172 || Einar Harding

De lerarenkamer was waar de verkoop zou beginnen. Alsof er een docent was die nee kon zeggen tegen de voorstelling. Zoveel verschillende opleidingen hadden meegewerkt hieraan, de theater, de Art, de techniek voor de verlichting en het geluid. Bijna elke docent had wel een leerling in de klas die hieraan meewerkte. Maar hé, groepsdruk was ook een manier om kaartjes te verkopen toch?
R zag de subtiel uitgestoken hand van Silvia. Hij nam de hand niet aan. Dit was Silvia’s feest, haar moment om in de spotlights te mogen staan, nog voor de voorstelling echt plaatsvond. Het was aan haar om de mensen te betoveren met haar aanwezigheid. Die van hem zou een schaduw werpen.
In plaats daarvan liep R een paar passen naar een van zijn docenten toe. De dame was een van de weinige docenten die R’s aanwezigheid in de klas leek te waarderen, ook een van de weinige vakken waar hij altijd bij kwam opdagen (oké, negentig procent van de tijd, maar dat was nog steeds een grote winst). Ze gaf schilderen, en liet zich vaak verbaasd uit over de manier waarop R’s brein zijn werken vormgaf.
“Heeft u het nieuwe werk van Banouck al gezien?” vroeg hij haar. De dame leek even om te moeten schakelen dat R geen oude jeans en sweater met verfvlekken droeg, voor ze begon over een rant dat Banouck zich geen kunstenaar mocht noemen met de gedrochten die hij aanleverde, dat hij alle artistieke vrijheid te schande bracht, en soortgelijke uitspraken. R had inmiddels van de gelegenheid gebruik gemaakt om gratis koffie uit de automaat voor docenten te halen. Was hij aan het verkopen? Nee. Maar hij wierp een blik op Silvia die omringd was door zoveel docenten. Nee, hij was niet aan het verkopen, maar hij gaf haar wel haar kans, terwijl hij met de docente kon praten over dat ene onderwerp dat echt zijn interesse had.
Er zijn nog geen reacties.