Ik loop een beetje heen en weer in de woonkamer. Ik kan niet ver lopen omdat het een klein huis is, met veel meubels in mijn kleine woonkamer. Het voelt niet goed denk ik bang. Mijn beste vriend en vriendin, James Potter en Lily Evers, hadden mij, Sirius Zwarts, als hun geheimhouder benoemt. Natuurlijk wilde James dat, we zijn de beste vrienden, eigenlijk broers. Maar ik met mijn stomme kop had voorgesteld om onze vriend Peter Pippeling als hun geheimhouder te nemen. Natuurlijk als bluf zodat Voldemort achter mij aan gaat en hun veilig zouden zijn maar nu ben ik niet meer zeker van mijn plan. Er is een spion, hoor ik weer het irritante stemmetje in mij hoofd. Ik weet zeker dat het Peter niet is denk ik dan. Wat moet Voldemort met hem? Ik kan natuurlijk gaan kijken of alles goed met hem is denk ik dan en ik knik instemmend, alsof ik met een ander persoon aan het praten ben. Ik pak mijn toverstok en verdwijn uit de kleine kamer.
Ik verschijnsel weer in het donker, het is namelijk al in de avond. Ik kijk om heen over de uitgestrekte vlakte. Overdag heb je hier een prachtig uitzicht over de mooie groene weiden. Maar nu het donker is, is het eng en erg duister. Ik loopt snel een klein heuveltje op en als ik boven op de heuvel sta zie ik beneden een klein huisje staan. Het lijkt eigenlijk net een hutje maar voor Peter is het goed, hij is ook klein. Ik loop of ren bijna naar beneden en klop dan aan. Na een paar seconde hoor ik nog geen geluid en ik kijk gelijk bezorgd. Ik pak mijn toverstok weer en roep dan: ‘Peter!’ Ik hoor nog steeds niks en dan trap ik de deur in. Ik kijk in het rond en zie een heel zwak licht. Het laatste stompje van een kaars in nog net niet uitgebrand en geeft een zwak licht. ‘Lumos,’ zegt ik dan en de kamer verlicht gelijk. Ik kijk in het rond en ben verbaasd dat ik hier mijn vriend niet aan tref. Ik loop snel naar de keuken en zo door naar zijn slaapkamer en badkamer. Nergens zie ik Peter en ik ren terug naar de woonkamer. Nergens zie ik tekens van een gevecht en het zit me helemaal niet lekker. Ik loopt het huisje weer uit en verdwijn naar Godrics Eind.
Ik ren snel naar de Halvemaanstraat en zie het huis van mijn vrienden staan. Het huis? Eigenlijk kan je het meer een bouwval noemen. Ik krijg tranen in mijn ogen bij het zien van hun huis en loop langzaam verder naar het huis. Ik ben bang om dichterbij te komen, bang om te zien wat ik zo ga aantreffen. Ik hoor gehuil uit het huis komen als ik er voor sta. Mijn gezicht veranderd van bang naar verbaasd en dan naar bezorgd. Ik verdwijnsel naar de kamer waar het gehuil vandaan kom en zie Harry in zijn bedje liggen, huilend. Ik kijk verbaasd naar hem en zie dan mijn beste vriendin dood voor Harry’s bedje liggen. Haar benen liggen recht tegen elkaar aan en haar armen wijd over de vloer en haar ogen staren in het niks. Haar mooie groene ogen staren mij aan en haar rode haren liggen verspreid over de grond. Ik ga op mijn knieën naast haar zitten en kijk haar aan. Tranen springen in mijn ogen en het duurt niet lang voordat ze ook over mijn wangen rollen. Ik sluit zachtjes haar ogen en leg haar armen recht tegen haar lichaam. Waarschijnlijk heeft ze breed voor Harry gestaan toen Voldemort haar doodde. Ik kijk haar een laatste keer aan en druk zachtjes een kus op haar wang met mijn ogen dicht. Het spijt me zo erg Lil fluister ik en dan sta ik op en kijk naar Harry die nu ligt te slapen. Ik zucht en sta langzaam op met nog altijd mijn wangen vol met tranen. Ik loop naar beneden en ondanks dat ik het wist lijkt mij hart stil te staan.
Ik sta zo’n minuutje op de trap en ik lijk geen lucht meer te krijgen. Mijn keel is droog en mijn tranen op. Ik moet nog steeds huilen en mijn shirt is nat terwijl ik nog altijd op de trap sta. Ik schraap al mijn moed bij een en loop de trap af. Ik voel mijn benen niet meer, ze lijken wel verlamd. Nog een tree en dan ben ik beneden maar een laatste stap is te veel. Ik ben te zwak en ik val om mijn knieën. Huilend en hijgend kruip ik verder. Niet alleen mijn keel is droog ook mijn longen zijn droog van het rare ademen. Huilend laat ik me over James heen vallen. Ik kan niet meer overeind komen en zo voel ik me veilig. Veilig bij een vriend die me altijd geholpen heeft. Die me nooit in de steek liet en die mijn vriend en broer tegelijk was. Ik mompel van alles terwijl ik mijn hoofd tegen zijn borst aan leg. Het spijt me is het meest wat ik zeg. Het spookt maar door mijn hoofd dat het mijn schuld is, mijn fout dat James en Lily Potter dood zijn. Ik hoop dat hij me zal horen of dat ik een ademhaling voel. Maar van binnen weet ik dat hij me nooit meer zal horen, dat hij nooit meer ademhaalt. Nooit meer zal hij iets van mij horen en nooit meer zal ik iets van hem horen. Nooit meer James en Sirius, nooit meer Gaffel en Sluipvoet.

Reageer (2)

  • LilsEvans

    Wauw............ vet mooi, maar hij is er toch op zijn motor gekomen en niet verschijnseld?(H)

    1 decennium geleden
  • bels

    dit is echt zo mooi geschreven.
    ik zou er tranen van in me ogen krijgenxD
    echt ik meen het. deels.
    snel verder dit is echt heel goed(flower)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen