De opdracht: Schrijf een verhaal over een traumatische ervaring die jouw personage heeft meegemaakt. Dit verhaal kan en mag je op iets baseren wat echt gebeurd is, maar dit is zeker niet verplicht. Het is wel de bedoeling dat het verhaal echt kan gebeuren, dus schrijf geen verhaal over een vuurspuwende draak die iemand onder heeft gespuwd.
De schrijfstijl: Het verhaal moet in de verleden tijd worden geschreven en in de ik-vorm. Er moeten minimaal 600 woorden geschreven worden en maximaal 1500 woorden.

Mijn hoge, ijselijke gil werd niet geheel gesmoord door mijn hand die ik voor mijn mond had geslagen. Even was ik verstijfd, net zoals heel de wereld leek. Geen beweging, geen geluid. Alleen het verschrikkelijke beeld op mijn netvlies. Het was alsof de wereld zijn adem even inhield. Alles leek bevroren. De tijd stond stil.

Toen de wereld besloot zijn adem weer te laten ontsnappen, alles weer ontvroor en de tijd weer verder begon te tikken, brak er een orkest aan gegil, gehuil en remmende auto’s los.
Ik was zojuist getuige geweest van iets dat me de rest van mijn leven zou blijven achtervolgen: een grijze auto had een voetganger geschept. In mijn gedachten zag ik telkens weer opnieuw hoe het lichaam hard op de grond smakte.

Mijn gedachten gingen razendsnel en ik begreep ze zelf niet meer. Ik was bang, verward, ontzet, geschok. Ik leek op het moment meer te voelen dan ik in heel mijn leven gevoeld had. Alle gevoelens boksten tegen elkaar op in de hoop mijn gedachten te kunnen overmeesteren. Het werden er zoveel dat ze uiteindelijk allemaal aan mij voorbij gingen en ik me leeg voelde.

Ik ging op mijn tenen staan om iets wat ik eigenlijk niet wilde zien, beter te kunnen zien. Ik wist toen al dat het beeld me in mijn nachtmerries zou achtervolgen en er voor zou zorgen dat ik me niet meer in het verkeer zou willen wagen, toch kon ik niet wegkijken. Ik moest weten hoe de voetganger er aan toe was, ik moest het met mijn eigen ogen zien.

Ik zag het lichaam op de geasfalteerde weg liggen. Of het levenloos was kon ik nog niet bepalen, maar bewusteloos was de persoon sowieso. Ik keek. Ik moest het weten. Ik rende.
Ik rende zo hard als ik kon. Ik rende naar de voetganger.
Sneller dan ik zelf voor mogelijk had gehouden, bereikte ik hem. Zijn benen lagen beide in een vreemde knik, het zag eruit alsof ze helemaal niet bij zijn lichaam hoorden. Ik zag bloed, overal leek ik bloed te zien. Ik knielde bij hem neer.

Gedachteloos duwde ik met mijn handen op zijn borst. Ik probeerde de randen van een brede, diepe snee naar elkaar te duwen om zijn bloedverlies enigszins te verminderen. Bloed kroop over mijn handen, angstig keek ik naar het levenloze gezicht van de man. Onder mijn rechterhand voelde ik echter een zwakke hartslag. Ik zuchtte opgelucht.
‘Hij leeft nog, bel een ambulance!’ schreeuwde ik naar niemand in het bijzonder. Ik wendde mijn blik niet af van zijn gezicht. Zijn ogen waren gesloten, maar de verwondingen en het verse bloed maakten het onmogelijk om te doen alsof hij slechts vredig sliep. Tranen prikten in mijn ogen.

Ik voelde de hartslag zwakker woorden, onbewust drukte ik harder om hem toch te blijven voelen. Mijn ademhaling was paniekerig, de tranen begonnen te rollen terwijl de warme, rode vloeistof maar over mijn handen bleef gutsen. Ik beet mijn lip kapot. Ik duwde nog harder. Ik zag een zoute traan in zijn bloed vallen. Het spetterde.

Ik hoorde hem naar adem happen. Ik kreeg hoop. Zijn hartslag werd onregelmatiger. Hij moest blijven leven. Zijn hartslag viel geheel weg. Ik realiseerde me niet goed wat er gebeurde. Ik drukte weer harder, in de hoop zijn hartslag weer te vinden. Ik vond hem niet.

De Dood had zijn armen om hem heen geslagen en meegenomen naar zijn rijk. Ik had de vreemdeling zijn hart voelen kloppen. Ik had gevoeld hoe het stopte. Deze onbekende stierf onder mijn handen. Ik stond houterig op en keek naar mijn bebloede handen en armen. Ik had zijn leven letterlijk in mijn handen gehad.

Reageer (4)

  • Impressive

    Het is zo een voor de hand liggend iets, en eigenlijk wordt er nooit echt veel aandacht besteedt aan deze mensen. Je geeft het op een goed manier weer. Je schrijft ook erg mooi en wisselt vaak af van zinsbouw en hebt een brede woordenschat. Je kan alles ook goed beschrijven.
    Ik vind het soms wel wat lastiger om te lezen door de witregels ertussen. Je kan het doen als het een functie heeft, hier is het helemaal niet nodig.
    Ik ga ook helemaal akkoord met de commentaar van de rest.
    Zeer goed gedaan!

    1 decennium geleden
  • Henkerina

    Geweldig verhaal! Het enigste waar ik me aan stoorde is iedere keer een witregel tussen de alinea. Ik had liever gehad dat je een alinea eindigde en dan 1x op enter drukte, zoals dit.
    Zoals imlove al zei, door de manier waarop je schrijft is het net alsof je het zelf ziet. Helaas gebruikte je wel heel vaak ik aan het begin van de zin en waren er vrij veel punten.

    Goed gedaan!

    1 decennium geleden
  • imlove

    De tranen staan me in de ogen. Wat heb je goed geschreven. Je laat de lezer heel erg dicht bij het personage staan. Heel erg goed. Vooral de nieuwsgierigheid, maar het toch niet willen weten vind ik heel erg mooi. Ook kon ik geen spelfouten vinden of ik heb er in de spanning overheen gelezen.. Wel zag ik een aantal keer dat je spreektaal gebruikt, in plaats van schrijftaal. Maar in dit geval stoort mij dat niet, omdat je verhaal zo aangrijpend was dat ik niet op fouten lette. Je trauma is niet eens heel bijzonder of heftig maar de manier waarop je het hebt beschreven is beangstigend. Supergoed gedaan!

    1 decennium geleden
  • CrazyChicken

    Ik ging op mijn tenen staan om iets wat ik eigenlijk niet wilde zien, beter te kunnen zien.
    Liked that.^
    Vooral dat laatste stukje bezorgde me kippenvel. Which is a good thing.
    Echt mooi, Emma!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen