Foto bij PP - 22

Zo stonden ze tegenover elkaar. Jonas of beter gezegd Johannes keek naar Pieter. Hij was een ridder. Zelfs met zijn zessen maakte ze nauwelijks een kans tegen hem. Johannes haalde diep adem en stak zijn zwaard in de grond tussen Pieter en hem.
“Ik vecht niet tegen mijn vrienden,” zei Jonas.
Als Anne dacht dat ze niet verbaasder kon zijn dan toen Koenraad ‘Johannes’ zei had ze het goed mis. Ook Koenraad stond perplex: “Johannes wat doe je nu? Ruben zei dat…”
“Vergeet alles wat Ruben je ooit gezegd heeft! ALLES!”
“Waarom…” stamelde Koenraad.
“Het is zijn fout, dat ik hier ben! Hij heeft vader…” Hoewel Johannes zijn zin niet afmaakte wist iedereen wat hij bedoelde.
“Eerst had ik geen idee wie achter die aanslag zat, maar dat ze het op vader en mij gemunt hadden was duidelijk. Ik moest vluchten of ze hadden mij ook vermoord. Jij was nog te jong. Je liep geen gevaar.” Hij keek naar Pieter.
“Hij zit achter bijna alles wat er gebeurt en gebruikt jullie alles zondebok.
“Waarom heb je ons niets verteld?” vroeg Pieter totaal overdonderd.
“Toen ik hieraan kwam wist ik niet of ik jullie kon vertrouwen en daarna durfde ik niet meer. Ik had geen idee hoe jullie zouden reageren als jullie wisten dat ik van adel was. En wat Ruben betreft daar ben ik zelf nog maar net achter.”
“Daarom was je de laatste dagen altijd weg!” riep Isaac uit.
“Wisten jullie dat dan?” Iedereen knikte.
“We dachten dat het iets te maken had met… ja je weet wel”, stammelde Pieter, “maar wat gaan we nu doen?” Veranderde hij snel van onderwerp.
“Misschien beginnen met mij vrij te laten, broer?” kwam Koenraad tussenbeide. Johannes maakte Koenraad los. Hij wreef over zijn polsen:
“Johannes, we moeten Ruben ontmaskeren voor hij nog meer mensen ombrengt!” Johannes knikte.
“En hoe denken jullie dat we dat voor elkaar krijgen,” vroeg Pieter. Hij had ‘we’ gezegd. Johannes keek zijn vrienden één voor één aan:
“Zelfs als het lukt, kan ik niet beloven dat het voor jullie zonder gevaar zal zijn.” Pieter wende zijn blik af. Hij wist maar al te goed dat, hoewel niet zo erg was als er werd verteld, hij ook de wet overtrad. Even werden er een paar blikken gewisseld.
“Kun je ons wel beloven dat Lena en de kinderen niets overkomt?”
“Dat zweer ik.”
“Dan doen we mee.”

Reageer (1)

  • NEWgirlS

    wow da hadk dus helemaal ni verwagt xD

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen