Uit de bank schiet een volgende keizerspinguïn, die recht op Mark’s gezicht af vliegt. Mark houdt instinctief zijn handen voor zijn hoofd om het dierlijke projectiel tegen te houden. Hij komt echter hard aan en Mark en pinguïn worden door de kamer heen gelanceerd. Eenmaal tegen de muur komen jongen en vogel tot stilstand. “Oef.”
“Evans!” roept Jude vanaf de bank.
“Ik ben in orde!” Zwaait Mark terwijl hij de nieuwe pinguïn van zich af probeert te duwen. “Goedemiddag vriend!” Deze zevende keizerspinguïn kijkt Mark geïntrigeerd aan. Mark glimlacht terwijl hij terug overeind komt. De pinguïn blijft op Mark liggen, dus Mark probeert nu deze vogel op te pakken en vast te houden terwijl hij naar Jude loopt. De vogel werkt niet tegen.
“Zeven…” verzucht Jude. “Laat het niet nog meer worden…”
“Komt goed man! Op die ene bijtende na lijken ze me best vriendelijk.”
Jude proest. “Dit is wel echt typisch voor jou om het zo in te zien, Evans.”
Op Mark’s gezicht verschijnt een grote grijns. “Je kan gelukkig nog lachen!” Mark zet Zeven neer en de waggelende vogel baant zich een weg naar de vier anderen die al in beeld waren. Ondertussen komen vanuit de gordijnen twee andere vogels ook tevoorschijn. Mark en Jude kijken toe hoe de zeven keizerspinguïns met elkaar beginnen te spelen (of plannen maken om de wereld te veroveren, je weet het nooit met pinguïns). Mark ploft naast Jude neer op de bank terwijl hij ook even sprakeloos is. Jude geniet van de stilte, al doorbreekt hij dat kort er na met een hoestbui. Paniekerig begint Mark hem op de rug te slaan. “Evans! Stop!”
“Ik probeer te helpen!” Mark houdt echter op wanneer hij doorheeft dat er zes pinguïns hem boos aankijken en hij trekt zijn hand snel terug. “Ha.. ha!” lacht hij ongemakkelijk terwijl hij terug in zijn vorige positie op de bank gaat zitten. “Denk je dat ze je willen beschermen?” “Het lijkt er wel op.”
Mark kijkt naar Zeven. “Alleen nummer Zeven lijkt niet zo geschokt.”
“Misschien is hij gehecht geraakt aan jouw voorhoofd.”
Mark proest het uit. “Misschien wel ja!” Zijn glimlach wordt alleen maar breder wanneer Zeven aan zijn been komt trekken. “Hé daar, maatje!” groet Mark zijn adoptie-pinguïn.
Ondertussen verbergt Jude zijn hoofd in zijn handen. Konden die pinguïns nou maar weg zodat hij tenminste fatsoenlijk kon rusten! En Mark kennende blijft hij ook nog wel even in zijn huis rondhangen om een goede vriend uit te hangen. In principe is dat geen probleem, want ze zijn zeker goede vrienden, maar het is gewoon niet fijn terwijl hij nog ziek is.

Er wordt op de deur geklopt. Een butler komt thee en een glaasje water met paracetamolletjes brengen. Mark en Jude kijken toe hoe de keizerspinguïns een geniepige blik leveren aan de indringer, maar hem niet lastig vallen. Wanneer de bediende eenmaal weer vertrokken is merkt Mark pas op dat de bediende ook naast de deur een emmer met stinkende vissen heeft achtergelaten waar de pinguïns haastig op af duiken. Mark lacht, Jude hoopt alleen maar dat zijn kamer er schoon onder blijft. Nadat Jude paracetamol en water heeft ingenomen springt Mark van de bank af. “Ik hou niet van stilzitten!”
“Dat weet ik.” Zegt Jude terwijl hij accepteert dat de jongen zijn voetbal er bij haalt en midden in zijn kamer de bal probeert hoog te houden. Nummer Zeven komt geïnteresseerd naar hem toe lopen, springt vervolgens op en steekt zijn snavel in de bal. “Hé!” roept Mark nog uit, maar de pinguïn lokt alleen maar verder uit dat Mark een nieuwe trap tegen de bal verkoopt. Jude wil zich boos maken om het feit dat dit in zijn kamer gebeurt, maar heeft niet voldoende energie voor meer dan half over de bank hangen en een kleine kreet los te laten. De bal vliegt tegen de muur aan, en nummer Zeven verdwijnt vervolgens in het niets. Mark’s gezicht verandert in een mix van verbazing en trots gecombineerd met een pruillipje. “Doei, keizerpinguïn nummer Zeven!”
Jude slaat een hand in zijn gezicht. Heeft Mark Evans nou een supertechniek uit zijn verkoudheid gemaakt?!

Met de voetbal in handen kijkt Mark naar de zes andere pinguïns. “Hé!” roept hij naar ze en hij trapt de bal hun kant op. Ze reageren niet. “Hmf!” verzucht Mark. “Jude. Jouw beurt!”
“Mark…” kreunt Jude vanaf de bank. Zijn hoofd is ondertussen roder aangelopen dan eerst, al is het moeilijk om te verklaren of het door ziekte of plaatsvervangende schaamte komt. Van zijn ogen is het in ieder geval niet af te lezen, want die zijn zoals altijd bedekt door zijn blauwe duikbril-achtige bril. Mark loopt naar de rollende bal toe en pakt hem op. “Jude!”
Jude ligt over de rugleuning van de bank diep adem te halen. “Ik snap je plan, Evans, maar het gaat nu niet.”
“Niet opgeven!”
Jude slikt en voelt nog een niesbui opkomen. Oh nee. Daar gaan we weer. “Haa….”
Voor Mark was het alsof er een gloeilamp aan ging. Hij gooit de bal omhoog en begint een trap.
“Hatsjoe!” komt weer uit Jude’s mond en opnieuw vliegt er een keizerspinguïn door de ruimte. Maar Mark was op tijd met zijn aanval. “Haha! Keizerspinguïn… nummer acht!” lacht Mark terwijl de bal en pinguïn op volle kracht tegen de muur aan komen, en de achtste pinguïn daarna verdwijnt.
“Dit meen je toch niet…” kreunt Jude. Mark lacht harder. “Het werkte wel! Ik blijf anders wel om elke bal op te vangen, ik vind dit super gaaf!”
“Mijn muur minder. Straks breek je nog dit huis af, Evans!”
“O, ja. Da’s wel een probleem. Dan moeten we ze maar naar buiten brengen!”

Reageer (1)

  • ChifuyuMatsuno

    O mijn God. Dit verhaal is echt grappig! Wanneer ga je verder (hoera)

    2 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen