Foto bij Hoofdstuk 5

Ben je ooit gewoon omgedraaid en weggerend, omdat toch niemand je zou begrijpen?

--
Ps. Foutje in het vorige hoofdstuk; de lijn was niet meegepakt uit word. Kan miss verwarrend zijn. :S
Pps. Ik weet dat dit hoofdstuk niet zo goed is... Maar hopelijk wordt het nog weer beter.

De klap waarmee ik de deur achter me dicht had getrokken zoemde nog na in mijn oren. Ik slikte, mocht nu niet gaan aarzelen. Ik moest nu gaan, straks zou ik niet meer durven. Mijn trein vertrok over minder dan een half uur. Ik zou rennen. Niet achterom kijken. Niet stilstaan. Ik zou gewoon weggaan. Niemand zou me missen. Ik haalde diep adem, en begon toen aan mijn sprint naar het station.
Ik reisde weinig met het openbaar vervoer, al onze familie woonde op zo ongeveer fietsafstand, en naar school zou ik zelfs kunnen lopen. Het had me dan ook meer tijd gekost dan ik dacht nodig te hebben, om uit te zoeken welke trein ik zou moeten nemen. Vooral omdat ik slechts de stad wist, waar ik heen zou gaan. De stad waarin Fynn was geboren.
Ik was opgelucht toen ik het station binnenliep, maar besefte tegelijkertijd dat ik nog maar enkele minuten had. Mijn ogen vlogen rond voor het perron dat ik moest hebben, en ik rende er opgelucht heen toen ik mijn trein aan zag komen. Ik zou wel zorgen dat ik op de wc zat, als de kaartjes gecontroleerd werden.
‘Conor!’
Ik draaide me met een ruk om. Melanie Watson.
‘Wat doe jij hier?’ riep ze vrolijk, terwijl ze naar me toe kwam rennen.
Ik had geen idee wat ik moest zeggen, en begon achteruit naar de trein te lopen, half struikelend over mijn eigen voeten. Melanie was nu dichtbij genoeg om op gewone toon tegen me te praten. Ze stond stil en zette haar handen op haar bovenbenen om uit te puffen.
‘Ik kom net van mijn opa en oma.’ Hijgde ze.
‘Leuk, gaat het goed met hen?’ Vroeg ik. Melanie was de dochter van een vriendin van mijn moeder. We konden het prima met elkaar vinden, wat maar goed was ook, omdat we elkaar vaak zagen, maar we hadden te weinig overeenkomstige interesses om vrienden voor het leven te zijn.
‘Ja, prima, mijn oma is een alleen een beetje ziek, grieperig, weet je wel, Conor?’
Ik had me omgedraaide en sprong de trein in.
‘Sorry Melanie.’ Mompelde ik nog, toen we begonnen te rijden.

Reageer (2)

  • Jaimes

    Sommige mensen kraken hun eigen creatie af zodat mensen hen ermee complimenteren (;

    Ik vind het goed, en ben het helemaal met Rae eens C:

    In een hoofdstuk hoeven niet altijd van die mooie woorden te zitten, die alles omvatten en toch weinig zeggen. En dit is zo'n hoofdstuk, een normaal maar toch goed hoofdstuk.

    1 decennium geleden
  • RaeX

    Nó nó, it's still nice!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen