Level 35


Ze hielden de zon in de gaten zodat ze niet van hun pad weken, hoewel deze niet altijd even goed zichtbaar was tussen de bladeren door. Soms zogen de wolken het licht op met hun donkere en dichte verschijning en liepen ze op goed geluk verder. Reyan was opgelucht te zien dat Fay na een paar minuten helemaal niet meer hinkte. Door haar verwonding realiseerde hij zich pas echt het gevaar van hun werk. De Bludhoofs aan de bosrand waren misschien wel niveau een’s, maar ze waren toch uit een ander hout gesneden dan die in Midland.
Reyan botste bijna tegen Sohra’s gestrekte arm. Ze stond roerloos, haar ogen vernauwd en haar ademhaling beheerst, alsof ze haar aanwezigheid zo onopvallend mogelijk probeerde te maken. Hij volgde haar blik, probeerde door de dikke mist te zien die als een sluier over de bosgrond hing, maar zijn ogen waren lang niet zo scherp als die van haar - of Kyrin. Zijn hart roffelde in zijn borstkas - luid en alles overstemmend - en hij zou willen dat het zou ophouden, dat er stilte zou heersen zodat hij zich kon concentreren, alsof dat zijn zicht beter zou maken.
Hij concentreerde zich, maar zag niets behalve een omgevallen boomstam en- Zijn hart schoot in zijn keel toen de boomstam bewoog.
‘Daar is de rest’ Sohra’s stem was scherper dan een mes. Fays ketting rinkelde in zijn oor. De logge figuren bewogen traag door de mist, hun ruggen beschermd door een houten pantser waardoor net bewegende boomstammen leken. Ze hadden hen nog niet opgemerkt, hadden hun geur nog niet geroken.
‘Wees voorzichtig, allemaal. We weten niet welk niveau deze zijn.’ Hij keek Sohra strak aan. ‘Ik wil dat je Fay schaduwt. Zoek een hoge plek en-’
‘Ik heb geen babysitter nodig,’ beet Fay hem toe.
Hij liet zijn blik op haar gezicht rusten. De vastberadenheid in haar ogen werd benadrukt door de diepe frons op haar voorhoofd en de strakke lijn van haar mond. Hij knikte. Fay glimlachte vluchtig, haar vingers vonden moeiteloos de greep van haar bijl.
Een schel en luid gegil sneed door Reyans oren en slokte al zijn aandacht op. Hij klemde zijn kaken op elkaar. Het krassen van hoeven die de grond omwoelden vulde de stilte voordat de grond begon te denderen onder zijn voeten. Het massieve silhouet naderde met een donderende snelheid. Een ijzige kou kriebelden aan Reyans armen toen Hycon brullend uit de schaduwen verscheen. Het monster van schaduwen en duisternis flitste tussen de bomen, slokten de schaduwen op en stortte zich op hun vijand. Er was maar één brul voor nodig, want meteen doken meer wezens op uit de schaduwen. Hun aanwezigheid was ontdekt en ze kwamen met donderende hoeven op hun af.
Reyan voelde de adrenaline door zijn aderen pompen, het warmde zijn spieren en maakte zijn lichaam klaar voor de actie die zou volgen. Hij snoof diep uit.
‘Let op hun ogen,’ riep hij en stormde naar voren. Met een krachtige slag beukte hij zijn vuist tegen de onderkaak van het monster. Brullend klapte zijn kop naar achteren en stortte zijn lichaam met een dreun op de grond. Reyan bleef staan, gefocust op zijn logge lichaam. Het beest snoof, klom overeind en gilde voordat hij weer op Reyan afstormde. Reyan zette zich schrap. Energie borrelde diep in zijn maag en hij zond het naar zijn vuist. Een blauwe gloed omhulde het metaal. Reyan hief zijn pantservuist en in een explosie van energie knalde hij zijn vuist tegen de snuit van het beest. Met een volgende beuk boven op zijn schedel maakte Reyan zijn werk af. Het schelle gegil dat volgde, maakte zijn bloed koud. De spartelende bludhoof smakte als een lappenpop op de grond. Hij keek vluchtig naar zijn ogen, vlak voordat het monster oploste in een wolk van gouden glinsteringen. Het oogwit was opgeslokt door een dieprode waas.
Zijn blik flitste naar Fay, die als een vernietigende wervelwind tussen het hoge gras danste. Rood, glanzend bloed kleefde aan het scherpe ijzer van haar bijl, glinsterend in de zwakke zonnestralen die door het bladerdek braken. Het rinkelen van de kronkelende ketting was een symfonie van de dood. Reyan sprong opzij toen slagtanden langs hem scheerden. Zijn laarzen groeven in de aarde toen hij zichzelf afremde en begon te rennen.
‘Dit is niveau twee,’ riep Fay. Ze slingerde de bijl opzij, ramde de bijl richting een van de monsters. Bloed spatte in de rondte als een kwast die de bosgrond beschilderde met verf. Met een vloeiende beweging rukte ze de ketting aan en liet deze bij de volgende in zijn flank slaan. Het gegrom van het beest verstomde in een wolk van bloed. ‘Ze zijn een stuk taaier dan de kudde aan de bosrand.’
Langzaam aan vulde het bos zich met stervend geschreeuw en gouden glinsteringen. Het zou hun wat tijd kosten om tot het middelpunt te komen. Hij wierp een blik naar zijn riem en telde de glinsterende rode en blauwe drankjes. Had hij genoeg meegenomen? En had hij genoeg als de rest door hun voorraad waren?
Pijlen flitsten rakelings langs hem heen, doorboorde ogen en schedels, zodat lichamen links en rechts desintegreerden, als synchroonzwemmers die in een vijver onderdoken. Nauwkeurig en scherp, dat waren de pijlen van Sohra. Er leek geen einde aan de massa te komen. Reyan bleef hijgend staan en keek om zich heen. Er kwam écht geen einde aan. Met elke stap gierde de adrenaline door Reyans lichaam. Zijn ogen flitsten door het dichtbegroeide bos, speurend naar een teken van de Titaan. De mist leek dikker te worden naarmate ze dieper het bos in trokken, waardoor het zicht werd belemmerd en schaduwen zich in vreemde vormen kromden. Takken kraakten onder hun voeten, het geluid vermengd met het grommen van de bludhoofs die hen van alle kanten benaderde. Ze hadden geen schijn van kans om een verrassingsaanval te ondernemen. De geïnfecteerde bludhoofs die tussen de bomen zwierven, reageerden direct op hun aanwezigheid.
Een diep gegrom klonk vlak naast hen. Stampende hoeven denderden over de bosgrond en Fay wierp haar slingerbijl in één vloeiende beweging.
De ketting schoot door de lucht en sloeg met vernietigende kracht tegen de schedel van de bludhoof. Voordat het krijsende beest weer overeind kon komen, sprong Hycon bovenop hem en beet door zijn strot. Het gegorgel van bloed vulde de lucht, maar ze konden geen moment stilstaan om op adem te komen.
‘Kunnen we niet met een krachtveld om ons heen lopen?’ riep Kyrin, terwijl ze met een bloederig zwaard aan kwam rennen. Zweet parelde op haar voorhoofd, en haar ademhaling was zwaar. Reyan had er zelf ook over zitten peinzen, maar hij schudde zijn hoofd. ‘Als we dat doen, komen we bij de titaan aan met een horde van die dingen hijgend in onze nek. We moeten in beweging blijven en ons pad vrijmaken.’ Een plotselinge beweging trok zijn aandacht. Hij keek met een ruk opzij en vormde een krachtveld vlak naast hen, groot genoeg zodat de bludhoof met al zijn snelheid tegen de onzichtbare wand aan knalde. Het beest wankelde, en Ardin blafte een rauwe lach uit terwijl hij zijn breedzwaard diep in de flank van het monster dreef. Kyrin volgde onmiddellijk met een snelle, nauwkeurige slag die de slagader in de nek doorsneed. Het beest viel met een plof neer, en zonder te aarzelen zetten ze hun tocht voort.
De spanning steeg met elke stap die ze namen. Het voelde alsof de mist hen omhulde, hen verstikte terwijl ze zich een weg baanden door het bos. De geur van vochtige aarde en bloed drong in Reyans neus.
Plots hield Reyan met ingehouden adem halt. Zijn zintuigen schreeuwden een waarschuwing. Met een soepele beweging dook hij achter de dikke stam van een boom. De rest volgde zijn voorbeeld en verschool zich in de schaduwen. Fay zat dicht bij hem, achter de boom verscholen rechts van hen zaten Sohra en Ardin en links verborg Kyrin zich laag tussen de struiken, de schaduwen van Hycon wolkten om haar heen. Voor hen, tussen de met mist omringde bomen, werd het gigantische silhouet van de titaan zichtbaar. Het kolossale wezen stapte loom door het hoge gras, en met elke stap die het zette, trilde de grond onder hun voeten. Zijn neus stak omhoog in de lucht en Reyan hoorde hem snuiven. De geluiden van het gevecht waren het beest niet ontgaan, maar hij leek net zoveel moeite te hebben met de dichte mist als zij en had hun aanwezigheid nog niet ontdekt. Desondanks waren zijn spieren gespannen en zijn zwijnachtige oren bewogen heen en weer, geluiden opvangend. Zijn massieve lijf was omhuld door een dikke boombast waaruit mos en paddenstoelen groeiden. Zijn zware, kromme slagtanden waren ontsierd met dikke groeven en talloze scheuren, alsof hij daarmee hele bomen uit hun wortels had getrokken.
Reyan slikte toen hij zijn ogen over de logge, gevaarlijke gedaante liet glijden. Zijn spieren spanden zich aan. Dit beest zou alles van hen vergen om het te verslaan. ‘We moeten het slim spelen. Sohra, ik wil dat jij op afstand blijft en je pijlen focust op zijn zwakke plekken. Richt op de delen van zijn lichaam waar geen bast zit. Kyrin, jij en Hycon zijn snel en kunnen de schaduwen gebruiken om hem te verwarren. Ardin en Fay, wij zorgen voor de fysieke klappen. Probeer tactisch toe te slaan, geen brute kracht. We kunnen het ons niet veroorloven fouten te maken.’
Ze kunnen dit. Dat moest. Voor de mensen in dat dorp, voor alle burgers van Estilia. Hij draaide zich naar zijn party, en in hun ogen zag hij dezelfde vastberadenheid, dezelfde bereidheid om alles te geven in deze strijd. ‘We doen dit samen,’ fluisterde Reyan, zijn stem nauwelijks hoorbaar.
‘Dit gaat pittig worden,’ bromde Ardin terwijl hij zijn zwaard nog een keer stevig vastpakte, maar Kyrin stond langzaam op, een grijns gleed over haar gezicht terwijl ze haar zwaarden van haar rug trok. ‘Niets dat een maaltijd lekkerder maakt dan een beetje pit.’ Terwijl ze haar eerste stappen richting de titaan zette, groeide een donkere schaduw langs de grond en sprong Hycon brullend richting het enorme beest.
Reyan botste bijna tegen Sohra’s gestrekte arm. Ze stond roerloos, haar ogen vernauwd en haar ademhaling beheerst, alsof ze haar aanwezigheid zo onopvallend mogelijk probeerde te maken. Hij volgde haar blik, probeerde door de dikke mist te zien die als een sluier over de bosgrond hing, maar zijn ogen waren lang niet zo scherp als die van haar - of Kyrin. Zijn hart roffelde in zijn borstkas - luid en alles overstemmend - en hij zou willen dat het zou ophouden, dat er stilte zou heersen zodat hij zich kon concentreren, alsof dat zijn zicht beter zou maken.
Hij concentreerde zich, maar zag niets behalve een omgevallen boomstam en- Zijn hart schoot in zijn keel toen de boomstam bewoog.
‘Daar is de rest’ Sohra’s stem was scherper dan een mes. Fays ketting rinkelde in zijn oor. De logge figuren bewogen traag door de mist, hun ruggen beschermd door een houten pantser waardoor net bewegende boomstammen leken. Ze hadden hen nog niet opgemerkt, hadden hun geur nog niet geroken.
‘Wees voorzichtig, allemaal. We weten niet welk niveau deze zijn.’ Hij keek Sohra strak aan. ‘Ik wil dat je Fay schaduwt. Zoek een hoge plek en-’
‘Ik heb geen babysitter nodig,’ beet Fay hem toe.
Hij liet zijn blik op haar gezicht rusten. De vastberadenheid in haar ogen werd benadrukt door de diepe frons op haar voorhoofd en de strakke lijn van haar mond. Hij knikte. Fay glimlachte vluchtig, haar vingers vonden moeiteloos de greep van haar bijl.
Een schel en luid gegil sneed door Reyans oren en slokte al zijn aandacht op. Hij klemde zijn kaken op elkaar. Het krassen van hoeven die de grond omwoelden vulde de stilte voordat de grond begon te denderen onder zijn voeten. Het massieve silhouet naderde met een donderende snelheid. Een ijzige kou kriebelden aan Reyans armen toen Hycon brullend uit de schaduwen verscheen. Het monster van schaduwen en duisternis flitste tussen de bomen, slokten de schaduwen op en stortte zich op hun vijand. Er was maar één brul voor nodig, want meteen doken meer wezens op uit de schaduwen. Hun aanwezigheid was ontdekt en ze kwamen met donderende hoeven op hun af.
Reyan voelde de adrenaline door zijn aderen pompen, het warmde zijn spieren en maakte zijn lichaam klaar voor de actie die zou volgen. Hij snoof diep uit.
‘Let op hun ogen,’ riep hij en stormde naar voren. Met een krachtige slag beukte hij zijn vuist tegen de onderkaak van het monster. Brullend klapte zijn kop naar achteren en stortte zijn lichaam met een dreun op de grond. Reyan bleef staan, gefocust op zijn logge lichaam. Het beest snoof, klom overeind en gilde voordat hij weer op Reyan afstormde. Reyan zette zich schrap. Energie borrelde diep in zijn maag en hij zond het naar zijn vuist. Een blauwe gloed omhulde het metaal. Reyan hief zijn pantservuist en in een explosie van energie knalde hij zijn vuist tegen de snuit van het beest. Met een volgende beuk boven op zijn schedel maakte Reyan zijn werk af. Het schelle gegil dat volgde, maakte zijn bloed koud. De spartelende bludhoof smakte als een lappenpop op de grond. Hij keek vluchtig naar zijn ogen, vlak voordat het monster oploste in een wolk van gouden glinsteringen. Het oogwit was opgeslokt door een dieprode waas.
Zijn blik flitste naar Fay, die als een vernietigende wervelwind tussen het hoge gras danste. Rood, glanzend bloed kleefde aan het scherpe ijzer van haar bijl, glinsterend in de zwakke zonnestralen die door het bladerdek braken. Het rinkelen van de kronkelende ketting was een symfonie van de dood. Reyan sprong opzij toen slagtanden langs hem scheerden. Zijn laarzen groeven in de aarde toen hij zichzelf afremde en begon te rennen.
‘Dit is niveau twee,’ riep Fay. Ze slingerde de bijl opzij, ramde de bijl richting een van de monsters. Bloed spatte in de rondte als een kwast die de bosgrond beschilderde met verf. Met een vloeiende beweging rukte ze de ketting aan en liet deze bij de volgende in zijn flank slaan. Het gegrom van het beest verstomde in een wolk van bloed. ‘Ze zijn een stuk taaier dan de kudde aan de bosrand.’
Langzaam aan vulde het bos zich met stervend geschreeuw en gouden glinsteringen. Het zou hun wat tijd kosten om tot het middelpunt te komen. Hij wierp een blik naar zijn riem en telde de glinsterende rode en blauwe drankjes. Had hij genoeg meegenomen? En had hij genoeg als de rest door hun voorraad waren?
Pijlen flitsten rakelings langs hem heen, doorboorde ogen en schedels, zodat lichamen links en rechts desintegreerden, als synchroonzwemmers die in een vijver onderdoken. Nauwkeurig en scherp, dat waren de pijlen van Sohra. Er leek geen einde aan de massa te komen. Reyan bleef hijgend staan en keek om zich heen. Er kwam écht geen einde aan. Met elke stap gierde de adrenaline door Reyans lichaam. Zijn ogen flitsten door het dichtbegroeide bos, speurend naar een teken van de Titaan. De mist leek dikker te worden naarmate ze dieper het bos in trokken, waardoor het zicht werd belemmerd en schaduwen zich in vreemde vormen kromden. Takken kraakten onder hun voeten, het geluid vermengd met het grommen van de bludhoofs die hen van alle kanten benaderde. Ze hadden geen schijn van kans om een verrassingsaanval te ondernemen. De geïnfecteerde bludhoofs die tussen de bomen zwierven, reageerden direct op hun aanwezigheid.
Een diep gegrom klonk vlak naast hen. Stampende hoeven denderden over de bosgrond en Fay wierp haar slingerbijl in één vloeiende beweging.
De ketting schoot door de lucht en sloeg met vernietigende kracht tegen de schedel van de bludhoof. Voordat het krijsende beest weer overeind kon komen, sprong Hycon bovenop hem en beet door zijn strot. Het gegorgel van bloed vulde de lucht, maar ze konden geen moment stilstaan om op adem te komen.
‘Kunnen we niet met een krachtveld om ons heen lopen?’ riep Kyrin, terwijl ze met een bloederig zwaard aan kwam rennen. Zweet parelde op haar voorhoofd, en haar ademhaling was zwaar. Reyan had er zelf ook over zitten peinzen, maar hij schudde zijn hoofd. ‘Als we dat doen, komen we bij de titaan aan met een horde van die dingen hijgend in onze nek. We moeten in beweging blijven en ons pad vrijmaken.’ Een plotselinge beweging trok zijn aandacht. Hij keek met een ruk opzij en vormde een krachtveld vlak naast hen, groot genoeg zodat de bludhoof met al zijn snelheid tegen de onzichtbare wand aan knalde. Het beest wankelde, en Ardin blafte een rauwe lach uit terwijl hij zijn breedzwaard diep in de flank van het monster dreef. Kyrin volgde onmiddellijk met een snelle, nauwkeurige slag die de slagader in de nek doorsneed. Het beest viel met een plof neer, en zonder te aarzelen zetten ze hun tocht voort.
De spanning steeg met elke stap die ze namen. Het voelde alsof de mist hen omhulde, hen verstikte terwijl ze zich een weg baanden door het bos. De geur van vochtige aarde en bloed drong in Reyans neus.
Plots hield Reyan met ingehouden adem halt. Zijn zintuigen schreeuwden een waarschuwing. Met een soepele beweging dook hij achter de dikke stam van een boom. De rest volgde zijn voorbeeld en verschool zich in de schaduwen. Fay zat dicht bij hem, achter de boom verscholen rechts van hen zaten Sohra en Ardin en links verborg Kyrin zich laag tussen de struiken, de schaduwen van Hycon wolkten om haar heen. Voor hen, tussen de met mist omringde bomen, werd het gigantische silhouet van de titaan zichtbaar. Het kolossale wezen stapte loom door het hoge gras, en met elke stap die het zette, trilde de grond onder hun voeten. Zijn neus stak omhoog in de lucht en Reyan hoorde hem snuiven. De geluiden van het gevecht waren het beest niet ontgaan, maar hij leek net zoveel moeite te hebben met de dichte mist als zij en had hun aanwezigheid nog niet ontdekt. Desondanks waren zijn spieren gespannen en zijn zwijnachtige oren bewogen heen en weer, geluiden opvangend. Zijn massieve lijf was omhuld door een dikke boombast waaruit mos en paddenstoelen groeiden. Zijn zware, kromme slagtanden waren ontsierd met dikke groeven en talloze scheuren, alsof hij daarmee hele bomen uit hun wortels had getrokken.
Reyan slikte toen hij zijn ogen over de logge, gevaarlijke gedaante liet glijden. Zijn spieren spanden zich aan. Dit beest zou alles van hen vergen om het te verslaan. ‘We moeten het slim spelen. Sohra, ik wil dat jij op afstand blijft en je pijlen focust op zijn zwakke plekken. Richt op de delen van zijn lichaam waar geen bast zit. Kyrin, jij en Hycon zijn snel en kunnen de schaduwen gebruiken om hem te verwarren. Ardin en Fay, wij zorgen voor de fysieke klappen. Probeer tactisch toe te slaan, geen brute kracht. We kunnen het ons niet veroorloven fouten te maken.’
Ze kunnen dit. Dat moest. Voor de mensen in dat dorp, voor alle burgers van Estilia. Hij draaide zich naar zijn party, en in hun ogen zag hij dezelfde vastberadenheid, dezelfde bereidheid om alles te geven in deze strijd. ‘We doen dit samen,’ fluisterde Reyan, zijn stem nauwelijks hoorbaar.
‘Dit gaat pittig worden,’ bromde Ardin terwijl hij zijn zwaard nog een keer stevig vastpakte, maar Kyrin stond langzaam op, een grijns gleed over haar gezicht terwijl ze haar zwaarden van haar rug trok. ‘Niets dat een maaltijd lekkerder maakt dan een beetje pit.’ Terwijl ze haar eerste stappen richting de titaan zette, groeide een donkere schaduw langs de grond en sprong Hycon brullend richting het enorme beest.

Reageer (2)
Ik sluit me helemaal bij Lynn aan!
7 maanden geledenWauw echt super goed geschreven hoofdstuk! De details de spanning, Love it!
9 maanden geledenThank you so much girly! <3
9 maanden geleden