Foto bij Part 2

Ik lig in bed maar ik ben niet in staat om te slapen. Het gesprek van de mannen in de bibliotheek, waar ik kom om muziek te luisteren, spookt door mijn hoofd. Ik zat samen met Sharon bij de cd's en ik ving een gesprek op tussen twee mannen die een paar meter verderop stonden. Ik besteedde er eerst niet zoveel aandacht aan omdat ik dacht dat het twee dokters waren die het over genezingen hadden. Maar op een gegeven moment zei een van de twee: 'onze zintuigen zijn verbeterd ja, maar stel nou dat het een blinde, of een dove betrof?'. Ik baalde ontzettend dat ik de rest van hun gesprek niet echt had gevolgd want Sharon trok aan mijn arm en zei dat ze de goede cd's had gevonden en weg wilde. Ik had haar braaf gevolgd maar wilde dolgraag terug om de rest van het gesprek af te luisteren. Zou er echt een geneesmiddel voor blindheid kunnen bestaan? Wisten de mannen in de bibliotheek daar meer over? Nee. Ze wisten het tenminste niet zeker. Ik zucht en zoek mijn mp3-speler, in de hoop dat ik een beetje afgeleid word door de muziek. Ik sluit mijn ogen en kies een rustig nummer. Het werkt en snel val ik in slaap.

Als ik opsta hoor ik het gekletter van mijn mp3-speller die op de grond valt, ik neem niet de moeite om hem te gaan zoeken en pak mijn stok. Ik vind mijn kleren op mijn bureau en kleed me aan. De geuren van vers gebakken brood dringen mijn neus binnen en ik loop naar de kamer 'Môge', zeg ik tegen wie er dan ook in de keuken staat. 'Goeiemorgen!' hoor ik de vrolijke stem van mijn moeder terugzeggen. 'Vers brood vandaag?' vraag ik, terwijl ik op de bank ga zitten. 'Ja, ik heb besloten dat broodbakapparaat maar weer eens van zolder te halen.'
'Heel slim', zeg ik, ik ben dol op eigengebakken brood. Ik hoor mijn moeder de ontbijtspullen op tafel zetten dus ik loop ernaartoe om aan te schuiven. Ze smeert zoals gewoonlijk mijn brood voor me en vertrekt dan naar haar werk. Als ik mijn brood op heb pak ik mijn telefoon en zeg 'Sharon', als ik de piepjes hoor die aangeven dat Sharon wordt gebeld houd ik de telefoon aan mijn oor. Ik heb besloten Sharon te vragen of ze iets heeft gevolgd van het gesprek van de mannen in de bibliotheek. Al lijkt dat me sterk omdat ze best zacht en snel praatten. 'Hée Moon! Vroeg op vandaag?' Klinkt de altijd opgewekte stem van mijn beste vriendin. Ik had vandaag nog helemaal niet naar mijn horloge geluisterd dus zei ik gewoon 'Euhm...Hoe laat is het?'
'Hihi, het is half acht'
Ja, dan ben ik vroeg opgestaan vandaag.' Normaal ben ik pas om een uur of acht wakker, dan blijft mijn moeder gewoon wat langer thuis zodat ik wel te eten krijg, dus ik merk er weinig van.
'Nou, ik doe nog even de laatste krantjes en dan kom ik, oké?' vraagt Sharon.
'Ja, neem de tijd hoor, ik vermaak me wel, tot zo!'
'Tot zo Moon!' En ze hangt op.
Ik druk op het knopje van mijn horloge en hoor dat het inderdaad half acht is. Als ik fluit komt Woof aangerend en geeft met een blafje aan dat hij naast me zit. 'Hé Woofie, goeiemorgen!' Ik aai over zijn kop haal zijn riem uit zijn bek, die neemt hij altijd zelf mee zodat ik hem makkelijk kan vinden en ik hem niet hoef te zoeken.
Als ik terugkom van mijn wandeling met Woof hoor ik dat de tv aan staat 'Sharon?' roep ik.
'In de woonkamer!' roept Sharon terug. Woof begeleid me naar de bank en ik ga naast Sharon zitten die me vervolgens omhelst en vraagt hoe het met me gaat. 'Ja, alles is goed hoor...Maar, ik wilde je eigenlijk wat vragen' zeg ik.
'Nou.. Vraag maar dan' zegt Sharon. Ik doe mijn verhaal over de mannen in de bibliotheek maar als ik klaar ben hoor ik niks. 'Sharon..?' vraag ik onzeker, omdat ik niet zeker weet of ze er nog wel zit.
'Ja, ik ben er nog' zegt ze, 'Denk je echt dat het zou kunnen? Ik bedoel, dat die mannen je misschien zouden kunnen laten zien ofzo?' vraagt ze.
'Ik weet het niet Sher, maar die mannen weten het waarschijnlijk wel, heb jij ze gezien denk je?'
'Ik heb wel twee mannen gezien, maar ik weet niet of dat dezelfde waren hoor'
'Weetje nog hoe ze eruit zagen?'
'De...eh...Ze zagen er allebei een beetje apart uit. Best jong, ik denk begin dertig. Éen van hen was blond en de ander...De ander was...bruin, ofzo'
'Ja, fijn dat je dat even verteld, dan herken ik ze tenminste als ik ze tegenkom. Maar goed, als je ze nog een keer ziet, denk je dat jij ze dan herkend?'
'Oh, sorry'
'Maakt niet uit'
'Maar ik denk dat ik ze wel herken ja, die blonde, die was best knap' giechelt ze.
'Mooi, dan weet ik wat we vandaag gaan doen...behalve mijn ouders vertellen over de Parcs' zeg ik er achteraan, want ik heb mezelf zover gekregen dat ik het ècht wil doen

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen