Caroline - Augustus 2010

Het was een warme dag in Mystic Falls, voor het eerst in weken scheen de zon weer en was iedereen weer buiten op straat te vinden. Ik glimlachte bij deze gedachte. Niet alleen had het de afgelopen weken continu geregend, ook de spreekwoordelijke regen had ons de afgelopen maanden niet met rust gelaten en juist omdat de donkere tijden nog lang niet ten einde leken te zijn, was de zon meer dan welkom.
Ik voelde hoe de zon op mijn huid brandde en keek even naar de ring aan mijn linkerhand. Toen ik hem had gekregen, had ik hem verafschuwd. Pas na hem maanden gedragen te hebben, was ik hem gaan waarderen. Dat moest ook wel, op dagen als deze kon ik immers niet zonder, een vampier zonder bescherming zou verbranden in de zon.
Het houten picknickbankje kraakte even toen er iemand naast me ging zitten en ik schrok op uit mijn gedachten. De knappe jongeman naast me grijnsde breed. “Heb ik je laten schrikken, blondje?”
Mijn blik gleed langs zijn verschijning. Hij was lang, met bruine haren en lichtblauwe ogen, maar dat was niet waaraan ik hem herkend had. De lederen jack was tekenend voor Damon Salvatore, ik had hem nog nooit ergens heen zien gaan zonder.
“Vlei jezelf niet,” antwoordde ik nuchter. “Ik was aan het dagdromen, dat is alles.”
Hij knikte. “Ik was op weg naar de Grill, wil je me vergezellen of was je op iemand aan het wachten?”
Nu fronste ik een wenkbrauw. “Ik wacht op Elena en Bonnie, maar zelfs als dat niet het geval was geweest, was ik niet met je meegegaan,” bitste ik.
Met een sarcastische blik greep Damon naar zijn hart. “Auw,” jammerde hij, “zelfs nadat ik het leven van jou en die hond van je heb gered, ben je nog niet als een blok voor me gevallen?”
Het was waar dat Damon het leven van mij en Tyler Lockwood had gered toen Klaus ons gevangen had genomen voor zijn offerritueel en dat hij zelfs zijn eigen leven voor mij had geriskeerd op het moment dat Tyler onverhoopt te vroeg in een weerwolf was veranderd – één beet van een weerwolf betekende voor een vampier het einde – en hiervoor was ik hem nog steeds dankbaar. Dit hoefde hij echter niet te weten, want ik was nog altijd niet vergeten hoe hij me, toen ik nog sterfelijk was geweest, had bespeeld en gebruikt. Zodoende was ik hem dankbaar in stilte.
“Ik ben niet van plan al te lang in je gezelschap te verkeren, Damon,” zei ik zelfzeker, zijn vraag negerend. “Was er nog iets wat je van me wilde, of ben ik vrij om te gaan?”
Nu was zijn blik plotseling weer serieus. “Zorg ervoor dat Elena uit mijn buurt blijft, ik kan haar en al haar emoties niet gebruiken tijdens mijn zoektocht naar Stefan.”
Even kromp ik ineen, sinds de verdwijning van Stefan hadden we zijn naam inderdaad niet in Elena haar buurt kunnen uitspreken zonder een emotionele ineenstorting te creëren.
“Hoe staat het met de zoektocht?” informeerde ik voorzichtig.
“Het leidt tot niets. Als Stefan inderdaad een deal met onze duivel heeft gesloten voor dat beetje bloed dat mijn leven redde, heb ik geen idee wat Klaus zijn plannen met hem zijn. Wat ik wel weet is dat een deal een deal is en Stefan is een eerlijk persoon,” hij pauzeerde even en gromde toen, “iets te eerlijk, als je het mij vraagt.”
“Ik weet zeker dat we hem zullen vinden. Als je ergens hulp bij nodig hebt, weet je me te vinden,” beloofde ik hem. “Zolang je maar onthoudt dat ik dit niet voor jou doe,” voegde ik er nog aan toe.
“Dat zal niet nodig zijn, het enige wat jij hoeft te doen is zorgen dat Elena niets overkomt.” Hij twijfelde even en sprak toen weer. “En pas goed op jezelf, geloof niet meer in veiligheid, Barbie.”
Net toen ik hem er genadeloos van langs wilde geven voor deze bijnaam, draaide hij zich om en voordat ik met mijn ogen kon knipperen was hij weg. Ik vloekte binnensmonds, ik hield van dat trucje als ik het zelf deed, maar ik was er niet van gecharmeerd als anderen het bij mij deden.
Voetstappen achter me trokken mijn aandacht en de geur van parfum drong mijn neus binnen. “Jullie zijn laat,” merkte ik op terwijl ik me omdraaide.
Bonnie zuchtte. “En jij bent chagrijnig.”
“Ik heb gewoon honger.” Dat was misschien nog zacht uitgedrukt. Vampieren kenden geen honger zoals normale mensen het kenden. Het grootste gedeelte van de tijd probeerde ik de bijna onbedwingbare neiging om kelen open te rijten onder controle te houden. Mijn lichaam zeurde iedere minuut van de dag om bloed. Dankzij Stefan had ik deze ‘honger’ onder controle leren houden, maar er waren momenten waarop ik mezelf nog steeds niet kon vertrouwen.
“Daar zul je het dan even mee moeten doen, want ik bied me niet aan als vrijwilliger.”
Ik glimlachte naar Elena. “Misschien smaak je ook wel helemaal nergens naar.”
“Volgens mij zijn er een heleboel vampieren die dat met je oneens zijn,” wierp ze tegen. “Wat moest Damon van je?”
“Hij wilde gewoon weten hoe het met me was.” Direct na de punt achter mijn zin besefte ik dat dit een wel heel slechte poging tot liegen was geweest. De kans dat Damon iemand zou vragen hoe het ging, was ongeveer even groot als de kans dat ik morgen wakker zou worden en weer sterfelijk zou zijn.
Blijkbaar dachten mijn vriendinnen hetzelfde, want Bonnie lachte schamper en Elena keek me verwijtend aan. “Je liegt, Caroline. Je was een slechte leugenaar als mens en je bent er niet beter op geworden,” zei ze, mij doordringend aankijkend. “Weet hij iets over Stefan?”
De grond leek opeens een stuk interessanter dan ons gesprek. Ik schuifelde met mijn voeten en probeerde mijn antwoord zo lang mogelijk uit te stellen. Uiteindelijk besloot ik dat ik toch antwoord moest geven en probeerde de waarheid zo subtiel mogelijk te brengen. “Hij weet niets, maar hij is nog op zoek. Jij moet uit de buurt blijven, dat is het belangrijkste, we weten immers niet wat voor gevaar Klaus nog voor je kan vormen.”
Elena zweeg en staarde voor zich uit. Ik probeerde te raden wat er in haar hoofd omging, maar helaas had ik als vampier nog altijd niet de kracht om andermans gedachten te lezen. Soms wilde ik dat de wereld er wat meer uitzag zoals in Twilight werd beschreven.
“Goed,” zei Bonnie, “nu we dat hebben uitgepraat, kunnen we het misschien hebben over het feest bij de Lockwoods? Het is al over een week en misschien is het wel goed voor ons om ons even te concentreren op menselijke dingen.” Ze fronste haar wenkbrauwen en wendde zich tot mij. “Zelfs voor jou.”
Het volgende moment ging het over jurken, schoenen en dates. De naam van de Lockwoods was bekend, hun voorouders hadden geholpen met het stichten van het dorp en zodoende waren ze nog altijd één van de belangrijkste families in Mystic Falls. Bij die titel hoorde natuurlijk het regelmatig verzorgen van feesten. Meestal viel er voor ons geen plezier te beleven, maar omdat Elena tot de Gilbert-familie behoorde en mijn moeder de sheriff was, konden wij het niet maken om niet te gaan.
“Als ik ergens geen zin in heb is het naar een feest gaan omdat ik mijn moeder haar reputatie hoog moet houden, ze ziet me zelf niet eens meer staan sinds ze weet dat ik een vampier ben.” Bij het woord ‘vampier’ verlaagde ik de toon van mijn stem, zodat het gesprek voor anderen niet meer hoorbaar was.
Bonnie keek me meelijvol aan. “Je moeder weet niet beter. De Raad jaagt letterlijk al eeuwen op vampieren en iedereen hier is opgegroeid met het idee dat vampieren slecht zijn. Ze heeft gewoon wat tijd nodig om te zien dat je nog steeds echt haar dochter bent.”
“En diep in haar hart weet ze dat,” viel Elena bij, “als dat niet zo was geweest, had je dat allang gemerkt.”
“Misschien wel,” zuchtte ik. “Ik moet gaan, ik moet nog langs Tyler en ik moet iets eten.”
“Iets eten?” herhaalde Bonnie.
Ik schudde mijn hoofd. “Niet teveel bij nadenken. Ik zie jullie op het feest.”

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen