Foto bij Chapter one • A fun new game • 1.4

      De mysterieuze briefjes –telkens afgegeven door een willekeurig uitgekozen persoon- leidden Sherlock van de Big Ben naar Trafalgar Square naar The Royal Albert Hall en uiteindelijk naar de verlaten winkelruimte in een appartementsgebouw aan de rand van de stad. Van aan de overkant van de straat nam hij het gebouw zorgvuldig in zich op. De eerste gedachte die bij hem opkwam, was dat er iets niet klopte. De jonge vrouw had hem eerst toeristisch London doorgestuurd om te eindigen bij dit groezelige eindpunt. Hoewel elk ander mens terug naar huis zou zijn gegaan, stak Sherlock te straat over.
      De vuile glazen deur van de verlaten winkel stond op een kiertje open. Voorzichtig duwde hij die open, hopend dat die geen geluid zou maken. Maar achter de deur lag een hoopje gebroken glas, waardoor een schel gerinkel door de ruimte klonk. Dan maar de directe manier. Sherlock stapte naar binnen en keek om zich heen. Een standaard failliete zaak. Vuil, verloederd en de ideale plek voor junks. In de hoek bedekten gebruikte naalden en gebogen lepeltjes de vloer. Maar geen spoor van de onbekende blonde vrouw.
      Behoedzaam liep Sherlock verder de winkel in. Bij elke stap die hij zette kraakte het vuil en het gebroken glas onder zijn schoenen. In de zak van zijn jas trilde zijn BlackBerry. Waarschijnlijk Lestrade die hem nodig had voor één of andere oninteressante zaak. Niet overtuigend genoeg om hem van dit mysterie af te halen.
      Geschuifel weergalmde door de lege winkelruimte. Maar Sherlock stond stil. Opgewonden rende hij het achterkamertje in. Daar stond één enkele stoel ten midden van het puin. En op die stoel zat degene die hem hier gebracht had. De vrouw met de blonde haren.
      “Ik dacht al dat je niet meer zou komen,” zei ze met een minzame glimlach.
      Er was geen twijfel mogelijk, dit was de vrouw die hem al vijf dagen zat te bespioneren. Ze droeg een elegante zwarte broek met een simpele witte blouse. Aan haar voeten zaten torenhoge Louboutins. Een dure zwarte regenjas beschermde haar tegen het Londonse weer. Ze was niet arm, zoveel was zeker. En de blik in haar ogen sprak boekdelen. Ze genoot hier evenveel van als hij. Sierlijk kwam ze overeind uit de stoel en wandelde op hem af. Glimlachend stak ze haar hand naar hem uit.
      “Gaëlle Bennedict,” stelde ze zichzelf voor.
      “Wat wil je van me?” vroeg Sherlock zonder op haar uitgestoken hand te reageren. “Wacht, ik weet het al. Je wil dat ik je louche vriendje opspoor. Of nee, je gestolen Lamborghini,”
      Sherlock Holmes was teleurgesteld. Hij had gedacht dat er meer fascinerends zou liggen achter al dit mysterieus gedoe. Maar het enige wat hij zag, was een verwend rijk nest dat zich wat geamuseerd had met zijn tijd te verdoen. Haar ogen twinkelden toen hij haar aankeek. Een vreemd gevoel overspoelde hem. Misschien had hij zich toch vergist in haar motieven.
      “Helemaal niet. Ik wil dat je mijn mentor wordt,”

Reageer (2)

  • Archer

    Dug tuurlijk geen Lamborghini. Vrouwen als zij rijden met een kutporsche of hoogstens met een lotus. Geen Lamborghini... Sherlock toch...
    ok, JK ;D

    Ik wil weten of hij het accepteert. I'm guessing he will, because his ego is too dominant to reject it.

    1 decennium geleden
  • Westwood

    OMG ANKE IK HOUD NU AL ZO VERSCHRIKKELIJK VEEL VAN GAËLLE DAT IK HET NIET EENS IN WOORDEN KAN OMZETTEN OMG. But seriously. Echt waar, dit verhaal is nu al absoluut geweldig, echt waar ^^ het is echt zo eoghreiughieurghierhig

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen