De avond stond in schril contrast met de opgewekte sfeer die ik had gehoopt te creëren. Ik had net Elise de sleutel van ons appartement gegeven, in de hoop haar een thuis te bieden. Mijn woorden waren doordrenkt met oprechtheid, maar haar reactie liet me even versteld staan. "Nee, Bill," zei ze resoluut, "ik wil nog steeds mijn eigen appartement."
Ik voelde een steek in mijn hart. Was mijn gebaar niet genoeg? Ik keek haar aan, en de teleurstelling in mijn ogen was waarschijnlijk niet te missen. "Elise, waarom? Ik wil gewoon dat je hier veilig bent, dat je je thuis voelt," zei ik met een zweem van frustratie. "En trouwens dit is niet alleen mijn beslissing, Tom staat er ook achter. We willen dat je je hier thuis voelt," zei ik achterna.
Ze zuchtte en keek me recht in de ogen. "Bill, het is niet dat ik jullie hulp niet waardeer, maar ik heb altijd geleerd om op mijn eigen benen te staan. Ik wil niet afhankelijk zijn van anderen, zelfs niet van jou."
De woorden sneden door me heen. Ik had gehoopt dat dit gebaar ons dichter bij elkaar zou brengen, maar in plaats daarvan leek het een kloof te creëren. Mijn hart kromp ineen terwijl ik probeerde de juiste woorden te vinden.
"We kunnen samen een thuis opbouwen, Elise.," zei ik, mijn handen zoekend naar de hare.
Ze trok zich voorzichtig terug. "Ik heb altijd mijn eigen plek willen hebben, Bill. Dat wil ik niet opgeven."
Ik balde mijn vuisten onder de dekens, mijn eigen frustratie en bezorgdheid bubbelend aan de oppervlakte. "Natuurlijk begrijp ik dat je onafhankelijk wilt zijn, maar ik wil niet dat je in gevaar bent, Elise. Met David die nog steeds rondloopt, zou het beter zijn als je hier bent, waar ik voor je kan zorgen."
Elise keek me recht aan, haar ogen weerspiegelden vastberadenheid. "David zal nooit achter mijn nieuw adres komen. En ik ben sterk genoeg om voor mezelf te zorgen."
De woorden sneden door de lucht, en ik voelde de afstand tussen ons groter worden. "Elise, het gaat erom dat ik je niet kwijt wil raken. Ik wil niet dat er iets met je gebeurt."
Ze zuchtte opnieuw diep en ontweek mijn blik. "Bill, het is niet dat ik niet wil, maar ik wil ook mijn eigen plek behouden. Dat appartement zal een stukje van mezelf zijn, mijn eigen ruimte is belangrijk voor me."
"Ik snap het gewoon niet," mompelde ik meer tegen mezelf dan tegen haar. "Waarom zou je niet willen samenwonen, delen we niet alles al met elkaar?"
Ze schudde haar hoofd, haar blik strak gericht op een willekeurig punt in de kamer. "Ik heb dit nodig, Bill. Begrijp je dat niet?"
Een knoop van frustratie vormde zich in mijn maag. "Maar we zijn een team, Elise. Ik wil voor je zorgen. Je hoeft niet alles alleen te doen," sprak ik, maar mijn woorden leken te verdwijnen in de lucht.
Elise's blik gleed over mijn gezicht, en haar lippen trilden terwijl ze antwoordde, "Ik begrijp dat je voor me wilt zorgen, maar ik moet dit zelf doen. Het betekent niet dat ik niet om je geef."
Ik lag in bed, sprakeloos, terwijl de ruimte tussen ons als een kloof werd. "Ik begrijp dat je je eigen ruimte nodig hebt, maar ik wil gewoon dat je begrijpt dat ik er altijd voor je wil zijn, in welke vorm dan ook," fluisterde ik, mijn ogen zoekend naar de hare voor een sprankje begrip.
De seconden tikten als uren, en eindelijk keek ze me aan, haar ogen vol twijfel. "Ik heb tijd nodig, Bill. Geef me alsjeblieft tijd."
Ik probeerde me voor te stellen hoe het zou zijn als ze haar eigen appartement had, terwijl ik een plek voor ons beiden voor ogen had.
"Bill, alsjeblieft," smeekte Elise, haar ogen met een zweem van verdriet. "Laten we hier niet over vechten. Ik ben moe, en ik wil gewoon gaan slapen. Morgen is er een nieuwe dag."
Ik voelde de woede en teleurstelling in me opwellen, maar ik wist dat verder ruziën geen van beiden zou helpen. Met een zucht gaf ik toe, hoewel mijn trots me bijna tegenhield.
Elise draaide zich om en ging onder de dekens liggen zonder me zelfs maar een kus te geven.
"Goed, ga maar slapen," mompelde ik, terwijl ik me omdraaide om mijn frustratie te verbergen. "Morgen praten we wel verder."

Ik werd wakker, mijn ogen langzaam wennend aan het zonlicht dat door de gordijnen sijpelde. De eerste gedachte die door mijn hoofd schoot, was het verlangen naar de warmte van Elise naast me. Ik keek naar de lege plek naast me in bed en voelde een onmiddellijke steek van bezorgdheid. Was ze al opgestaan? Mijn hand zocht automatisch naar haar, maar vond slechts de koele lakens.
Met een ruk kwam ik overeind en keek rond de slaapkamer. Geen teken van Elise. Mijn hart begon sneller te kloppen, en ik sprong uit bed, vastbesloten om haar te vinden voordat ze mogelijk zou vertrekken. Terwijl ik naar de living snelde, spookten de woorden van de ruzie die we de avond daarvoor hadden gehad door mijn hoofd, wat de ongerustheid alleen maar vergrootte.
In de keuken zag ik haar achter haar laptop samen met Tom zitten, en een zucht van opluchting ontspande uit mijn mond. Ze was nog hier. Mijn bezorgdheid smolt weg, maar de herinneringen aan de ruzie hingen als een schaduw in de lucht. Ik hield mijn adem even in, niet zeker hoe ik me moest gedragen na wat er was gebeurd.
"Goedemorgen," groette ik, mijn stem een beetje schor. Elise keek op van haar laptop en glimlachte zwakjes. "Hoi," zei ze.

Reageer (1)

  • LydiaMartin99

    Snel verder!❤️❤️❤️❤️❤️❤️

    1 maand geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen