Foto bij Hogwarts Express

Omdat ik vaak in de trein zit en Oliver mijn liefdeskunsten heeft gekregen (behalve een extra dosis lef die ik dan weer niet heb)

Oliver deelde zijn dormitory op Hogwarts met Thomas Davidson, Jake Jefferson, Patrick Williams en Percy Weasley. Normaliter reisde Oliver samen met Thomas, Jake en Patrick met de Hogwarts Express. Dit jaar waren de jongens echter nergens te bekennen. Oliver vroeg zich af of ze allemaal een meisje aan de haak hadden geslagen en nu ergens onder een coupébankje lagen te zoenen of meer. Het was niet de eerste keer dat Oliver zijn kamergenoten niet konden vinden, twee jaar geleden kwam hij ze ook pas halverwege de reis toevallig tegen. Als de jongens hadden besloten in de mensenmassa te verdwijnen, of ergens lichaamssappen met vreemdelingen aan het uitdelen waren, zocht Oliver meestal Fred en George op. De jongeren broertjes van de kamergenoot waar hij niet mee reisde. Echter hadden ook de gebroeders Weasley besloten zich schuil te houden op een plek waar Oliver hen niet kon vinden. Voor zijn gevoel had Oliver inmiddels de gehele trein gehad, toen hij zijn andere kamergenoot alleen in een coupé zag zitten. Percy Weasley zat met zijn neus in een boek verdiept en merkte de drentelende Oliver Wood voor zijn coupé niet eens op. Oliver besloot dat hij er genoeg van had om met zijn zwarte hutkoffer rond te moeten slepen en klopte aan. Percy Weasley keek verstoord op. Oliver schraapte ongemakkelijk zijn keel. ‘Alles is vol,’ raspte hij, ‘vind je het erg als ik hier kom zitten?’ Percy schudde alleen maar zijn hoofd en concentreerde zich vervolgens weer op zijn boek. Oliver vatte dat op als een teken dat Percy hem in ieder geval niet genoeg haatte om hem eruit te schoppen en sleepte zijn hutkoffer naar binnen. Ondanks dat Oliver sportief was, een uiterst fanatieke quidditchspeler, lukt het hem niet om zijn hutkoffer in het desbetreffende rek te duwen. Oliver kreunde gefrustreerd toen de koffer voor de twintigste naar beneden viel toen hij hem in het rek probeerde te duwen. Hij moest even uitpuffen voor een eenentwintigste poging, toen hij Percy hoorde giechelen. Oliver twijfelde eerst of het Percy wel was die dat enorm schattige geluid kon produceren, maar er was niemand anders in die buurt die het kon zijn. Oliver had het zo druk met zich afvragen hoe het zo kwam dat Percy giechelde, dat hij niet eens merkte dat hij Percy in zijn gedachten zojuist als schattig had bestempeld. Oliver trok en wenkbrauw op en richtte zijn blik op Percy. ‘Mag ik vragen wat er zo uiterst grappig is?’ Vroeg hij. Percy glimlachte. ‘Gewoon, dat je het jezelf zo moeilijk maakt, terwijl het echt veel makkelijker kan.’ Oliver trok verbaast een wenkbrauw op. Aan de ene kant was hij geïnteresseerd in wat Percy te zeggen had, maar aan de andere kant voelde hij irritatie, omdat als Percy dat twintig pogingen eerder gemeld had hij Oliver een boel moeite had bespaard. ‘Ga je me dan ook vertellen hoe het makkelijker kan?’ Vroeg Oliver ongeduldig. ‘Nee,’ zei Percy, wat hem een fronsende blik van Oliver opleverde. ‘Ik zal het laten zien,’ voegde Percy daar met een ondeugende blik in zijn ogen aan toe. Percy stond niet eens op, maar haalde zijn toverstok uit zijn gewaad en mompelde “wingardium leviosa” en liet met gemak Olivers hutkoffer in het rek zweven. ‘Oké, ‘ gaf Oliver toe. ‘ik voel me nu inderdaad vrij hersenloos dat ik dat niet bedacht heb.’ Percy lachte. Het was een lach die er voor zorgde dat Olivers hart een salto in zijn borst maakte. ‘Het overkomt de beste. Je mag wel gaan zitten hoor,’ merkte Percy op. Oliver schoof enigszins ongemakkelijk op de bank tegenover Percy. ‘Dankjewel,’ zei Oliver, nogal prompt verloren en laat. Oliver voelde zich alsof zijn hersenen plotseling besloten hadden te stoppen met functioneren. Percy keek Oliver enigszins verward aan. ‘Voor wat precies? Als ik vragen mag.’
‘Voor… eh… het helpen met mijn koffer en dat ik hier mag zitten,’ stuntelde Oliver. Percy glimlachte weer en Olivers maag was dit keer het orgaan dat voor een wervelwind aan vlinders zorgde. ‘Er is ook ruimte zat,’ merkte Percy vrij overbodig op. ‘Ehm… ja, dat klopt,’ zei Oliver, wiens gezicht langzaam wit weg begon te trekken van de zenuwen. ‘Oliver?’ Vroeg Percy. ‘Gaat het wel goed, je ziet nogal bleek.’ Zonder iets te zeggen legde Percy zijn lange, slanke hand op Olivers wang en verplaatste die vervolgens naar zijn voorhoofd. Oliver voelde hoe zijn wangen inmiddels dezelfde kleur als zijn quidditch gewaad kregen. ‘Je bent warm,’ merkte Percy op. ‘Misschien moet je toch even langs madame Pomfrey gaan als we straks aankomen.’ Oliver schudde ongecontroleerd met zijn hoofd, waardoor Percy’s hand van zijn voorhoofd gleed en hem daardoor bijna in zijn oog prikte. ‘Ik denk niet dat madame Pomfrey hierbij kan helpen,’ zei Oliver. Percy keek hem verbaast aan. ‘Hoezo niet?’
‘Percy… Het komt doordat jij ontzettend knap bent en ik je eigenlijk gewoon heel graag wil zoenen.’
‘Doe dat dan,’ zei Percy zachtjes. Dat liet Oliver zich geen twee keer zeggen.

Reageer (1)

  • Necessity

    Slim Oliver :') you're a wizard, aren't you?

    5 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen