O66 || Einar Harding

- I believe in you.
Heel kort kruiste Silvia’s blik met de zijne, maar toen keek R weer naar zijn handen op het stuur. Het was makkelijker dan zien hoe ze naar hem keek. Misschien was hij bang teleurstelling in haar ogen te zien of medelijden. Misschien was hij bang dat ze zich eindelijk zou realiseren dat hij te weinig was.
“Als er geen andere optie was, dan zou ik proberen begrip op te brengen voor de situatie waarin die persoon op dat moment zat,” was haar antwoord. “Maar ik geloof dat de jij Dorian is en de iemand jij? Wat is er gebeurd tussen jullie, Einar? Waarom maakt het je zo bang?”
En hoewel Einar het nooit zo benoemd had, was dat de waarheid. Hij was bang. Bang voor wat er nu komen zou. Bang dat hij Doris weer teleur zou stellen. Het had hem zoveel gekost om zijn broertje de eerste keer te kunnen loslaten. Wat als hij het niet in zich had om voor de tweede keer te betalen?
“Je kunt me vertrouwen, ik wil alleen maar helpen. Maar ik kan moeilijk helpen als ik niet het volledige verhaal weet.” Maar de tijd tikte ook door, en zij wist het ook, zoals ze voorstelde om naar binnen te gaan?
Of wilde ze snel bij hem weg? Het was een stemmetje die R makkelijker dan verwacht wist weg te duwen. Silvia had al zo vaak laten zien niet zo makkelijk te verdwijnen. Misschien moest hij zich dat ook realiseren.
“Ja, ik heb mijn broertje in de steek gelaten,” fluisterde hij. Zijn vingers trommelden zacht op het stuur terwijl hij probeerde alles te ordenen in zijn hoofd.
“Bij mijn familie was het… al lange tijd niet goed,” begon hij aarzelend. “Er was veel strijd tussen mijn ouders, met mij en Do ertussen, voor zolang ik me kan herinneren. Hij was mijn broertje, hij verdiende het niet om zo te leven. Ik was de grote broer, dus ik… ik beschermde hem.” Hij was misschien wel meer een ouder voor Doris geweest dan zijn ouders ooit waren. Hij was degene die Doris afschermde voor de ruzies, die ’s avonds een verhaaltje voor het slapen voorlas.
“Eén onderwerp waren ze het wel over eens.” Zijn stem kreeg een bittere klank. “Kunst is geen echte studie, en dat hebben ze duidelijk gemaakt.” Hij was toen al begonnen met drinken om maar te ontsnappen aan de constante ruzie, om het even te vergeten.
“En uiteindelijk- uiteindelijk liep alles uit de hand. Er was weer ruzie, mijn studie was weer niet goed genoeg en geen Harding mocht zo’n nepstudie doen. Die avond ben ik het huis uit gezet.” Nog steeds voelde Einar slechts woede als hij aan die avond terug dacht. Hij haatte de man die zijn vader had moeten zijn zo erg, en zelfs als hij die avond over had mogen doen, dan was hij alsnog vertrokken van die plek waar hij niet had mogen zijn wie hij was.
Nu pas keek hij opzij naar Silvia. “En weet je wat het ergste was? Niet dat ik dat helhuis moest verlaten, of de zoveelste ruzie. Maar dat op het moment dat ik mijn spullen aan het pakken was, Doris naar mijn kamer kwam. Hij had alles gehoord van bovenaan de trap, en kwam me vragen, nee, kwam me smeken om te blijven. Om om vergeving te vragen, misschien zelfs een andere studie te kiezen, want hij kon me niet verliezen. Hij had me nodig. Hij had me nodig, en ik ben toch vertrokken. Hij was mijn broertje, en ik heb hem in de steek gelaten op een moment dat hij me zo hard nodig had.”
Hoe hij dakloos geweest was, hoe hij zo diep gevallen was en zich had laten meevoeren door alle verleidingen, was iets waar hij het nu niet over had. Dat was een deel van zijn verhaal waar Doris niet bij betrokken was geweest. Of misschien wel. Misschien had zijn eerste drankgebruik de twee broers al uit elkaar gedreven.
Hij wachtte niet op een antwoord van Silvia, maar verliet de auto. Uit zijn zak viste hij een sigaret. Hij was een stress-roker, en wist zelf al te goed dat het een slechte gewoonte was. Het duurde even voor hij de sigaret aangestoken kreeg. Zijn vingers trilden meer dan hij toe wilde geven.
Hij opende de benedendeur, en viste meteen de post uit zijn postvakje. Het waren alleen een aantal rekeningen. Het gebouw was grauw en kil, met her en der vlekken op de grond of scheuren in de muur. “Het is op de vijfde verdieping,” zei hij. “De lift doet het niet.” Het was makkelijker om zakelijk te zijn.
Er zijn nog geen reacties.