Wendy lachte en keek hem na, terwijl hij zich omdraaide, een keer rond de schoorsteen van een dichtstbijzijnd huis vloog en vervolgens nog een keer zwaaide, voordat hij voorgoed afscheid nam van het meisje dat hij enkel nog zou terugzien in zijn dromen.
'Peter, wacht!'
Peter draaide zich om in de lucht. Hij had niet verwacht dat ze nog aandacht voor hem zou hebben. Wendy was weer thuis en ze leek zo gelukkig, misschien zelfs gelukkiger dan wanneer ze vloog. Toch stond ze nu in het raam en keek hem aan met een glimlach zo stralend dat hij het niet kon helpen om terug te lachen, ook al was het afscheid het zwaarste dat hij ooit had meegemaakt.
'Je zal me niet vergeten, toch?' Ze keek hem verwachtingsvol aan. Haar glimlach was verdwenen en hij bespeurde verdriet op haar gezicht. Haar ogen waren vochtig, maar glinsterden hoopvol. Peter lachte.
'Ik? Jou vergeten?' Hij sloeg bijdehand zijn armen voor zijn borst. 'Nooit.'
Ze snakte een keer opgelucht naar adem en daar was hij weer. Die glimlach die hij hoopte nooit te vergeten. Hoe lang hij haar ook zou moeten missen. Bij die gedachte kroop zijn eigen glimlach langzaam van zijn gezicht en staarde hij wezenloos vooruit. Wendy wilde volwassen worden. Hij zou haar niet meer zien. Volwassenen geloven niet in spookjes zoals hij. Zij zou hèm vergeten. Gerinkel bij zijn oor trok hem uit zijn gedachten. Hij keek om naar Tink en knikte. Peter hief ongemakkelijk zijn hand naar Wendy en keerde zich weer in de lucht, maar op het moment dat hij wilde wegvliegen, riep Wendy hem weer terug.
'Kom je nog terug?'
Hij keek weer om en lachte ondeugend. 'Om verhalen te horen. Over mij natuurlijk!'
Wendy lachte en keek hem na, terwijl hij zich omdraaide, een keer rond de schoorsteen van een dichtstbijzijnd huis vloog en vervolgens nog een keer zwaaide, voordat hij voorgoed afscheid nam van het meisje dat hij enkel nog zou terugzien in zijn dromen.
Reageer (11)
Klinkt nu al heweldig
7 jaar geleden