HOOFDSTUK 1.
Het is midden december. Ik loop door de stad en kijk naar hoe elke etalage versiert is met kerstspullen en fonkelende lichtjes. Het is donker ondanks dat het nog maar iets na vier uur is. Sneeuwvlokken dwarrelen langzaam naar beneden. Onder mijn voeten wordt een wit tapijt gevormd dat al snel wordt vertrappeld door de vele voetgangers. Ik duik wat dieper in mijn jas en verstop mijn verkleumde handen in mijn jaszakken. Wat verderop staat een straatmuzikant die gemoedelijk op zijn gitaar tokkelt. De zoete geur van suikerspinnen dringt mijn neus binnen wanneer ik voorbij één van de vele kraampjes stap. Ik hou van deze periode, alles is zo gezellig. Zo vredig.
De tijd tikte langzaam door, het werd steeds kouder. De sneeuw bleef naar beneden vallen. Hoezeer ik ook genoot van dit winterse tafereel, besloot ik toch een taxi te nemen. Ik begaf me naar de drukke straat en zag hoe auto na auto voorbij vloog. Geduldig stak ik mijn arm uit naar de voorbij rijdende taxi’s. Het duurde eventjes maar uiteindelijk stopte er toch eentje voor mijn neus. Ik nam diep adem en stapte in, maar nog voor ik kon zeggen wat mijn bestemming was, sprong er een jongen bij me in de taxi. “Hey, wat is dit? Dit is mijn taxi.” zei ik ontzet. “Het spijt me, ik moet dringend weg van deze plek. Ik betaal, zeg maar waar je heen moet.” zei de jongen. Hij was helemaal buiten adem en keek me radeloos aan. Ik haalde mijn schouders op, knikte en gaf mijn adres aan de taxichauffeur.
“Bedankt.” zei de jongen. Ik schonk hem een glimlachend knikje en liet mijn ogen hem verkennen. Hij had korte bruine haren waar nog enkele sneeuwvlokjes in plakte. Een lichte stoppelbaard in dezelfde kleur. Zijn ogen waren hemelsblauw. “Alles oké?” vroeg ik benieuwd. Als hij mijn taxi mocht gebruiken, vond ik dat ik tenminste ook mocht weten waarvoor. “Errr, ja. Nu wel.” zei hij luchtig. “Nogmaals bedankt,” glimlachte hij, “mijn naam is Niall trouwens.” zei hij terwijl hij zijn hand naar me uitstak. Vriendelijke jongen, dacht ik terwijl ik zijn hand schudde, “Noa Scott” stelde ik mezelf beleefd voor.
De rit zou normaal slechts vijftien minuten duren, maar door een omleiding ging het wat langer duren, informeerde de taxichauffeur ons. Ik haalde mijn schouders op, “geeft niet hoor.” Het was misschien ook niet de beste beslissing geweest om een taxi te nemen op het drukste moment van de dag, maar gelukkig hoefde ik vanavond nergens meer te zijn.
“Hier stoppen we even. Ik ben zo terug.” zei de taxichauffeur plots. We waren tot stilstand gekomen in een smal, donker steegje. Niall en ik wisselde verward een blik terwijl we zagen hoe de taxichauffeur de auto verliet. “Dat heb ik nu nog nooit meegemaakt.” murmelde Niall waarna hij een zucht uit zijn mond liet ontsnappen. “Dit is echt de vreemdste taxirit die ik ooit heb meegemaakt.” grapte ik. Eerst een onbekende die wil meerijden en nu de taxichauffeur die ons zomaar achterlaat in een donker steegje.
“Oké, dit duurt nu wel erg lang.” zei ik terwijl ik zenuwachtig aan mijn nagels prutste. Het was inmiddels al twintig minuten geleden dat de chauffeur ons had achtergelaten. “Ja, dat vind ik ook…” zei Niall, “Ik ga kijken.” Ik knikte zachtjes; “voorzichtig,” voegde ik er nog aan toe terwijl ik me bedacht hoe eng deze omgeving was. Maar toen Niall de autodeur wou losmaken, bleek deze vast te zitten. “Huh, wat nu?” ik keek Niall met grote ogen aan. Hoe kon dit zelfs gebeuren, vroeg ik me af. Hoe was mijn dag van de perfecte winterdag in deze nachtmerrie geëindigd zonder dat ik het besefte. Hier zat ik dan. Opgesloten in een taxi, in een eng, donker steegje. Met een wildvreemde. Ik begon steeds meer in paniek te geraken. Mijn hartslag ging tekeer en mijn ademhaling versnelde met de seconde en een traan verliet vluchtig mijn ooghoek.
Reageer (1)
Wauw, dit klinkt mega spannend joh!
6 jaar geledenEen perfect eerste hoofdstuk dat de nieuwsgierigheid weet te prikkelen om verder te willen lezen!
Je weet wat dit wil zeggen? Jep, jij gaat heelder dagen mogen schrijven, want ik wil meer!