Foto bij ~Proloog~

Meningen, Meningen, Daar heb ik iets aan.

‘Amun! Ik ga jagen!’ riep ik de tempel in. ‘Kom op tijd terug Monifa!’ hoorde ik Amun antwoorden. Na tien lange jaren mocht ik eindelijk zelf die vervloekte tempel uit. Amun heeft een ondergrondse tempel hier in Egypte. Niemand heeft de tempel ooit ontdekt van de mensen. Amun en Kebi wonen er al jaren. Amun heeft mij gemaakt en daarna jaren lang hier opgesloten, aan het begin kwam hij dagelijks een mens brengen om te drinken, na vijf jaar werd dat om de vier dagen en nu, na tien jaar mag ik zelf gaan jagen in de stad, natuurlijk moet dat wel ’s avonds want anders is de zon te vel. Het schemert nu, dus dat kan ook. Schemer, dat brengt bij mij altijd herinneringen op, altijd dezelfde, de dag dat Amun mij vond. Er was maar één reden waarom hij mij koos, ik kon mijn gave al gebruiken toen ik mens was, ik was machtig. Het was het jaar 1795. Een voor mij gewone dag in de stad Cairo. ‘Monifa, lieverd kan jij deze brief even bij grootmoeder brengen?’ vroeg mijn moeder. ‘Natuurlijk moeder’ antwoorde ik en nam de brief aan. Grootmoeder woonde aan de rand van de stad, niet ver van ons huis. ‘Lieverd, pas je wel op’ zei mijn moeder nog toen ik richting de deur liep. ‘Altijd moeder’ zei ik en ik liep de straat op. Het schemerde al. Ik liep net de hoek om richting het huis van mijn grootmoeder toen er een beeldschone man voor mij stond. Hij was lijkwit en had felrode ogen. Geschrokken liep ik achteruit. ‘Wie bent u?’ vroeg ik bang. ‘Jouw einde, jongedame’ zei de man. Ik schrok nog harder toen hij mij tegen de muur van een huisje duwde. Hij haalde het haar uit mijn nek en kwam dichterbij. ‘Je ruikt lekker’ zei hij. Op dat moment wou ik zo graag weg dat dat het enigste was waar ik nog aan dacht. Plotseling stond ik voor het huis van mijn grootmoeder. Dit had ik wel vaker gehad, ik dacht ergens aan en ik kwam er dan ook. Ik zag de vreemde man geschrokken naar mij kijken. Binnen één seconde stond hij weer voor mij. ‘Misschien kom jij nog wel van pas’ zei hij. Hij pakte me vast en ik voelde een scherpe pijnscheut door mijn nek gaan, wat mijn hele lichaam overnam. Ik zakte op de grond en gilde van de pijn. Er vloog wind langs mijn haren en ik werd neerlegt. Drie dagen lang lag ik te kronkelen van de pijn totdat mijn hart stopte met kloppen en ik alles scherp zag. Ik werd gegroet door de man die me dit aandeed, Amun. ‘Mijn vrouw is voedsel aan het halen’ vertelde hij. Na een tijdje kwam zijn vrouw, Kebi, met een paar mensen binnen, allemaal bewusteloos. Ik dronk ze allemaal leeg. De jaren daarna trainde Amun me, hij wou mij tot een wapen maken. Ik kon mezelf teleporteren en andere ook. Ik kon je naar gevaarlijke plekken sturen, op de bodem van de zee bijvoorbeeld. Vijf jaar later kwam Amun met een groepje mensen. De eerste mannen en vrouwen dronk ik snel op, maar ik stopte bij een bekend gezicht. Een huilende vrouw. Ze keek me aan. ‘Monifa?’ vroeg de vrouw. Ze omhelsde me zomaar. Ik schrok. Het was mijn moeder. Ze begon te vragen. ‘Waarom kwam je nooit terug? Wat is er met je gebeurd?’ vroeg ze en ging maar door. Kebi’s ogen waren zwart en viel haar aan. ‘Monifa!’ schreeuwde mijn moeder. Ze schreeuwde wat, maar het enige wat ik hoorde was ‘Zusje’. Had ik een zusje? Daar zou ik wel nooit achterkomen. En later bleek dat ook zo te zijn. Een paar weken geleden viel ik een meisje aan die erg op mij en mijn moeder leek. Waarschijnlijk dus mijn zusje. Vandaag was het geval anders. Ik liep rustig door de straten en zag een groepje mensen rond een jongen staan. Hij deed trucjes met vuur, hij bestuurde het. Hij was net zoals mij begaafd, maar geen vampier. Dus dan was hij ook zoals mij, want ik was al begaafd voor het onsterfelijke leven. Ik keek hem verwonderd aan en gooide een muntje bij de rest. Hij glimlachte en ik liep weer weg. Ik joeg nog wat en kwam voor elf uur, de vaste tijd, weer terug in de tempel. Ik liep meteen naar Amun toe. ‘Amun, er was een jongen die het element vuur bestuurde, maar hij was nog mens’ vertelde ik. Amun keek me bedenkelijk aan en knikte me weg. Hij was iets van plan, en waarschijnlijk hetzelfde als bij mij, een nieuw wapen.

Reageer (3)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen