Het is wellicht een beetje anders dan normaal, het dagboek was ook geschreven door iemand die niet mij is. Dus het kan anders voelen. Maar ik vond het wel mooi dat je May toch nog een beetje leert kennen. Dus ik hoop dat jullie het een beetje leuk vinden xoxo Gossip Girl.

May was nog geen tien minuten aan het slapen, en ik verveelde me al kapot. Mijn enige taak was opletten zodat er geen gevaar zou dreigen. Als er iets zou gebeuren zou ik May wakker moeten maken en dan zou zij ons moeten verdedigen, want als ik daartoe een poging deed, waren we geheid gestorven. De wapens lagen daarom dus ook dichter bij May dan bij mij.
May lag trouwens erg dicht naar me. Soms betrapte ik mezelf erop dat ik tijdens het nadenken lang naar haar keek. Haar haar was mooi, en ik wilde er mee spelen, maar dat was een slecht idee. Mijn oog viel op het dagboek dat naast haar lag.
Moest ik het pakken? Nee.
Wilde ik het pakken? Heel graag.
Ik ging het niet doen. Dat was onaardig, en een inbreuk op haar privacy, en zo was ik niet.
Vijf minuten later had ik het dagboek in mijn handen.
“Sorry May,” fluisterde ik zachtjes. Ik had het dagboek dan wel eindelijk vast, maar of ik het durfde te openen was de volgende vraag. Mijn handen trilden. May mocht me niet vermoorden, maar als ze wakker zou worden zou dat nog steeds mijn dood worden. Ze zou wel een manier vinden.
Het boekje was klein, en de kaft was van bruin leer. Op de voorkant stond een kompas in het leer gebrand en op de rug van het boekje stond May’s volledige naam in rode glinsterende letters. Ediline Maiti Zosima. Het was een mooie naam. Ook zat het boekje dichtgebonden met een dikke leren veter en aan het uiteinde daarvan hingen drie kleine bedeltjes: een roer, een drietand en een dolk. Aan het dagboek was een balpen bevestigd die je er gemakkelijk vanaf kon halen om iets op te schrijven.
Ik was zo ver gekomen, dus ik besloot het boekje toch ook maar open te slaan. Anders had ik alle stress voor het boekje oppakken voor niks gehad.

“Lief dagboek,

Het is de eerste dag van de Arena. Ik weet niet wat ik ervan had verwacht, maar dit niet. Misschien had ik verwacht dat de Arena net zo was als de trainingshal in District 4, waar ik iedereen overtrof. Misschien had ik me voorgesteld dat Flynn zou omkomen.” De laatste zin was doorgekrast, en de naam van Flynn was het meeste kraswerk ondergaan. “Het was - is - anders… Het is onmogelijk te beschrijven hoe het hier is. Donkere gangen, monsters, Alex.” Verassing! Ik was er! Of het positief was dat ik werd genoemd na donkere gangen en monsters was echter een stuk onduidelijker. “Ik vind het misschien nog het ergst dat ik geen sterren kan zien, dat had ik me nooit bedacht. De lucht is immers overal. Hier zijn er slechts gangen, en zelfs al zouden er straks sterren te zien zijn, dan zijn dat waarschijnlijk enkel projecties. Ik had me nooit bedacht dat ik in een arena terecht zou komen waar ik de lucht niet zou kunnen zien om me eraan te herinneren om als een goed mens te sterven. Ik ben bang dat ik het zal vergeten, dat ik een monster zal worden zoals velen voor mij. Alex zal me haten.” Ook die zin was doorgekrast. Misschien wilde ze het niet toegeven aan zichzelf, maar stiekem hoopte ik dat ze wist dat het niet waar was. Ik kon May niet haten. Ik weet niet wat ze met mij deed, maar ik bleef naar haar toe trekken, zelfs na alle dingen die ze me aangedaan had. Ik wilde het tegen haar zeggen, maar aangezien ze sliep en aangezien ze gelijk zou weten dat ik haar dagboek had gelezen, besloot ik het niet te doen. Slecht plan. “Het kan me niks schelen wat Alex van me vindt, en het kan hem ook duidelijk niks schelen wat ik van hem vindt.” Dat was overduidelijk incorrect. Anders zou ik daar niet met haar dagboek in mijn handen zitten. “We zijn aan elkaar gekoppeld door het Capitool - de geruchten moeten de spelmakers bereikt hebben. Die mensen hebben iets met ironie, hoewel hun humor ziekelijk is. Alex is zo onschuldig; de arme jongen heeft een oven meegenomen van het bloedbad.” Hé! Geen lasagne meer voor May, blijkbaar. “En alle hulp die de messenset die hij heeft gepakt ons gegeven heeft tot nu toe is bij het bereiden van de lasagne. Misschien is het wel het lot wat ons gekoppeld heeft. Niet op een romantische manier, maar misschien moet ik hem wel beschermen. Misschien is dat de enige manier om hem een beter leven te geven, want hij verdient het. Al had ik het hem graag anders gegeven.
Ikzelf maak trouwens al amper kans hier, bovendien betwijfel ik of ik het lef heb om hem te laten winnen, na Josiah vorig jaar. Rose dat aandoen, dan zal ik nooit een plek in de sterren krijgen, naast Sarah.
Ik heb mijn beste vriend vermoord. Of eigenlijk niet, want hij was al heel lang mijn vriend niet meer, maar toch voelt het merkwaardig goed. Het is niet zoals thuis, waar ik me in moest houden. Hendrik is eindelijk niet meer.” Ik vroeg me af wat er allemaal was gebeurd tussen die twee, maar erom vragen zou niet veel opleveren. Het was volgens mij een moeilijk onderwerp.
“Toch betwijfel ik of het goed is. Hoewel, slecht kan het ook niet zijn. Het is niet alsof ik een keuze heb. Uiteindelijk zullen drieëntwintig van ons sterven, en de sterren zijn rechtvaardig. Maar wat is rechtvaardig?
Niets van het vreselijke systeem van het Capitool is eerlijk. Alles wat ik doe is mijzelf en Alex beschermen, is dat niet wat heldhaftig wordt genoemd door sommigen? Je leven wagen voor anderen, toch?
Misschien, als ik Parveen was, had ik berekend hoe groot de kans was dat ik zou winnen, maar ik heb geen kansberekening nodig om te weten dat de kans dat ik dit zal overleven minimaal is. Als ik bij de aanval van de mutilant van vandaag ook maar een paar seconden later had gereageerd, was ik niet meer geweest dan Hendrik: een stijf lijk in een houten kist, op weg naar huis.
Ik was zo buitengewoon opgelucht dat zowel Alex als ik het hadden gehaald, dat ik hem kuste." Ik zou het zoenen noemen. Vrij heftig zoenen, zelfs. "Wat me bezielde, weet ik niet. Alles wat ik me herinner is een waas van angst en adrenaline en donkerrood bloed van mijn handen, in zijn haar." Zat er bloed in mijn haar? Dat had ze wel mogen zeggen. Heel Panem keek. "Wat is er aan de hand met me? Wat doet Ale-" De zin stopte daar en was doorgekrast. May moest beter leren krassen; ik kon het nog gewoon lezen. Wat zou de vraag geweest zijn? "Wat doet Alex met me?" Daar leek het op. In ieder geval deed zij volgens mij meer met mij dan ik met haar. Fysiek én mentaal.
"Ik moet gaan, de doden komen, en Alex slaapt nog. Het is niet meer dan logisch dat ik hem wakker maak." Meer was er niet, en ik besloot het dagboek terug te leggen omdat het steeds donkerder werd, dus veel kon ik sowieso niet zien. Daarbij was ik nog steeds bang dat ze wakker werd en merkte dat haar dagboek weg was. Ik begon me wederom te vervelen.

Reageer (2)

  • Megaeraaa

    de arme jongen heeft een oven meegenomen van het bloedbad.
    Dat is dus wel een geweldig wapen. En dan kan hij lasagne maken :)

    3 jaar geleden
  • Samanthablaze

    Vijf minuten later had ik het dagboek in mijn handen.
    ALEX NO- too late
    Heb je dan niet geleerd dat je nooit het dagboek van een boos moorddadig tienermeisje moet lezen?

    3 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen