Foto bij Hoofdstuk 16

Hellooo!! Het duurde even maar ik wilde dit hoofdstuk dan ook goed doen! Het heerlijke weer had me even afgeleid hihi



Edgar stapte het bos in. Blaadjes en takjes kraakten onder zijn laarzen. Modder kleefde aan zijn hak, maar dat deerde hem niet. Het had hem weken gekost om hier te komen, en nu eindelijk had hij het gevonden.
      Hij bleef lopen tot het kasteel tussen de bomen opdoemde. Toen bleef hij even staan. In vergelijking met Hogwarts was het een schuur van een kasteel, lang niet zo indrukwekkend en overwoekerd met hedera, maar dit was waar hij Helena zou vinden.
      Zijn hart bonsde in zijn borstkas.
      Helena
      Alleen het geluid van haar naam deed de vlinders in zijn buik al opvliegen. Hij had haar zo gemist. Hoe kon ze zomaar zijn weggegaan zonder afscheid te nemen? Hij had dagen gezocht naar aanwijzingen, maar ze was als een geest, zo door een muur gelopen en verdwenen. Maar nu niet meer. Nu had hij haar gevonden en zou hij haar terugbrengen naar haar moeder. En dan.. Dan zou hij om haar hand vragen.
      Edgar grijnsde. Wat zal ze blij zijn om hem te zien! Ze had hem vast net zo erg gemist als hij haar. Hij had dagen gereisd, weken! Wat een groots romantisch gebaar was het! En wat zou ze verrast zijn!
      Hij stapte op de grote voordeur af en klopte met de deurklopper op het hout. Edgar haalde een hand door zijn haren en streek zijn kleding glad. Hij moest een goeie eerste indruk maken. Hij was veranderd in de maanden dat Helena was weggegaan. Hij was volwassen nu. Dat moest ze toch kunnen zien.
      De deur ging langzaam open en een dienstmaagd boog kort voor hem. 'Goedemiddag, mijn heer. Waar kan ik u mee helpen?' vroeg ze met een vaag accent. Zijn Engelse uiterlijk moest hem zeker verraden hebben.
      'Goedemiddag,' antwoordde hij, 'Ik ben opzoek naar Helena Ravenclaw. Haar moeder, Rowena Ravenclaw, heeft mij gestuurd.'
      De meid keek hem met grote ogen aan. 'Als u een moment heeft, zal ik de heer halen.'
      'Natuurlijk.'
      Edgar wachtte geduldig tot een grote man aan de deur verscheen. Hij had een stevige, zwarte baard en donkere borstelige wenkbrauwen boven twee wel heel bekende ogen. Edgar wist meteen dat dit Helena's vader was. Dat moest haast wel! Hij herkende zoveel van haar in zijn gezicht.
      'Kan ik u helpen?' vroeg de man met een zware stem.
      Edgar boog. 'Mijn naam is Edgar Maynard Hemlock. Ik ben een oud klasgenoot van Helena. Haar moeder heeft me gestuurd om haar op te halen.'
      De man keek hem aan. 'Rowena?'
      Edgar knikte. 'Rowena is ziek geworden. Ernstig ziek. Ze is onzeker over haar toekomst en wenst Helena nog eenmaal te zien.'
      'Ze is ziek? Wat heeft ze?'
      Edgar keek treurend naar de grond. 'Dat is onzeker, maar ze wordt met de dag zwakker.'
      De man wendde zich af, staarde weifelend naar de grond voordat hij zich weer tot Edgar wendde. 'We kregen ruzie. Ik heb haar al uren niet gezien, maar ze rende het bos in. Dat doet ze wel vaker als ze alleen wil zijn.' Hij zuchtte. 'Breng haar naar me terug. Als Rowena het toestaat zou ik graag mee willen.'
      Edgar knikte. 'Enig idee waar ik haar kan vinden?'
      De man schudde zijn hoofd. 'De dienstmaagd vertelde me dat ze in één recht lijn die kant op liep. Ze zal niet ver zijn.'
      'Mijn dank is groot.' Edgar draaide zich om en liep in de aangewezen richting. Hij hield zijn ogen op de grond, naar de voetstappen die Helena in het hoge gras had gemaakt. 'Helena!' riep hij. Helena. Helena. Helena. Hij kon die naam wel eeuwig achter elkaar roepen, zo zoet als de letters proefden.
      Edgar spitste zijn oren. Met een ruk keek hij achterom toen hij blaadjes hoorde ritselen. 'Helena!' riep hij, terwijl hij richting het geluid rende. Het geraas van de blaadjes en het breken van takjes werd luider. Edgar versnelde zijn tempo en ving een glimp op van een blauwe jurk. 'Helena! Wacht!'
      'Blijf uit mijn buurt!'
      Hij begon te rennen. Hijgend strompelde hij door het bos, links en rechts bosjes en takken uit de weg duwend, terwijl zijn geroep de bossen vulde. Hij bleef rennen, met zijn oog op de blauwe jurk die hem net een paar passen te snel af was. Toen stopte de jurk plotseling met rennen. Helena, prachtig als altijd, draaide zich naar hem om, haar zwarte haren achtervolgden haar beweging, tot ze stil vielen over haar borst. Hij stond even stil, betoverd door haar pracht en de kilte in haar ogen toen ze haar mond opende.
      'Wat doe je hier, Edgar?'
      Hij keek haar aan, moest zichzelf wakker schudde om te reageren. Hij kon simpelweg zijn ogen niet meer van haar afhouden. Hij had haar gevonden. Na al die jaren. 'Je moeder heeft me gestuurd,' antwoordde hij hijgend. Hij las geen verrassing in haar schitterende, groene ogen. Edgar slaakte een zucht. 'Ze is ziek, Helena. Heel ziek.'
      Helena bleef stilstaan en keek hem aan. Haar blik verzachtte. 'Ziek?'
      Hij knikte. 'Ze wil je zien. Ze is bang dat de dood haar snel zal overvallen. Ze mist je.'
      Helena fronste en abrupt verdween alle zachtheid uit haar ogen. Een rilling trok over zijn rug. 'Zij mist mij niet,' sprak ze ijskoud. 'Als ze me echt miste was ze zelf gekomen. Dan had ze me hier niet toe gedreven.
      Hij keek haar even aan en stak een hand uit. 'Kom met me mee naar huis, Helena.'
      'Nee! Ik vertrouw jou niet, Edgar. Ik blijf hier.'
      Zijn wenkbrauwen kropen diep over zijn ogen. 'Je hoort hier niet, Helena. Je hoort thuis, in Engeland. Bij je moeder. En bij mij.'
      Haar voet verschoof. 'Ik hoor nergens thuis! En al helemaal niet bij jou!'
      Edgars hart kromp samen. Het waren simpele woorden, maar woorden die hij zo vaak had gehoord, zoveel maanden terug. Elk moment, elke keer als zij hem afwees, sneed door hem heen als een mes door een appel. Ze geloofde hem nog niet. Nadat hij het haar zo vaak had verteld. Zijn hoorden bij elkaar. Hoe kon ze dat niet zien?
      Zij wenkbrauwen kropen diep over zijn ogen. 'Kom met me mee, Helena,' gromde hij. Jaren had hij op haar gewacht tot zij naar hem zou toekomen, maar ze was van hem gevlucht. En nu, nu had hij een reden om haar te dwingen. Hij was gevraagd haar terug te halen en hij zou niet falen.
      'Nee!' riep ze. 'Ik ga nooit meer terug.'
      Edgar stapte naar haar toe. 'Ik heb het je moeder beloofd. Ik ga niet terug zonder jou.'
      'Dan mag je me mee terug sleuren, maar ik ga niet vrijwillig!'
      De jongen balde zijn vuisten. 'Als het zo moet..' Hij stormde op haar af en net toen ze zich om haar as draaide, greep hij haar pols vast en trok haar met zich mee. Helena gilde het uit, zo hard dat zelfs een zwerm vogels opschrok vanuit de bomen. Ze trapte hem, sloeg hem en gilde zo hard dat zijn oren er van begonnen te gonzen.
      'Helena! Stop hiermee!'
      Ze sloeg hem weer en Edgar liet los toen haar nagels over zijn wang kraste. Hij schreeuwde en greep naar zijn bloedende wang, waar de strepen branden onder zijn aanraking. Hij keek op naar Helena, wie hem met grote ogen aanstaarden, voordat ze wegvluchtte. Hij ging haar achterna, maar de achtervolging was nu verschillend dan die daarvoor. Haar rennen, het was ongecontroleerd, slordig. Ze struikelde meer dan ze overeind stond en Edgar kon haar gemakkelijk bijhouden.
      Hij greep naar de zoom van haar jurk en Helena krijste toen hij haar lange haren vastgreep. Hij wilde haar geen pijn doen, maar ze moest niet van hem wegrennen. Hij greep haar vast, zodat ze niet van hem weg kon vluchten. 'Je gaat met me mee!'
      'Daar heb je helemaal niks over te zeggen! Laat me los!' Ze gilde en beet in zijn arm.
      Schreeuwend trok hij zijn arm terug. Nogmaals probeerde ze van hem te vluchten. Hoe hij ook probeerde, ze bleef niet bij hem, ze wilde niet bij hem blijven. En dat terwijl ze bij elkaar horen. Waarom zag ze het niet! Waarom wilde ze van hem weg!
      Edgar schreeuwde en greep naar de lange haren van de jonge vrouw. Woedend trok hij haar naar hem toe er toen haar lichaam zijn dolk raakte, vluchtte ze niet meer van hem weg. Haar ogen, groot als schoteltjes, staarden hem aan. Alle kleur trok weg uit haar gave gezichtje. Ze proestte en bloed sijpelde langs haar mondhoek, naar beneden tot haar kin en toen een warme druppel zijn hand raakte, trok hij de dolk terug. Hij strompelde achteruit, starend naar de dolk in zijn hand. Zijn hand trilde en liet de dolk vallen, die met een plof op de grond viel en het gras rood kleurde.
      Helena zakte door haar knieën, grijpend naar de gapende wond in haar zij. Een diep donker rood verspreidde zich over de prachtige blauwe jurk. totdat er rond haar hele torso geen blauw meer te zien was.
      Haar adem stokte en ze viel op haar zij in het gras.
      Edgar liet zich naast haar in het gras vallen. Hij nam haar lichaam in haar armen. 'Helena?'
      Ze keek hem aan. Haar borst deinde hevig op en neer. Haar mond stond een klein beetje open en bewoog af en toe wanneer ze hakkelend adem probeerde te halen. Zijn ogen vonden die van haar en zijn maag draaide zich in een ziekmakende knoop toen hij de verschrikking in haar wijd opgesperde ogen zag. 'Nee. Nee, Helena, ik meende het niet zo! Alsjeblieft.' Zijn ogen schoten over haar gezicht, over haar hele lichaam, terwijl hij zijn hand op de wond drukte om het bloedde te stelpen. De rode vloeistof droop over zijn hand, tot zelfs zijn mouw en haar hele jurk besmeurd waren.
      Plotseling stopte ze met bewegen. Hij keek abrupt naar haar gezicht. Haar pupillen waren zo groot dat ze bijna haar hele iris overlapten. Hij wilde dat ze met haar ogen zou knipperen, rechtop zou zitten en hem zou uitlachen omdat hij voor deze grap was gevallen. Maar ze knipperde niet. Haar ogen waren zo stil. Ze staarden langs hem heen, in het niets. Eigenlijk leken ze niet eens meer te kijken.
      Tranen dropen over zijn wangen. In een kreet van wanhoop drukte hij haar lichaam tegen hem aan, maar ze omarmde hem niet. Ze hing in zijn omhelzing als een lappenpop, haar hoofd hangend naar de zijkant en haar ogen nog altijd starend in het niets. 'Wat heb ik gedaan?' snikte hij en begroef zijn gezicht in haar nek. Hij rook haar, maar de zoete geur die hij zo lief had was veranderd. Hij rook enkel nog de dood.
      'Ik wil niet zonder je, Helena, ik kán niet zonder je!' Hij liet haar lichaam zakken. Zijn tuniek zag donkerrood van haar bloed, maar het gaf niks. Hijgend staarde hij naar het meisje van wie hij zo veel hield en hij voelde zijn hart breken. Edgar kneep zijn ogen fijn dicht en snikte zachtjes, terwijl hij haar lichaam in het gras liet zakken en de dolk weer in zijn hand nam. 'Ik zal bij je blijven, Helena, voor altijd. Je zal nooit eenzaam te zijn.'
      Hij tilde met trillende hand de dolk op, met de scherpe, bebloede punt richting zijn borst. Hij legde zijn andere hand op het lemmet en keek omlaag naar Helena, voordat hij met een strakke lijn de dolk in zijn borst stak.





Reageer (3)

  • Sunnyrainbow

    O wow, dit had ik niet zien aankomen! Wat mooi geschreven!

    3 jaar geleden
  • Ristridin

    Ahh supervet! En triest wel... Maar heel mooi geschreven!

    3 jaar geleden
    • Laleah

      Het is ook een triest verhaal.. dankjewel!

      3 jaar geleden
  • Teal

    Wauw! Heel mooi geschreven, was het wachten zeker waard

    3 jaar geleden
    • Laleah

      Jeeej!! Dankjewel!!

      3 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen