Met grote ogen kijk ik voor me uit. Ik kan niet bevatten wat hier zojuist is gebeurt! Mijn beste vriend ligt nog doodstil op de straat. Een paar meter verder rent de bestuurder van de auto naar hem toe. Verstijfd blijf ik staan. Ik hoor meer stemmen om me heen. Er wordt aan me getrokken en ik word verplaatst.
'Shocktoestand!'
'Bel de ambulance!'
'Houd haar warm!'
'Let op die jongen!'
'Houd het verkeer tegen!'
'Haal die jongen van de straat!'
'Heeft iemand al de ambulance gebeld?'

Ik voel twee sterke handen me vast pakken bij mijn armen. Zachtjes word ik op de stoep gezet en krijg een zwarte leren jas om me heen. Het leer voelt koud aan mijn handen. De handen van degene naast me maken een wrijvende beweging over armen, in poging om me warm te houden.
Mijn beste vriend ligt nog steeds op de straat. Doodstil, bijna levenloos. Toch zie ik zijn borstkas licht op-en-neer gaan. Iets wat mij nog bij mijn positieven houdt. Zijn hoofd zit onder het bloed van een grote wond op zijn voorhoofd, zijn spijkerbroek is gescheurd en zijn tas ligt open aan de andere kant van de weg. Overal liggen losse blaadjes uit zijn boeken en schriften. Die blaadjes worden met de wind de lucht in gestuurd en landen een paar meter verder weer op het koude asfalt.
Het beeld dat hij vliegt door de lucht krijg ik niet van mijn netvlies af. Ik kijk naar mijn handen en zie ze trillen. Ik probeer ze stil te houden, maar zoveel controle heb ik niet meer over mijn lichaam.
'Rustig maar,' hoor ik een stem bij mijn oor.
Ik kijk opzij naar degene die mij stevig vast houdt. Een blanke jongen met donker bruin haar kijkt me met bruine ogen vertedert aan.
'De ambulance komt eraan.'

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen