Foto bij 018 • De Nevergrotten



Peter Pan

Het kostte Peter dagen om met Avery op zijn rug alle bergen langs te vliegen en tot noch toe hadden ze enkel grotten gevonden die bewoond waren door bergleeuwen en holenberen, wat er nog vaak toe leidde dat ze ternauwernood de grot wisten te ontsnappen met een woest beest op hun hielen.
      Peter was 's avonds vaak moe, omdat hij Avery de hele dag op zijn rug moest meedragen, maar dat hinderde hem niet. Avery leek zo gelukkig nu ze zoveel van de omgeving te zien kreeg en ze voelde zo anders dan wanneer ze alleen in het dal zat. De hele weg vertelde ze verhalen over thuis of citeerde ze stukken die ze in boeken had gelezen en Peter genoot ervan. Soms vertelde hij iets over Neverland als ze er toevallig langs vlogen en kwamen er meer verhalen bij hem los. Hij vertelde over het concept van tijd, dat hij hier niet kende en vertelde over de seizoenen, die hier niet bestonden, maar die op vaste plekken op het eiland waren; er was de sneeuwberg en zijn gletsjers en de dalen en valleien in volle bloei door de lente en de dennen en loofbossen met hun roodoranje bladeren en het strand, waar de zon altijd scheen en de palmbomen genoten van de warmte. Hij was opgelucht dat hij Avery kon vertrouwen en dat ze wilde luisteren, want nu durfde hij te vertellen over zijn tijd na Wendy en met Jacob en zij luisterde naar hem. Behalve dat had hij haar de hele dag dicht bij zich. Hij vond het bijna jammer om haar weer los te laten wanneer ze de volgende grot hadden ontdekt.
      'Daar! Is dat er een?' Ze wees over zijn schouder en Peter volgde haar ranke vinger, die tussen de bomen naar een donker hol in de berg wees. Peter zeilde over de lucht naar de berg toe en landde daar. Deze grot was groter dan de anderen, bijna te groot voor een roofdier om zich in te verschuilen. Het was diep en donker binnenin en Peter kon niet verder dan een meter naar binnen kijken.
      'Wacht hier even,' zei hij en liep voor haar uit het duister binnen. Hij zag er geen steek voor ogen, maar toen het er niet op leek dat er enige wilde beesten in de grot zaten, liep hij terug. Daar trof hij Avery aan die de overige lappen stof die ze van haar jurk had gescheurd insmeerde met boomhars en ze om een stuk hout bond. Ze maakte een fakkel, besefte hij zich en zocht naar een stok en een stuk boomschors om een vuurtje te starten. Ze gaf hem de fakkel en Peter hield het in het vuur tot de fakkel vlam vatte.
      'Kom op,' zei hij toen en pakte haar hand. Peter hield haar dicht bij zich terwijl ze door de grot liepen, die dieper de berg in ging dan hij dacht. De fakkel hielp hen het pad te zien, al moesten ze af en toe een stukje omhoog vliegen om hun voeten niet te stoten aan scherpe rotsen. Ze passeerde zelfs een rivier, die van de sneeuwberg door de berg was gebroken en door de grot stroomde.
      'Het loopt wel ver door, vind je niet?' Avery's vraag galmde door de gang en de trilling in haar stem verraade angst. Hoewel Peter dacht dat het meer van de spanning was.
      Peter knikte en hield haar hand steviger vast. 'Blijf maar dicht bij me. Ik vertrouw het niet helemaal.'
      Plotseling slaakte Avery een gil en sprong tegen Peter op, die direct zijn zwaard trok en beschermend voor Avery ging staan. Hij hield de fakkel vooruit om te zien wat haar aan het schrikken had gemaakt en zag een dikke rat achter een steen vandaan schieten. Hij grinnikte zachtjes en borg zijn zwaard op. 'Het was maar een rat,' antwoordde hij en keerde zich weer naar haar om. Zijn hart schoot in zijn keel toen hij zag dat de scherpe punt van een speer tegen haar keel gehouden werd. Ze keek hem met grote, angstige ogen aan, haar lip trilde en baar borst deinde diep op en neer.
      Peter deed het eerste dat hem te binnen schoot en begon in het indianentaaltje te speken: 'Laat je wapens zakken!' Zijn stem galmde met kracht door de grot. Toen klonk er een heldere stem door de grot die hij herkende als geen ander.
      'Doe wat hij zegt.' Vanuit de schaduwen in de grot kwam een meisje van ongeveer een jaar of veertien gestapt. In haar lange, zwarte haren zat aan beide kanten kleine kralen ingevlochten, waar achterop haar hoofd twee felrode veren tegen afstaken. Over haar jukbeenderen was een rode streep getrokken en over haar voorhoofd een paar in dezelfde kleur die vlak boven haar wenkbrauwen stopte.
      Peter glimlachte van oor tot oor toen hij het indianenmeisje zag die hij zo lang niet meer had gesproken. Ze was veranderd, niet zozeer in uiterlijk, maar in innelijk. Hij maakte een diepe buiging en Tigerlilly vloog hem om de hals. 'Dat heeft te lang geduurd, Pan!' zei ze lachend. Ze drukte haar voorhoofd teder tegen die van hem. Toen keek ze om naar Avery. 'Ben jij Peter's nieuwe Squaw?'
      Avery keek confuus om naar Peter, daar zij het woord 'Squaw' niet begreep.
      Peter schudde lachen zijn hoofd en hield zijn hand op naar Avery, die zij twijfelachtig aannam en naast hem ging staan. 'Dit is Avery,' zei hij, 'zij heeft jullie gevonden.'
      Tigerlilly keek om naar Avery en boog kort voor haar. 'Dank je wel, dat je Peter naar ons hebt gebracht.'
      Avery knikte en boog haar hoofd voor het opperhoofd van de stam. 'Het was geen makkelijke taak,' zei ze en lachte naar Peter.
      Tigerlilly draaide zich om en wenkte de twee, terwijl ze dieper de grot inliep.



Reageer (6)

  • Slughorn

    Ohhh! Yes (:

    5 jaar geleden
  • Aemond

    Ah ik miste tigerlilly al :Y)

    6 jaar geleden
  • ProngsPotter

    JAaaaa!!

    6 jaar geleden
  • SCORPlO

    WOEHH, en zo schattig dat hij d'r hand vast hield.

    6 jaar geleden
    • Laleah

      Ik vond het ook zo cute!

      6 jaar geleden
  • Culloden

    They're alive!!!!

    6 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen