Foto bij 045 • Sleutels en pistolen



Peter vloog Avery naar het schip toe, waar een bloederig gevecht op het dek aan de gang was. Zwaarden, speren, pistolen en kanonnen, alles werd ingezet. Elfjes vochten voor hun leven, indianen gingen krijsend ten aanval en piraten stortte zich bulderend in het gevecht. Het dek was besmeurd met bloed. De eerste lijken waren gevallen.
      Avery keek verschrikt toe. Haar hart bonsde als paardengetrappel tegen haar ribbenkast en ze drukte zich dichter tegen Peter aan. Hij vloog langs de zijkant van het schip en liet haar op het dek klimmen. Hij glimlachte naar haar toen ze hem kort aankeek en ze voelde hoe haar lippen onwillig hetzelfde deden.
      'Zorg goed voor jezelf,' fluisterde ze. Hij knikte. Voor een paar seconden knaagde er iets en toen hij weg vloog: 'Peter, wacht!'
      Hij keek naar haar om, maar toen durfde ze plotseling niet meer. De drie woordjes die ze op haar lippen had geproefd, bleven hangen als een vis aan een haak. Ze glimlachte en liet een paar tranen over haar wangen lopen. 'Tot straks,' zei ze en keek toe hoe hij zijn zwaard trok en verdween.
      Lyria trok aan een van haar rode lokken die uit haar vlecht waren ontsnapt. 'Kom op. Laten we ze gaan zoeken.' Avery knikte en trok haar zwaard.
      De twee elfjes, terwijl Avery een blik wierp op het slagveld. De indianen leken de overhand te hebben, al lagen ook van hen doden op het dek. Avery zag Tigerlilly, die beheerst met een speer twee piraten te lijf ging. Ze was erg behendig en gebruikte het gewicht van de logge mannen tegen hen. Ook zij had al een paar diepe sneden op haar benen en armen, maar levensbedreigend waren ze niet. Avery ademde een keer diep in. Kon ze maar zo dapper zijn als zij.
      Een schreeuw klonk vlak naast haar en Avery draaide zich met een ruk om. Haar zwaard hield ze op en blokkeerde vaardig de aanval van een magere piraat. Instinctief dook ze opzij. De piraat grijnsde zijn gele tanden bloot, terwijl zijn geniepige ogen haar van top tot teen bekeken. Rillingen schoten over elk deel van haar lichaam; ze zag precies wat de man van haar wilde en Avery walgde ervan. Ze hief dreigend haar zwaard, maar de man viel niet aan.
      'Kom op wijffie, zou je niet liever wat plezier maken?'
      Nog meer rillingen bekropen haar huid en ze voelde hoe haar maag zich drie keer omdraaide. 'Walgelijk!' spuugde ze naar hem. Zijn grijns verdween en hij herpakte zijn zwaard. 'Dan zal ik de beleefdheden achterwegen laten!' Hij stormde op haar af, maar voordat Avery haar zwaard had geheven, klonk er een doffe klap en viel de man bewusteloos op het dek neer. Ze keek op naar de twee heldere lichtjes die naar haar toe gevlogen kwamen en een stuk houd op de grond smeten.
      'Wat een zwijn!' gilde Lyria, 'zo behandel je een vrouw niet!'
      'Heeft hij je kwaad gedaan?' Terence vloog snel controlerend rond haar, maar Avery lachte. 'Ik heb niets. Dank jullie wel.'
      Beide knikten. 'Moeten we hem vastbinden?'
      Avery schudde haar hoofd. 'Laat de indianen maar met hem afrekenen. We moeten de elfjes vinden.'
      'Juist!' Terence vloog voor haar uit. Avery wist dat hij er naar uitkeek Tinkerbell weer te zien en bedacht zich dat hij zich jaren zo had moeten voelen zoals zij nu deed; verlangend naar het weerzien van haar beste vriend. Ze rende gauw achter de twee aan. Het was een uitdaging onontdekt de trap af te sluipen. Pijlen vlogen om haar oren en opnieuw liep ze een piraat tegen het lijf. Deze kende ze. Het was een van de piraten die wakker waren gebleven toen Avery op het schip was.
      'Kreng! Deze keer rijg ik je aan het spit!' bulderde hij.
      Avery kon nog net over de trapleuning klimmen, waardoor zijn zwaard hard in het hout sloeg. Ze gilde toen ze op de grond belandde en voelde een pijnscheut door haar enkel schieten. Met verbeten tranen keek ze op naar de piraat, die met zwaard in de aanslag op haar af kwam. Avery greep naar haar eigen wapen en schrok op van een harde knal dat over het schip galmde. Ze hoopte dat het de piraat zou afleiden zodat ze kon wegkruipen, maar dat gebeurde niet. Haar enkel deed te zeer om op te staan.
      Terence en Lyria schoten haar te hulp en belaagden zijn gezicht. 'Ren, Avery!' gilden ze, terwijl ze de piraat afleidden.
      Avery sprong op en rende de kapiteinshut binnen. Ze sloot de deur achter zich en fluisterde een schietgebedje. Niet alleen voor zichzelf, maar ook voor de kleine helden die haar leven net hadden gered.
      Het was opeens een stuk stiller. Het geschreeuw van buiten klonk dof door de dikke, houten deur. Avery probeerde op adem te komen, maar ze wist dat ze een taak moest voltooien. Ze liep de kamer door, recht naar de grote kast waar het slot aan hing. Ze rammelde aan het slot, maar kreeg het helaas niet losgetrokks. Er moest ergens een sleutel liggen. De laatjes bij het bureau was misschien haar enige optie. Ze keek opzij naar het bureau, waar de broeken en kaarten nog steeds oplagen. Ze rommelde in de lades, maar behalve kaarten en kapotte verenpennen lag er niets bruikbaars.
      'Wat jammer nou,' klonk plotseling een bekende stem door de ruimte. Avery draaide zich om en zag Jacob tegen de muur geleund staan, met de sleutels in zijn handen. Er lag een duivelse glimlach rond zijn lippen.
      'Geef die sleutels aan mij, Jacob,' siste ze en richtte de punt van haar zwaard waarschuwend op zijn lichaam. Avery was doodsbang. Ze wist dat Jacob haar met gemak versloeg, maar ze wist ook dat Peter naar hem opzoek was. Hij zou op tijd binnen komen stormen. Dat deed hij altijd.
      'Ik denk dat ik dat niet ga doen.' Met een stoot van zijn arm drukte hij het raam naast zich open. Avery had niet gezien dat het een raam was, maar het was een slimme zet. Ze zag een touw buiten hangen dat rechtstreeks naar het strand leidde.
      Jacob lachte. 'Ik was eerst van plan gewoon te ontsnappen, maar jouw binnenkomt bracht me op een idee.'
      Avery's ogen flitsten naar de deur van de kajuit en Jacob lachte harder. 'Lieve kind, denk je nu echt dat hij dadelijk binnen komt stormen. We hebben hem al lang te pakken!'
      Avery's hart schoot in haar keel. 'Wat? Dat kan niet?'
      'Zeker wel. Hoorde je het kanonsschot niet? Daar zat een net in.'
      'Je liegt! Je loog ook over Tinkerbell!' Haar hart pompte haar bloed vliegensvlug door haar lichaam en Avery voelde hoe de adrenaline langzaam haar lichaam over nam.
      Jacob haalde zijn schouders op. 'Goed, daar heb je gelijk in. Maar het zou toch zonde zijn..' Hij haalde een pistool tevoorschijn en richtte die op haar. 'als je daarom moest wedden met je leven.'
      Ze verstrakte de greep om haar zwaard en beet haar kiezen op elkaar. Ze kon niets beginnen tegen een pistool van deze afstand. Ze zat als een rat in de val. Ze wilde het zwaard zo graag dor zijn borst jagen, voor alles dat hij Neverland had aangedaan, maar ze zou dit niet winnen. Avery zuchtte en legde verslagen haar zwaard op het bureau. 'Wat ga je met me doen?'
      'Zo vulgair. Ik ben maar een jongetje.' Hij tikte het pistool een keer vlug omhoog, gebarend dat ze naar hem toe moest lopen. Avery deed wat haar werd opgedragen. Ze had er de volste vertrouwen in dat hij haar in leven wilde houden, anders had hij haar meteen al neergeschoten.
      Met een klap ging de deur open. Een bewusteloze piraat bleef stilliggen op de grond. Twee twinkelende lichtjes schoten de kamer binnen en direct greep Jacob Avery bij haar jurk en zette het pistool tegen haar slaap. De lichtjes stopte direct met vliegen.
      'Avery!' riep Lyria en keek woest om naar Jacob. 'Raak haar niet aan, bruut!'
      'Wat?' vroeg Jacob grijnzend, 'zoals dit?' Ruw greep hij haar kin vast en drukte zijn vingers zo hard in haar wangen dat de binnenkant van haar mond er zeer van begon te doen toen haar tanden tegen het vlees aandrukten. Avery trok een pijnlijk gezicht, maar liet geen kick horen. Ondertussen had Terence zijn vuisten woedend gebald. Avery keek gejaagd het vertrek rond, opzoek naar een uitweg. Ze voelde het koude ijzer van Jacobs sleutels in haar decolleté hangen en wierp een blik omlaag. Toen zette ze met zo veel mogelijk kracht haar tanden in de hand van Jacob. Schreeuwend trok hij zijn hand weg en Avery rukte de sleutels uit zijn greep. Ze smeet ze naar de elfjes en toen was er plotseling pijn. Haar hoofd gonsde geniepig. Haar zicht werd wazig en toen was er alleen nog maar duisternis.

Guys thanks voor de lieve woordjes! Dat deed me heel goed! Love you! (heart2)


Reageer (9)

  • BOOKWURM

    WTF is dit nou weer Leah? Leg eens uit !!!!

    6 jaar geleden
    • Laleah

      Hahaha oeps :') #sorrynotsorry

      6 jaar geleden
    • BOOKWURM

      xD

      6 jaar geleden
  • magiclove

    snel verder!!!

    6 jaar geleden
  • SCORPlO

    NOOOOOOO, LEAH WAT DOE JIJ, HOE DURF JE?!

    6 jaar geleden
    • Laleah

      Hahaha sorry :') had to!

      6 jaar geleden
  • Culloden

    Oh my god, ik hoop maar dat hij niet geschoten heeft!

    6 jaar geleden
  • BeBella

    Wat flik je ons nou?! Nee maar serieus echt waar, schrijf een nieuw hoofdstuk waarin alles goed is met Peter én Avery, ja!?

    6 jaar geleden
    • Laleah

      Hahaha ik flik jullie een lastige situatie :')

      6 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen