Foto bij 031 • Strijdende zwaarden


      ’Mijn geduld raakt op!’ schreeuwde Jacob en meteen voelde Avery hoe de piraat achter haar reageerde en het lemmet harder tegen haar keel drukte. Smee stond bij de meerminkooi en keek benauwd naar de brute piraat die achter Avery stond. Hij drukte zijn kleine, ronde brilletje terug op zijn neus. De kapiteins rechterhand had geprobeerd de kapitein om te praten en daarom had Jacob een van zijn andere mannen erbij geroepen. De kleerkast van een piraat had bij de trap Avery nauwlettend in de gate gehouden en was pas naar beneden gekomen toen Jacob hem had geroepen. Avery had liever gehad dat Smee zijn werk had gedaan. Dan had ze nog een kans om te ontsnappen. Ze geloofde niet dat Smee het in zich had haar nek door te snijden.
      Jacob keek ongeduldig om naar de meerminnen. 'Nou? Wat wordt het?' sneerde hij.
      Avery piepte toen er harder aan haar haren getrokken werd. Ze durfde haast niet te slikken, bang dat het mes daardoor in haar hals zou snijden.
      De sirenen keken haar aan en ze hoorde hun stemmen door haar hoofd klinken. ‘Het spijt ons, Avery, Pan heeft je nodig.’ Ze strekten beide hun handen uit naar Jacob en de hebberige jongen begon te glunderen.
      ’Nee! Niet doen!’ schreeuwde Avery naar de zeemeerminnen, maar haar smeekgebeden werden onderbroken door een nieuwe stem die door de opslag klonk.
      ’Ik had hier toch wel meer van verwacht dan dit, Jacob.’
      Alsof door een slang gebeten, draaide Jacob zich bruusk om naar het trappengat, waar Peter trots vanaf kwam strijden. Zijn ogen flitsten snel door de ruimte, alsof hij in een paar seconden een heel plan uitdacht en bleven toen hangen bij Avery, waarna zijn gelaat direct verduisterde.
      Avery nam haar kans in deze verwarring en ramde haar elleboog met zoveel kracht naar achteren in de buik van de piraat, dat hij zijn mes van schrik liet vallen. Ze draaide zich om en sloeg met de zijkant van haar platte hand hard tegen de adamsappel van de piraat, waarna deze kermend op de grond inzakten. Smee slaakte een hoge kreet.
      ’Nou, niet zo snel.’ Jacob haalde een handgeweer uit zijn zak en richtte deze op Avery, die van schrik naar achter deinsde. ‘Deze is pittig, Pan. Ik begrijp wel waarom ze jouw interesse heeft getrokken.’ Hij keek grijnzend naar Avery om, wie haar best niet deed haar woede te verbloemen. ‘Ze heeft míjn interesse in ieder geval wel getrokken.’
      ’Krenk één haar op haar hoofd, Jacob en het zal het laatste zijn dat je doet!’
      Avery schrok van het dreigement dat Peter naar hem riep, maar tegelijkertijd was ze ontroerd. Was het niet voor het geweer dat op haar gericht was, dan was ze gaan blozen.
      ‘Het zou toch zonde zijn,’ lachte Jacob. ‘Je plan heeft gefaald, Pan.’
      ’Maar daar zit je mis, Jacob,’ lachte Peter onbeschaamd en knipoogde kort naar Avery, ‘ik heb namelijk geen plan!’ En hij vloog pijlsnel op de kapitein af.
      Avery sprong direct opzij, wetend dat Jacobs ogen zich nu zouden richten op de jongen. Het geweer ging af, maar miste en Avery klampte zich vast aan de meerminkooi, terwijl ze toekeek hoe Peter en Jacob met geheven zwaarden elkaar te lijf gingen.
      ’Avery! De sleutels!’ De sirenen wezen naar een bos sleutels die voor haar op de grond lagen en ze keek glimlachend op naar Peter. Zijn eerste uithaal was de sleutelbos geweest, zodat Avery de sirenen kon bevrijden. Ze griste ze van de grond en maakte met trillende handen de kooi open. ‘Hoe komen jullie in het water?’ vroeg ze zich af terwijl ze om zich heen keek en zich realiseerde dat er geen uitweg was. Ze keek achterom naar Peter. Hij was hun enige kans. Avery kon de meerminnen niet dragen.
      ’Avery, pas op!’
      Avery draaide zich om na de waarschuwing van de sirene met de bruine ogen en bukte net op tijd toen de grote bruut die eerder een mes tegen haar keel had gedrukt naar haar uithaalde. Ze zette angstig een stap naar achteren, zoekend naar een uitweg, maar ze zat als een rat in de val tussen een paar kisten en het hout van de romp.
      ’Nu heb ik je, mop!’ lachte de piraat gemeen, maar blijkbaar waren de sirenen het hier niet mee eens en de kerel kreeg een harde klap in zijn gezicht met een staart. De man viel achterover en liet zijn mes vallen, die vlak voor de kooi op de grond neerkwam. De meermin met de groene ogen gromde geërgerd toen ze haar staart terugtrok, het gevallen mes van de grond raapte en deze met een harde zwaar recht in zijn borst smeet. Avery sloeg geschrokken haar hand voor haar mond en staarde met grote ogen naar de meerminnen. Haar maag draaide zich in een knoop en haar benen voelden plotseling als pudding.
      ’In een wereld als dit is het eten of gegeten worden, Avery. Ga nu. Help Peter.’
      Wankelend van de schrik begon Avery de ruimte te doorzoeken, terwijl ze telkens om bleef kijken naar het dode lichaam van de piraat. Ze had nog nooit iemand zien sterven, niet in het echt. Ze voelde zich misselijk wetende dat zij baat had bij de moord en vocht tegen het vocht dat over haar wangen begon te vloeien.
      'Madam.'
      Avery schrok op en hief haar handen beschermend toen Smee uit het duister naar hem toelopen. Ze veegde gehaasd de tranen uit haar ogen en bald haar vuisten, klaar om zich te verdedigen.
      Hij rijkte haar een ijzeren staaf aan.
      Avery sloeg hem verwonderd gade en pakte de staaf aan. 'Waarom doe je dit?'
      Smee schoof zijn bril wat verder op zijn neus en keek om naar waar Jacob en Peter aan het vechten waren. 'Haak was mijn vriend. Ga Pan helpen, snel!' En hij maakte dat hij weg kwam.
      Verbijsterd keek Avery hem na. Ze kende relatie tussen Smee en Haak, maar had nooit gedacht dat het dieper ging dan een oppervlakkige vriendschap. Smee was bereid Jacob te verraden en zijn leven daarmee in gevaar te brengen voor Peter, in Haaks eer.
      Ze ademde een keer diep in en hief vastberaden de staaf in haar handen, terwijl de woorden van de sirene door haar hoofd galmde. Ze had gelijk, er kon hier maar één winnaar uitkomen en dat was Peter of Jacob. Om te wenen om de dode die haar zojuist van het leven wilde beroven was absurd.
      ’Je zal niet winnen, Pan, net zoals alle honderd vorige keren zal je verliezen.’ Jacob hakte op Peter in en het was wel duidelijk dat het Peter was die Jacob had getraind; er was geen uithaal die hij niet blokkeerde en elke verrassingsaanval kon hij met gemak ontwijken. Jacob kende Peters zwaardspel van voren en naar achteren. Maar deze keer had hij echter niet gerekend op een aanval van achteren.
      Het geluid van ijzer dat ijzer raakte, galmde door de kamer en Avery vroeg zich af waarom de rest van de bemanning door al dat lawaai nog niet was ontwaakt. Ze sloop als een muis zo stil richting het zwaardgevecht en hield haar oog nauwlettend op de twee. Peter suisde sierlijk door de lucht, terwijl hij opnieuw en opnieuw een aanval inzette. Zijn blik was zo geconcentreerd dat het Avery wel duidelijk was dat Peter het er moeilijk mee had. Deze rivaal was een stuk sneller en behendiger dan de oude Kapitein Haak en hij kende elk trucje uit de doos. Zweet parelde op zijn voorhoofd en de aderen op zijn armen zo duidelijk zichtbaar dat Avery vreesde dat ze zouden klappen. Ze was nu zo dichtbij dat als Jacob haar in de gate zou krijgen het hem maar een zwaar van zijn arm zou kosten om haar hoofd van haar romp te scheiden.
      Het was pas tot Peter haar in de gate kreeg dat er weer een speelse grijns op zijn gezicht verscheen en hij gooide zijn zwaard arrogant op in de lucht, waarna hij deze netjes opving en een uitdagende houding aannam. ‘Kom dan!’ blufte hij.
      Jacob leek kort van zijn stuk gebracht en toen hij zijn arm hief om Peter aan te vallen: “klung”. Jacob liet zijn zwaard vallen en tuimelde voorover op de houten vloer.
      Er viel een korte stilte, waarin Avery zich vastklampte aan de ijzeren staaf en onderbroken naar Jacobs bewusteloze lichaam bleef staren.       Peter kwam aanzweven en nam de staaf uit haar handen.
      ’Is hij dood? Heb ik hem doodgemaakt?’ vroeg ze benauwd.
      Hij schudde zijn hoofd. ‘Nee, dat niet, maar we moeten gauw weg hier, voordat zijn bemanning dadelijk ontwaken.’
      ’Ontwaken? Ik dacht dat je ze op z’n minst had vastgebonden!’
      ’Je vriendin Korafay heeft ervoor gezorgd. Naar het dek, snel.’ Peter rende naar de kooi met de sirenen en hielp ze uit de tobbe. De een klampte zich vast om zijn hals en de ander droeg hij op zijn rug. ‘Gelukkig zijn zeemeerminnen licht,’ grapte hij alsof hij net niet een gevecht op leven en dood had gewonnen. Hij vloog richting de trap waar Avery op hem stond te wachten.
      Ze rende de trappen op en zag daar dat de piraten inderdaad diep in slaap waren. Ze volgde Peter het dek op, waar de overige vier piraten aan de mast gebonden zaten en woedend schreeuwden toen ze Peter zagen, maar meer dan mompelend geluid kwam er niet uit hun kelen door de doeken die hun de mond snoerden.
      Peter zette de sirenen voorzichtig op de rand van de boot, voordat ze hem dankbaar toeknikten en het water indoken. Hij wende zich toen tot Avery.
      Ze staarde vanaf een afstandje in zijn bruine ogen en voelde hoe het ritme van haar hart versnelde. Ze wilde wat tegen hem zeggen, maar hij hield zijn hand op in teken dat zij moest zwijgen. ‘Beloof me alsjeblieft om dat nooit meer te doen.’
      Avery knikte, terwijl ze voelde hoe alle emoties, schrik en angst zich in haar lichaam opstapelden en verlieten in dikke tranen die over haar wangen liepen. Haar lichaam sidderde toen alle emoties opeens van haar loskwamen. Binnen twee stappen was ze bij Peter en drukte ze zich zo dicht tegen hem aan dat hij weerstand moest bieden om zijn evenwicht niet te verliezen. Ze voelde zijn warme huid de hare opwarmen en hoorde zijn kalme hartslag bij haar oor bonzen. Alsof de afgelopen uren niet waren gebeurd, verdwenen al haar zorgen en was ze enkel hier op dit moment.
Peter wrond zijn armen om haar heen en bracht hun lichamen nog wat dichter naar elkaar. Hier voelde ze zich veilig. In zijn omhelzing. Ze had spijt van haar bedrog, precies zoals ze had voorspelt en ze wilde hem niet meer verlaten. Avery voelde de grond niet meer onder haar voeten, maar of dat nu kwam omdat ze vlogen of omdat ze weer bij Peter was, dat wist ze niet zeker.

Deze hadden jullie te danken aan EvaSalvatore! ;)


Reageer (7)

  • Slughorn

    Yeeh!

    5 jaar geleden
  • Hopefulness

    Omgoodness, ik ben zo blij dat Smee haar hielp. Dit is echt super spannend, sorry dat ik niet veel gereageerd heb but I got caught up in the story. Heel mooi geschreven! <3

    6 jaar geleden
  • BOOKWURM

    Goed zo peter, brave jongen. Zie je wel dat je het nog kunt ?

    6 jaar geleden
  • Chantilly

    Heel leuk weer Leah! (flower)

    6 jaar geleden
  • Culloden

    Woohoo, hij heeft haar gered! (:

    6 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen