Foto bij 117- Carlisle en Tristan/Niké and the other kids...

Een kort tussenstukje dat ik bijna vergeten was... en dan heb ik er maar een deel Niké bijgeplakt omdat jullie hem leuk vinden... en het ander een beetje kort was... ;)

Elisabeth PoV
Tristan leek er zich altijd volledig van bewust te zijn waar Carlisle ergens was, en leek hem te volgen met zijn ogen. Na een tijdje kreeg de eeuwige geduldigheid zelf het er ook een beetje moeilijk mee, blijkbaar.
'Kan ik ergens mee helpen?' vroeg hij toen Tristan hem had zitten aanstaren van aan de rivieroever. Als Tristan nu ergens zou afkomen dat Carlisle een zoon van hem was dan zou ik hem -Tristan- doodslaan, en ze zou geen mens of vampier of voor wolf spelende indiaan (= Quileute)zijn die me kon tegenhouden. Gelukkig was het zo erg niet.
'Zou het kunnen dat je ooit in London leefde?' vroeg Tristan zacht. Carlisle keek geïnteresseerd naar Tristan, misschien net iets minder op zijn gemak dan anders. Hij knikte en wachtte geduldig af.
'Ik dacht al zoiets. Kan je je erg veel ...details van je mensenleven herinneren?' vroeg Tristan zacht. Carlisle keek hem verbaast aan.
'Niet zo heel erg veel, maar toch een aantal. Waarom?'
'We hebben elkaar dan ontmoet; ik kwam omdat ik op doorreis was door London en had gehoord over een ..priester die nogal op zoek was naar de ...euhm. Duistere wezens die over de aarde dwelden.' zei Tristan. ik liet niet merken dat ik meeluisterde, maar ik was geïnteresseerd.
'Je hebt me bezocht bij mij thuis toen ik een mens was?' vroeg Carlisle zacht, en gedeeltelijk geschrokken bijna. Wat had Tristan met Londen?
'Ik was nieuwsgierig, ook al wist ik dat het misschien een beetje te riskant was om hem op te zoeken gezien wat ik ben... ik ging toch...
Als ik eerlijk ben, geef ik toe dat ik een beetje teleurgesteld was over zijn...kunnen, ik had gedacht dat hij me zou doorzien hebben. Ik had hem een uur gegeven dat duidelijk na zonsondergang was, en ik had zogezegd getwijfeld toen ik een ring knoflook zag hangen. Hij had me niet door.' mompelde Tristan, zijn ogen op een ver verleden gericht. Het zag ernaar uit dat Carlisle zich heel goed kon inleven.
'Ik dacht dat hij alleen woonde, maar er was een jonge, blonde man die vanaf de balustrade toekeek, en wel schrok van mij...' mompelde Tristan met een kleine grijns. Carlisle glimlachte ook, hij herinnerde het zich, merkte ik in zijn hoofd.
'Juist ja, soms heb je een aanleiding nodig om je dingen te herinneren. Ik denk dat jouw bezoek waarschijnlijk veel aan mijn idee van vampiers heeft veranderd. mijn vader heeft je nooit doorgehad, maar toen hij oud werd had ik een nest gevonden in de riolen. Ik denk dat ik een paar dingen van je heb geleerd, want ik heb die nacht niet geslapen denk ik. Jullie waren aan het discuteren over vampiers.. ik had meegeluisterd van boven af omdat ik niet wou dat er iets met mijn vader zou gebeuren, ook al heeft mijn vader nooit geloofd wat je hem verteld had. ik denk dat ik het wel onthouden heb...' zei Carlisle zachtjes.
Dus Tristan en Carlisle kenden elkaar van vroeger? komaan, waren er eigenlijk wel nog mensen die niet wisten van de vampiers? Je zou je onveilig gaan voelen als vampier. Stel dat al die mensjes een leger zou vormen om de vampiers aan te vallen? Ik stond te trillen op mijn benen, of wacht.. dat kon niet. Ze waren te traag... oké, niet grappig dus.

Dagmar stond plots naar me. Afluisteren mag niet zusje... hoorde ik in zijn hoofd. hij vond het wel grappig, ik minder, maar goed. Ik zag een kleine jongen lopen; Niké. Hij was meegekomen met Tristan, denk ik. Dagmar zag me kijken en glimlachte.
'Niké, kom eens!' riep hij luid, ik keek naar het kleine jongentje dat opkeek. Hij leek me niet ouder dan 13, wat een leeftijd om te veranderen.
'Niké, dit is Lils, mijn zus.' zei Dagmar tegen het blonde jongetje.
'Je échte zus, de échte dochter van Tristan.' mompelde het jongetje. Ik knikte zachtjes, misschien vond hij me niet zo leuk.
'Niké, Wij zien elkaar als broers, zou je haar dan ook niet als je zus moeten zien?' vroeg Dagmar. Hij is Tristans surrogaat zoon, een jongetje gecreëerd als Tristans zoon toen ik vertrok uit Roemenië. Het was duidelijk dat Dagmar Niké zijn broer noemde omdat hij met hem te doen had, omdat het een beetje zijn schuld was dat NIké veranderd was. Niké bekeek me van onder tot boven. Wel, ze ziet er niet gemeen uit. Zie je dat als een compliment Als je het uit iemands hoofd vist?
'Goed dan, ze mag mijn zus zijn.' Dagmar klopte hem op zijn rug, ik glimlachte. Hij was nog deels het kind dat hij was toen hij veranderd werd.

AAhrg;..ik wordt gek...steeds minder deeltjes, ik wil -uit reflex- verder schrijven, maar dat gaat niet... ik heb vorige week "The End" geschreven... ik ga afkickverschijnselen krijgen..en een van mijn andere verhaaltjes is ook bijna gedaan... O.o

Reageer (8)

  • katl1

    Nee, het mag gewoon niet bijna gedaan zijn!!!!
    Snel verder!!!

    1 decennium geleden
  • Allysae

    omg
    omg
    omg
    snel verder

    1 decennium geleden
  • AngelicPower

    snel verder!!(Y)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen