De klok boven de deur tikte langzaam verder. Nog twee minuten tot de vergadering officieel zou beginnen. Mijn handen waren klam, en ik wreef ze zenuwachtig langs mijn broek terwijl ik mijn blik op het scherm richtte.
Plotseling ging de projector aan, en het scherm vulde zich met het beeld van John. Hij zat achter een groot bureau, een stapel papieren naast zich. Zijn gezicht straalde autoriteit uit, met scherpe, strakke trekken en een blik die geen ruimte liet voor discussie. Hij droeg een donkergrijs pak, en zijn stropdas zat perfect geknoopt. Zelfs via de camera voelde zijn aanwezigheid intimiderend.
"Goedemorgen," begon hij met een diepe, gecontroleerde stem. Zijn ogen scanden de kamer via het scherm, alsof hij elk van ons persoonlijk wilde inschatten. Niemand zei iets. Je kon een speld horen vallen.
"Ik zie dat we compleet zijn," ging John verder terwijl hij zijn papieren opzij schoof en zijn handen voor zich vouwde. Hij pauzeerde even, zijn blik rustte langer op Bill en mij dan comfortabel voelde. Mijn adem stokte, en ik voelde hoe mijn hartslag omhoog schoot.
Tom, altijd degene om een gespannen situatie te doorbreken, hief zijn hand nonchalant. "Wel, niet helemaal," zei hij luchtig. "Hans is er niet."
John trok een wenkbrauw op, en zijn lippen vormden een strakke lijn. "Hans is elders bezig," antwoordde hij kortaf, alsof hij niet wilde dat iemand daar verder op inging.
De spanning in de kamer nam toe. Iedereen zat rechtop, met starre schouders en gespannen spieren. Zelfs Bas, normaal zo ontspannen, had zijn armen strak over elkaar geslagen en staarde naar de tafel voor hem.
"Ik neem aan dat jullie begrijpen waarom we hier vandaag zitten," zei John uiteindelijk, zijn stem rustig, maar met een dreigende ondertoon die door merg en been ging. "Wat er gisteravond is gebeurd, was absoluut onacceptabel."
Mijn maag draaide om, en ik voelde hoe Bill’s hand kort de mijne onder de tafel aanraakte, een klein gebaar van steun. Ik wist dat hij zich niet zou laten intimideren, maar zelfs hij leek zich bewust van de ernst van de situatie.
John keek weer naar Bill en mij. "Ik had verwacht dat jullie, na al die jaren in deze industrie, beter zouden weten. En daarom .. " ging hij verder, "heb ik beslist om Hans te laten gaan."

De stilte in de kamer werd haast ondraaglijk. De woorden die John had uitgesproken, hingen zwaar in de lucht. Hans, die al een jaar een constante aanwezigheid was geweest, werd zo eenvoudigweg aan de kant geschoven. Iedereen zat verstijfd van verbazing, maar het was Bill die als eerste reageerde.
"Wat? Nee!" riep hij fel, zijn stem brekend van woede en ongeloof. Hij stond abrupt op en sloeg met zijn hand op de tafel. "Hij wist van niets, John. Dit ligt aan mij! Ik ben degene die het contract heeft verbroken, niet Hans!"
John’s ogen vernauwden zich. Hij leunde naar voren in zijn stoel, zijn ellebogen rustend op het bureau voor hem. "Hans was jouw manager, Bill," zei hij langzaam, alsof hij sprak tegen een klein kind. "Het was zijn taak om jou in toom te houden. Als hij daarin gefaald heeft, is dat zijn verantwoordelijkheid. Hij wist waar hij voor tekende, net zoals jij dat wist."
Bill balde zijn vuisten, zijn ademhaling hoorbaar zwaarder. "Dat contract is wreed en onmenselijk," beet hij terug. "Ik hou van Elise, en dat mag iedereen weten! Ik ben het zat om constant te moeten doen alsof!"
John’s gezicht bleef onbewogen, maar zijn toon werd strenger. "Bill, jij koos ervoor om het gezicht van Tokio Hotel te worden. Dat gaf ons het recht om alles te bepalen: je uiterlijk, je gedrag, en ja, zelfs je relaties. Dat was de deal, en daar kun je nu niet zomaar onderuit."
Zijn blik gleed over de kamer, één voor één de andere bandleden aankijkend. Georg keek naar de grond, Gustav staarde strak voor zich uit. Tom greep de armleuningen van zijn stoel stevig vast, maar zei niets. De woorden van John waren als een ijzige waarheid die niemand durfde aan te vechten.
"Vanaf het moment dat jullie je handtekening onder dat contract zetten," vervolgde John, "gaf je je recht op een normaal leven op. Dat was de prijs van roem. En nu dragen jullie de gevolgen."
De kamer was doodstil. Zelfs Bill, die normaal altijd een weerwoord had, leek verslagen. Hij zakte langzaam terug in zijn stoel, zijn ogen schuilend achter een sluier van frustratie en verdriet. Mijn hart brak bij het zien van zijn blik, maar ik kon niets zeggen. John had gelijk, hoe verschrikkelijk dat ook voelde.
"Dus," ging John verder, zijn toon plotseling zakelijker, "we hebben besloten dat Hans per direct uit zijn functie wordt ontheven. Paul zal tijdelijk jullie manager worden, tot het einde van de tour."
Mijn hoofd draaide zich snel naar Paul, die in stilte zat te knikken naar het scherm. Zijn houding leek berustend, maar in zijn ogen zag ik een glimp van iets wat ik niet helemaal kon plaatsen—was het schuld, of ambitie?
"Paul?" fluisterde ik, mijn stem breekbaar. "Jij?"
Hij keek me aan met een mengeling van spijt en vastberadenheid. "Sorry, Elise," zei hij zacht. "Ik heb een aanbod gekregen dat ik niet kon weigeren. En om eerlijk te zijn... From Another World is..." Hij slikte, alsof de woorden hem pijn deden. "Een zinkend schip."
Die woorden sloegen in als een mokerslag. Het voelde alsof alle lucht uit mijn longen werd geperst. Mijn blik gleed naar Bas, die zijn gezicht strak hield, maar wiens ogen de pijn van Pauls uitspraak verraadden. Ik voelde Bill’s hand de mijne onder de tafel grijpen, een stille poging om me te troosten, maar zelfs dat kon de kloof die nu leek te ontstaan niet dichten.
"Maar maak je geen zorgen, Elise," vervolgde John, zijn stem opnieuw harder. "We hebben een oplossing voor jullie band. Iemand met ervaring. Iemand die jullie naar de top kan brengen."
Het klonk meer als een bevel dan een geruststelling. Toen klonk er geklop op de deur. Het geluid galmde door de kamer, alsof het een symbool was van een naderende storm. Iedereen keek naar de deur, en mijn hart sloeg een slag over.
"Ah, daar is hij," zei John, met een onheilspellend tevreden glimlachje.
Langzaam ging de deur open, en een man stapte binnen. Zijn silhouet vulde de ruimte met een bijna tastbare aanwezigheid. Hij droeg een strak zwart pak, zijn bewegingen waren beheerst en doordacht. Zijn scherpe blik gleed over de kamer, een uitdrukking van zelfverzekerdheid en controle op zijn gezicht.
"David Jost," zei John triomfantelijk. "Vanaf vandaag is hij jullie nieuwe manager."
David’s ogen ontmoetten de mijne, en in dat moment voelde het alsof de grond onder me vandaan werd getrokken. "Goedenavond," zei hij kalm, zijn stem glad en professioneel. "Het lijkt erop dat ik op precies het juiste moment binnenkom."

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen