Ik zag de beelden vervagen in de achterkant van mijn gedachten. Het bruin van zijn ogen staarde me nog steeds vragend aan, wachtend op een duidelijke reactie. “Weet je zeker dat ik je niet moet brengen, Charlotte?”
Ik haalde diep adem, liet alles voor een laatste keer door mijn hoofd gaan en knikte dan. “Ja, breng me maar naar huis…”
Ik wist niets anders te doen of te zeggen. Ik haatte Jasper op dat moment maar als ik bij Jake zou blijven dan kon ik niet instaan voor wat ik deed. De wraak zou goed te goed voelen, toegeven aan de gedachten die door me heen bleven gaan. Voor hem kiezen dan voor Jasper zou zijn les kunnen zijn maar ik hield van hem en ik kon hem niet bedriegen, niet zo. Hij trok me recht, sloeg zijn jas om me heen en liep met mee naar zijn wagen. Hij reed in stilte naar de grens waar ik als verwacht zijn auto zag staan. Met piepende remmen kwam hij tot stilstand, een 10 meter van de grens verwijdert. Ik zag zijn gedaante langs de onzichtbare grens ijsberen, zijn ogen opeens op de wagen gericht. Hij gaf een grom die me deed rillen tot over mijn hele lichaam. Ik keek voor de laatste keer naar Jacob, staarde in zijn ogen en glimlachte. Ik voelde me verloren en voor het eerst hielpen geen van beide me. Ik wilde Jasper hier niet, ik wilde alleen zijn met mijn gedachten of iemand die ze begreep. Ik schreeuwde zijn naam in mijn hoofd en wachtte tot een nieuwe gedaante zichtbaar werd aan de horizon. “Bel me als het fout gaat…” mompelde hij en drukte een kus tegen mijn wang aan. De woede werd een level verhoogd. Jasper klauwde zich een weg naar voor, Edward die hem met al zijn macht tegen hield. Met een zwaar hart stapte ik uit en liep de laatste meters naar voor. Jasper leek zijn controle terug te krijgen maar ik de mijn nog niet. Ik walgde van hem, voor de aller eerste keer twijfelde ik aan waarom ik van hem hield. Het grommen van de motor stierf langzaam weg, naarmate Jacob verder reed. Ik zette de laatste stap op eigen terrein, het deel waar hij wel bij me kon. Hij brak door de kracht heen en snelde naar me toe, wilde me in zijn armen nemen maar ik duwde hem van me af. Hij was sterker dan mij, dat misschien wel. Maar op dit moment had ik een zuiver geweten en hij niet. Edward trok zijn wenkbrauw naar me op, had vast door Alice mijn gedachten gezien. “Blijf van me af! Edward?”
Hij knikte, zette een paar stappen naar voor en negeerde het gegrom dat zijn broer naar hem stuurde. Edward nam mijn hand, siste zacht bij de gedachten van Jasper en liep met me mee naar de wagen. Ik wilde zo ver mogelijk bij hem uit de buurt blijven maar natuurlijk reed hij met ons mee. Ik staarde kwaad door het raam naar buiten, mijn voeten tegen het dashboard en mijn kin leunend tegen mijn opgetrokken knieën.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen