Foto bij 036 • Verbonden harten


      ‘Dit is het Tinkerdorp,’ legde Terence uit terwijl hij Avery een paar huisjes liet zien, waartussen elfjes in groene kleding heen en weer vlogen en af en toe omkeken naar het bezoek. Het was niet te missen. Ze zag zoveel zelfontworpen karren, materialen en zelfs kabelbanen dat het haar bij één blik al duidelijk was dat de Tinkers hier woonden. Avery was Terence de hele omgeving gevolgd, daar Peter kortgeleden was gaan praten met een paar andere elfjes. Avery verheugde zich op het zien van het hele Elvenkoninkrijk. Terence was erg vriendelijk en behulpzaam. Hij had haar nog geen seconde alleen gelaten en hielp haar overal te komen, aangezien zijzelf niet kon vliegen. Avery kon om hem lachen. De jongen droeg het dopje van een eikel op zijn hoofd en had net zo’n ondeugende glimlach als Peter.
      ’Tinkerbell woonde hier.’ Terence veegde een blad aan de kant, waardoor een met mos bedekt alleenstaand huisje op een boomwortel tevoorschijn kwam. Anders dan in de rest van de huisjes, waren de lichtjes uit en stond het er treurig bij. Maar misschien was dat alleen de illusie omdat de eigenaresse was ontvoert. Ze keek opzij naar Terence, wie zijn blik nog niet van het huisje had verwijderd. Avery kon zien aan Terence dat het verlies van Tinkerbell hem zwaar viel.
      ’Mis je haar veel, Terence?’ Haar stem klonk zo zacht, alsof ze de vraag bijna niet durfde te stellen.
      Terence keek haar aan en knikte. ‘Elke dag. Tink heeft mij gered. Als het niet voor haar was, dan was ik het die in de handen van de piraten was gevallen. Ze duwde me aan de kant.'
      ’Het spijt me voor je.’
      Terence glimlachte. ‘We halen haar wel terug. Tink is een harde, die geeft niet zomaar op. Ik wed dat ze zelfs nu nog plannetjes aan het bedenken is om te ontsnappen.’
      ’Mag ik vragen, hoe is ze? Ik bedoel..’ Ze beet wijfelend op haar lip, niet zeker hoe ze de zin goed kon formuleren, maar Terence glimlachte. ’Je bent bang dat ze net zo op jou zal reageren als op dat Wendy meisje.’
      Avery knikte blozend.
      Terence lachte. ‘Tinkerbell is een heleboel: roekeloos, heethoofdig, opstandig, impulsief en verschrikkelijk koppig, maar bovenal is ze dapper, warmal aan haar vrienden. Ze zou alles doen om anderen uit de brand te helpen. Er is echt niets dat zij niet zou doen voor de mensen van wie zij houd. En ik heb het gevoel dat jullie daarin niet veel van elkaae verschillen.' Er verscheen een zachte glimlach rond zijn lippen en Avery kon zweren dat ze een blos bij hem kon ontdekken. ‘Ze klinkt geweldig,’ zei ze.
      ’Dat is ze ook,’ zei Terence.
      ’Je houd veel van haar, is het niet?’
      Terence keek met een ruk naar haar om en Avery grinnikte. ‘Geen zorgen, ik verteld niets.’
      Hij knikte beschaamd. ‘Ik geloof niet dat je je zorgen hoeft te maken om Tink’s mening. Ik bedoel, ik mag je al wel.’
      Avery glimlachte dankbaar. ‘Ik ben blij dat je dat zegt. Iedereen maakt het me erg naar mijn zin hier.’
      Terence knikte opgelucht. Zijn ogen gleden kort over haar lichaam en even vroeg Avery zich af wat er in zijn hoofd omging, maar toen stak hij zijn hand in de bundel die om zijn middel hing en strooide wat elvenstof over haar heen. ‘Wat de koningin niet weet, zal haar niet deren.’
      Avery voelde zich ter plekken lichter worden en ze was blij dat ze al eerder had gevlogen, daar ze zich niet voor gek wilde zetten bij de elfjes.
      ’Hé! Niet slecht!’ zei Terence verrast en hield een hand naar haar op. ‘Kom, dan laat ik je nu het theater zien.’

      Avery volgde Terence door de lucht en luisterde naar zijn verhalen over het elvendorp. Avery wilde alles over de elfjes weten en stelde veel vragen, maar dat vond Terence niet erg. Hij leek ervan op te fleuren en dat maakte Avery blij. Ze vond het bijzonder hoe alle elfjes zoveel kracht hadden om na een tragedie als dit hun leventje weer op te pakken en gewoon door te gaan. Ze hadden veel familie en vrienden verloren en moesten leven met de angst hen misschien nooit meer terug te zien. En toch lachten ze en werkten ze hard.
      ’We zien ze wel terug, dat weet ik zeker. Ik heb daar wel vertrouwen in,’ zei Terence daarop. ‘Bovendien ken ik veel elven die gevangen zijn genomen, waaronder Tink en haar vriendinnen en die meiden weten zich uit elk probleem te redden. Oh, we zijn er al!’ Terence vloog voor haar uit en liep een gebouw in. Het was compleet van bladeren gemaakt en het leek alsof het dak opengeschoven kon worden.
      Avery ging Terence achterna en keek verwonderend om zich heen toen ze naae binnen stapte. De zittingen voor de toeschouwers waren gemaakt van paddenstoelen en voor het podium zaten vuurvliegjes in een halve cirkel, duidend op de schijnwerpers voor de acteurs die hun stukken oefenden. Ze keken om en zwaaide toen ze Terence zagen, waarna ze weer in hun script doken.
      ’Wat prachtig!’ zei Avery opgewonden. ‘Ik zou graag een toneelstuk willen zien, als ik de kans zou krijgen.’ Ze glimlachte breed. Er was zoveel bijzonders te vinden in het elvenkoninkrijk en er was nog steeds veel te ontdekken.
      'Hier voeren de elfjes toneelstukken op,' zei Terence en nodigde haar uit op de paddenstoel naast zich.
      Avery ging zitten en keek naar de elfjes die hun stukken opvoerde. Ze lachte toen een van hen over zijn woorden struikelde en zijn script door de kamee liet vliegen.
      Een harde schreeuw kwam plotseling uit een aanliggende kamer, die Avery en de elfjes deed opschrikken. Een elfje met een exotisch uiterlijk en een prachtige jurk van roze bloesems, speerde de zaal binnen. Haar vleugels gloeiden helder roze op en pulseerde als een soort knipperlicht. Paniekerig had ze haar handen tegen haar gezicht geslagen. De andere toneelelfjes vlogen geschrokken naar haar toe en zelfs Terence waagde een poging met haar te praten. ‘Lyria! Wat is er aan de hand?’
      ’Mijn vleugels!,' gilde ze. 'Sinds een paar uur blijven ze steeds opgloeien. Ik weet niet wat er aan de hand is.'
      ’Zou het net zo kunnen zijn als bij Tinkerbell en Periwinkle?’ vroeg er een, waarop de ander reageerde. ‘Nee, die gloeiden volledig op. Dit heb ik nog nooit gezien.’
      ’Heeft ze hulp nodig?’ vroeg Avery voorzichtig, maar haar vraag viel te niet in alle paniek. De twee toneelelfjes stoven weg opzoek naar een dokter, maar Terence bleef bij Lyria om haar te kalmeren.
      Avery bleef het tafereel op een afstand gadeslaan, niet helemaal zeker welke hulp ze kon inbrengen.
      Uiteindelijk waren haar vleugels weer gedoofd en ze leek zich genoeg op haar gemak te voelen om Avery op te merken. Ze keek haar aan en glimlachte zoet, terwijl ze vroeg ‘Ben jij het mensenkind dat met Peter Pan is meegekomen?’
      Avery glimlachte voorzichtig en ze verwonderde zich over haar schoonheid. Haar lange bruine haren had ze met verschillende groene bandjes bij elkaar gebonden als een soort vlecht op een enkele ontsnapte krul op haar voorhoofd na. Ze droeg een jurk van roze bloesems, met een gouden knop op haar schouder die alles als een soort Romeins gewaad bij elkaar hield. Haar ogen waren net zo groen als die van Avery, wat zij stiekem wel leuk vond.
      Avery lachte. ‘Avery, aangenaam.’
      Lyria’s vleugels begonnen opnieuw te gloeien en de glimlach smolt van Avery's gezicht.
      Terence keek verbaasd naar haar en fronste. Hij wierp een korte blik op de gloeiende vleugels en keek toen weer naar Avery.
      Het gestaar duurde Avery te lang en ze trok vragend haar wenkbrauwen op. ‘Wat is er?’
      ‘Ik weet het niet zeker. Avery, steek je hand eens uit?’ zei hij toen.
      Verdwaasd deed Avery wat haar werd opgedragen en ze stak haar hand uit. Terence leidde Lyria naar haar toe en hield haar hand ook op. Lyria begreep waar hij op doelde en pakte Avery’s hand vast. Meteen begonnen de vleugels nog feller te gloeien dan daarvoor en het meisje werd gehuld in een zacht roze, pulserend licht.
      Avery staarde er vol verwondering naar, tot een warme gloed door haar borst gleed. Puur geluk dwaalde door haar lichaam en liet haar lichaam lachen. Een glimlach sierde haar gezicht alsof ze er zelf geen macht over had en ze lachte.
[tab[Meteen sloeg ze verbaasd haar hand voor haar mond en fronste bedenkelijk om het feit dat ze ongecontroleerd had gelachen.
      Lyria’s oren spitsten zich en toen haar vleugels waren gedoofd, keek ze Avery onderzoekend aan. ‘Ik kan mijn oren niet geloven.’
      ’Wat bedoel je? Wat gebeurt er, Terence?’ vroeg Avery. Ze had het idee alsof ze een stuk spinazie tussen haar tanden had, zo lang staarde het elfje haar aan.
      ’Het is je lach,’ antwoordde Lyria toen. ‘het verwarmt mijn hart.’
      Terence keek de beide meisjes een voor een aan; Lyria die Avery verwonderd beoogde en Avery, die enkel hulpzoekend en verdwaasd naar hem omkeek. ‘Ik heb er wel over gelezen in de bibliotheek, maar ik heb nooit gehoord dat het ook echt bestond.’
      ’Elfjes horen ook niet in contact te komen met hun Geboortekind. We trekken enkel naar het Mainland voor de seizoenswisseling,' vulde Lyria hem aan.
      ’Ik begrijp het niet.’ Avery keek de twee beurtelinks aan en trok uiteindelijk haar hand terug uit Lyria’s greep.
      Lyria glimlachte teder en geboodt haar plaats te nemen op een van de paddenstoelen. ‘Ik ben een Vertellerselfje. Ik vertel legenden en verhalen aan alle elfjes hier en ik wil jou graag de geschiedenis van elk elvenkind vertellen.’
      Avery glunderden bij het horen van die woorden. Ze voelde zich plotseling verbonden met het elfje, wetende dat zij haar talent voor verhalen deelden.
      Lyria bewoog haar armen en er verscheen een gouden beeld in de lucht. Het was een baby die lachte. ‘Toen de eerste baby voor de allereerste keer lachte, brak zijn lach in miljoenen stukjes en dartelden rond en dat was het begin van de elfjes. Verbonden bleven zij aan de lach van het kind en wanneer het geloof van het kind breekt en zij de vervloekten woorden uitspreekt, zal het toebehorende rinkelende, lichtje doven en het elfje niet langer meer zijn.’
      ’Wat een zielig verhaal. Maar,' zei ze bedachtzaam. 'Bedoel je hiermee te zeggen dat ik de lach was die jou je leven schonk?’
      Lyria knikte. ‘Ik ben misschien het eerste elfje dat haar kind heeft ontmoet!’ Ze pakte Avery’s handen vast en kneep er zachtjes in. ‘Wij zijn met elkaar verbonden. Mijn vleugels konden het voelen!’


Whohooo! Herfstvakantie! Wie nog meer? Wat vinden jullie van deze twist? Avery met haar eigen elfje? ^^





Reageer (8)

  • Slughorn

    OH! wat leuk! Gaaf!

    5 jaar geleden
  • Hopefulness

    I love this omgoodness. I can imagine the pride that little pixie feels <3

    6 jaar geleden
  • BOOKWURM

    OMG dit is geweldig !!!

    6 jaar geleden
  • Culloden

    Ahw, hoe schattig! (:
    Helaas geen vakantie hier. Het harde leven van een universiteitsstudent.

    6 jaar geleden
    • Laleah

      Jammer weer.. Misschien toch maar mbo gaan doen? #joking

      6 jaar geleden
    • Culloden

      Ik heb geen idee wat dat is. :3 (Belg enzo)

      6 jaar geleden
    • Laleah

      Hahahaha :') oke jammer van mijn grap

      6 jaar geleden
  • BeBella

    Dit is zo leuk! Ik houd echt van je verhaalwendingen! Snel weer een nieuw hoofdstukje...??? :)

    6 jaar geleden
    • Laleah

      Ahh dankjewel! Ik zal er zeker snel weer 1 activeren ;)

      6 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen