Foto bij Unbreakable Friendship |Due|

P.o.v. Nicole

“Wakker worden schat!” riep een stem mijn kamer in. Ik zat rechtop in mijn bed en keek naar de deur. Het was mijn moederlijke vader: Yari. “Kom op, schat. Today is your big day,” zei hij. Ik lachte en schopte de dekens van me af. “Hoe laat is het?” vroeg ik nog een beetje slaperig. “Ach Lieverd, je moet wel een beetje opschieten hoor,” antwoordde Yari. Ik bekeek zijn outfit; hij had een luipaarden print broek aan en een jasje met luipaarden print. Zijn schoenen hadden ook een luipaard print en in zijn haar waren luipaarden vlekken geverfd. Mijn moederlijke vader vond ik er altijd goed uitzien, hij was altijd opgewekt en vrolijk. Hij had mijn hele koffer ingepakt zodat ik leuke kleren had op die school. Het was mijn eerste keer dat ik naar Hogwarts ging. Ik ben echt heel erg blij om er heen te gaan, om mijn gaven verder te ontwikkelen. Maar ik vind het nog wel een beetje eng. Yari pakte mijn koffer die hij had ingepakt en zette die op de grond. Hij opende mijn klerenkast en pakte er een nieuwe outfit uit voor vandaag. Ik was inmiddels naast hem komen staan in mijn nachtjapon. “Schat, die nachtjapon kan echt niet meer hoor, ik koop vanmiddag gelijk een nieuwe voor je,” zei hij. Ik grinnikte en pakte de kleren aan die hij voor me had gepakt. “Nou, meid, snel aankleden en beneden ontbijten, doedels!” riep hij terwijl hij vertrok. Ik trok de kleren aan en bekeek mezelf in de spiegel, Yari had weer goed werk geleverd.

Ik rende naar beneden en drukte een kus op mijn vaders wang. “Nicole, weet je zeker date je naar die school wilt?” vroeg mijn vader. Ik knikte vastbesloten. Mijn vader lachte. “Veel plezier dan,” zei hij met een glimlach. Yari zette een bord met eieren en liep weer naar de keuken. Mijn vader nam een hap en trok een vies gezicht. “Poetshy,” zei hij in het Italiaans tegen mij. Ik lachte, het betekent namelijk: Bagger. Yari kwam terug en ging zitten. Hij zuchtte. “Ik zie het alweer aan die kop van je, vind je het niet te vreten?” vroeg hij aan mijn vader. “Jawel, het is alleen, ehh…”
“Ja? Wat?” vroeg Jari.
“Het is te zacht,” zei mijn vader zacht.
“Dan zet je het lekker in de vriezer dan wordt het hard,”Antwoordde Yari. Ik at gewoon mijn brood op en ging mijn koffer halen. Mijn vader drukte een kus op mijn voorhoofd. “Snel weer thuis komen hè?” Vroeg hij. Ik knikte. “Papi, ik hou van je, en ik ga je heel erg missen!” Zei ik terwijl ik mijn armen om zijn nek sloeg. Hij omhelsde mij ook en drukte nog een kus op mijn wang. Hij ging weer recht staan en trok zijn jas aan. “Papi waar ga je heen?” vroeg ik. “Zaken,” antwoordde hij. Ik knikte en ging naar mijn moederlijke vader. “Jij gaat toch wel mee naar de trein?”vroeg ik. “Maar natuurlijk, schat, ik pak even mijn jas,” zei hij. Ik wachtte in de gang met mijn jas al aan. Ik keek naar mijn koffer die bomvol zat. Yari kwam de trap aflopen met zijn luipaarden jas aan. Ik deed de deur open en liep naar de auto toe. Yari drukte op de sleutel waardoor de deuren opengingen. Ik legde mijn koffer in de achterbak en ging voorin zitten. Yari startte de motor en reed weg. Onderweg keek ik uit het raam naar buiten. Daar ging ik dan!

Yari stapte uit en keek naar het station. “Wat een lelijk gebouw, kunnen ze niet eens wat roze toevoegen aan de muren? En kijk die gordijnen! Rood, is echt zó 2011!” klaagde hij. Ik stapte uit en pakte mijn koffers. “Schat, dat moet je niet zelf doen, Laat dat doen,” zei Yari. Ik keek hem raar aan. Er liep een man voorbij. “Sorry, meneer! Kunt u deze koffers naar binnen dragen?” vroeg Yari. De man keek hem raar aan en liep zonder iets te zeggen verder. “Wat een brutaliteit!” zei Yari. Ik tilde mijn koffers weer op. “Laat maar, ik draag ze zelf wel” zei ik met een lach. Yari haalde zijn schouders op en liep met me mee.

“Waar moeten we heen?” vroeg Yari. “Peron 9 ¾” antwoordde ik. “Godverpielekes, nemen ze ons nou in de maling?! Dat bestaat toch helemaal niet! Wat een raar station!” klaagde Yari weer. “In de brief stond dat we door een muur moeten rennen” zei ik. “Door een muur rennen, is echt veel te passé” antwoordde yari. We liepen over het perron en kwamen aan bij perron 9. “Volgens mij is het deze muur” zei ik. Yari dacht na. “Ik denk het ook, nou kom op meid, handen vast en rennen” zei hij. Ik pakte zijn hand en rende met hem door de muur. Aan de andere kant deed ik voorzichtig mijn ogen open. “Wauw!” stammelde ik. De trein die er stond was echt heel groot, en mooi. “Hier moet ik zijn!” riep ik blij. Yari liep met me mee naar de ingang. Hij zoende me op de wangen. “Nou, meid, hier ga je dan, op weg naar een nieuw begin” zei hij. Er biggelde een traan over zijn wang. “Ik ga je heel erg missen” zei hij. Ik omhelsde hem, terwijl ik met mijn andere voet al in de trein stond. “In de vakanties kom ik thuis, dat beloof ik, en ik schrijf je” zei ik troostend. Yari knikte en ging naar achteren.

Ik liep door de trein, op zoek naar een plaatsje. Bijna alles zat al vol. In één coupé zat een meisje, ongeveer net zo oud als ik. Ik schoof de deur open, waarna zij opkeek. Ik ging tegenover haar zitten, verder schonk ze niet zoveel aandacht aan me en keek ze naar buiten. Ze lijkt me erg aardig, ik kende nog niemand en ik denk dat zij mij wel zou kunnen inleiden op school. Buiten zwaaide Yari naar me, ik zwaaide zwakjes terug. De trein begon te rijden, en Yari verdween uit het beeld.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen