De hal was enorm, groter dan mijn eigen huis geweest was. Enorme crème kleurige muren torende boven me uit en de glanzende tegels toonde me mijn eigen reflectie. Lijnen tekende zich af op mijn wangen maar ik leek de enige te zijn die ze zag. Mijn handen sloten zich beter om mijn tas heen en mijn ogen schoten op, staarden naar de deur op het einde van de ruimte. Ik proefde een bittere smaak op mijn tong, een smaak die ik met niets weg kreeg. De muziek van mijn Ipod weerklonk zacht vanuit mijn oortjes die over mijn borst bengelden, maakten alles enkel erger. Alles voelde benauwend. Ik haalde diep adem en dwong mezelf om door de deur te gaan, de trap op te lopen. Een lift was geen goed idee, te klein voor de spanning. Iedere treden leek te ver te staan en iedere stap die ik zette deed me twijfelen. Dit was geen goed idee!
Ik bereikte de eerste verdieping, liet mijn tas neerploffen en grabbelde naar het briefje in mijn zak. Het adres stond er in mijn moeders geschrift op neer geschreven, net leesbaar genoeg om mijn weg te vinden. Ik bestudeerde het nummer voor even en liet mijn blik langs de gang gaan. “13…” mompelde ik naar mezelf en zuchtte, vocht tegen de twijfel in mijn gedachten. Ik zette het van me af en vond de deur op het einde van de gang. Er waren er maar 3 per verdieping, dus erg moeilijk om te vergissen was het niet. Ik zette terug mijn zak neer, streek mijn kleren goed en klopte zacht op de deur. Ergens hoopte ik dat hij het niet zou horen en dat ik kon vluchten… maar zijn gehoor was beter dan ik hoopte. De deur vloog open en zijn glimlachende gezicht werd zichtbaar. Het was als een lichtpunt in mijn duisternis, het gevoel dat naar hem gaan toch geen vergissing was. Zijn ogen werden groot van verbazing en een frons deed zijn glimlach vervagen. Hij stotterde en zocht naar woorden terwijl ik mijn tas terug opnam. Ik voelde de tijd voorbij tikken, te traag… of net te snel.
Ik voelde mijn ogen prikken. Zelfs hij wil me niet hier…
Mijn gedachten waren scherp en pijnlijk. Ik knikte begrijpelijk, keerde me om en wilde de gang uitlopen maar zijn hand had me al beet.
“Samii… ummm… waarom ben je hier?”
Ik voelde een traan uit mijn ogen ontsnappen en mijn hart zacht breken. “Oom Will… ik kon nergens anders heen!”
Hij staarde me een lange tijd in de ogen en dan bestudeerde hij mijn gezicht, zag de tekens op mijn wangen en voorhoofd. “Oh nee…” mompelde hij. Ik snikte en hij klemde me tegen zijn borst aan, streek langs mijn rug. Ik brak… maar hij was er om me op te vangen en mij bij elkaar te houden.

Reageer (6)

  • Ashtonswife

    Wow zo mooi geschreven

    1 decennium geleden
  • Zenith

    Omg, dit is zó mooi geschreven<3
    ik heb een abo genomen (:

    1 decennium geleden
  • Persefoneia

    Ik heb een abo genomen :3
    Mooi geschreven.

    1 decennium geleden
  • BRAINFAIRY

    aaw. mooi geschreven! (:

    1 decennium geleden
  • PixieMaura

    MOOI!!!! Snel verder ja!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen