EINAR 'R' HARDING


You do not believe in anything.
- I believe in you.

Silvia kwam naast hem staan. R’s blik volgde de rook die oploste in de lucht. Het was zoveel wat er nu gebeurde en zoveel wat er nog niet gebeurde. R wist niet goed wat hij nu moest doen. De indrukken van die dag duizelden hem.

“We wisten allebei dat dit niet makkelijk zou zijn,” zei Silvia. Ze legde haar hoofd op R’s schouder, en heel kort bevroor hij, voor hij juist naar de aanraking leunde en zijn hoofd tegen de hare legde. Ademen was net iets makkelijker met haar om op te focussen. Haar aanrakingen begonnen steeds makkelijker te worden, al bleef R zich altijd zo bewust van haar aanwezigheid, van de plekken die ze had aangeraakt. Ze voelde nog steeds zo veilig aan.

“Maar R, daarbinnen zit nu een jonge man die doodsbenauwd is dat zijn broer niet meer naar binnen komt. Hij toont het misschien niet zo erg, maar hij is echt bang dat je hem laat zitten.”

De manier waarop haar hand over zijn rug streek, maakte het makkelijker om zijn verkrampte spieren te ontspannen. In een moment van dapperheid sloeg R een arm om haar schouders heen.

“Hij wilt zich openstellen, maar jullie zijn op dat vlak precies hetzelfde. Daar hebben jullie moeite mee. Communicatie is belangrijk. Zeg hem wat je voelt, wat je zorgen zijn, misschien kan hij ze wegnemen.”

R’s mondhoeken trokken iets omhoog. “Maar wat als ik dat niet kan? Of als ik hem daar juist mee weg jaag?” Hij wist ook niet wat hij voelde. Hoe kon hij dat ooit aan Do vertellen?

Hij zuchtte. “Ik weet niet wat ik zonder je gemoeten had.” Zonder Silvia had hij hier niet meer gestaan. Zonder Silvia zou hij Doris niet tegengekomen zijn, zouden ze niet eens meer een poging hebben om dingen te herstellen. Silvia had hem alles gegeven wat hij had, misschien nog wel meer dan ze zich realiseerde. In de korte tijd dat ze elkaar kenden had ze hem meer overeind gehouden, meer gegeven, dan zij wist.

“Ik heb Do gezegd dat als hij echt weg wilt dat hij misschien bij ons kan logeren, bij jou is er niet echt plek voor een extra persoon en ik weet ook niet of dat van de huurbaas mag.” R keek op naar haar. “Het is duidelijk dat hij niet gelukkig is en misschien heeft hij gewoon een opstapje nodig om op eigen benen te gaan staan. Dat zou het contact tussen jullie misschien makkelijker maken.”

“Zou je dat doen? Voor Do?” Ze was zo makkelijk overgestapt naar het gebruik van Do boven Doris, en hoewel R’s eerste reactie was dat ze elkaar amper kenden, wist hij ook dat ze Doris waarschijnlijk beter kende op dit moment dan hij. Het voelde ook niet vreemd dat ze zijn bijnaam gebruikte, maar het waren twee delen van zijn leven die pas net vervlochten aan het raken waren.

“Ik denk dat hij dat wel waardeert.” R wilde het ook aanbieden, maar hij wist dat Silvia gelijk had. Het appartementje had al amper genoeg ruimt voor één persoon, laat staan als Doris daar ook nog heen moest. R kon wel op de bank slapen, maar hij wist ook dat ze in een week waarschijnlijk niet meer door één deur konden. R was gesteld geraakt op zijn eigen ruimte, en het lag allemaal nog te lastig om die ruimt plots met zijn broertje te moeten delen. Zijn broederlijk instinct riep dat hij degene was die Do een plek moest bieden, maar rationeel wist hij ook dat dat nu niet mogelijk was.

Hij gaf Silvia een zacht kneepje in haar schouder. “Dankjewel Silvia, voor wat je voor hem- voor ons doet,” zei hij zacht.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen